Het perspectief van de circulaire stad

De circulaire stad is een metafoor voor een nieuwe manier van kijken naar en organiseren van de stad. De circulaire stadbenadering kenmerkt zich door een brede en lokale waardeoriëntatie en is grofweg gebaseerd op twee pijlers: circulatie van kennis en vaardigheden en circulatie van stromen.

In de onderstaande bijlage staan 10 agendapunten voor de stad van morgen.

 

Notitie Nederland Stedenland van G32-steden

Het G32-steden netwerk heeft Agenda Stad voortvarend opgepakt. Er is geanalyseerd en geïnventariseerd welke grote thema’s en opgaven er binnen de steden en stedelijke netwerken zijn. Dit heeft de notitie ‘Nederland Stedenland’ opgeleverd voor Agenda Stad. In de notitie wordt het aanbod verder toegelicht.

Agenda Cultuur 2017 – 2020

Rapport Agenda Cultuur

In de publicatie ‘Agenda Cultuur’ die deze week verscheen, geeft de raad voor Cultuur advies aan de minister van OCW over de hoofdlijnen van het cultuurbeleid. Niet alleen voor de beleidsperiode 2017 – 2020, de raad kijkt ook verder vooruit. In de publicatie doet de raad voorstellen om het beleid anders in te richten.

Er zijn ‘maatregelen nodig die niet altijd kostenneutraal zijn en waarvan de overheid niet zonder meer kan verwachten dat particuliere of private initiatieven de rol van de overheid kunnen overnemen’. Om een realistisch beeld te geven van de financiële consequenties van het advies is een investeringsagenda opgenomen. Daarin staat een indicatie van de extra investeringen die jaarlijks nodig zijn: ongeveer 29,5 miljoen euro.

Stedelijke regio’s

De raad wil stedelijke regio’s meer centraal zetten in het cultuurbeleid; het zijn de natuurlijke brandpunten in het culturele aanbod. Stedelijke regio’s kunnen rekening houden met de eigen identiteit en inspelen op de behoeften van hun inwoners – of het nu om een groeiende multiculturele bevolking gaat of juist om een krimpregio. Meer maatwerk wordt daardoor mogelijk, meer onderscheid ook.

Het Rijk blijft een belangrijke partner en financier, maar het initiatief verschuift naar de stedelijke regio. De raad doet voorstellen om de komende jaren deze verschuiving mogelijk te maken. Bijvoorbeeld door meer rekening te houden met de plannen van zo’n stedelijke regio. De raad pleit er verder voor regels af te schaffen die de samenwerking tussen instellingen in de stedelijke regio bemoeilijken. Zo kan er lokaal een relevante discussie op gang komen over de betekenis, samenhang en invulling van het regionale, culturele aanbod.

Download het rapport hieronder

Ongelijkheidsdebat in stad en land

In de wetenschap (onder meer publicaties van Piketty, SCP, WRR) en maatschappij klinken steeds luider wordende geluiden over toenemende verschillen. Ook bij gesprekken rondom Agenda Stad zijn dergelijke geluiden opgevangen. Daarom is – zowel in het kader van Agenda Stad als in het kader van de verkenning naar de toekomst van leefbaarheidsbeleid – onlangs een onderzoeksreeks gestart naar de effecten van deze ontwikkelingen op het ruimtelijk vlak. Oftewel: in hoeverre is er in Nederland sprake van (toenemende) segregatie, en wat heeft dit tot gevolg?

De ongelijkheid tussen groepen mensen krijgt een extra dimensie wanneer die leidt tot ruimtelijke concentratie en segregatie. Om hier beter zicht op te krijgen is DGWB een verkenning gestart naar de ruimtelijke dimensie van ongelijkheid en de gevolgen daarvan. Een literatuurstudie is inmiddels afgerond. Een studie waarin de ontwikkeling van ruimtelijke verschillen cijfermatig in beeld wordt gebracht, volgt later dit jaar. Daarnaast zullen de mogelijke toekomstige ontwikkelingen in een scenariostudie worden verkend. In aanvulling hierop vroegen we een analyse van de maatschappelijke discussie te maken: “Het ongelijk¬heidsdebat in stad en land”. De analyse gaat in op de betekenis die Nederlanders aan verschil geven. Worden ongelijkheid en segregatie als een probleem ervaren, door wie, en hoe wordt dat geduid? Welke oplossingen worden aangedragen? Deze analyse geeft een overzicht van de maatschappelijke discussie over verschillen in de samenleving en over de uitwerking van deze verschillen in de stedelijke context. De analyse beschrijft de debatten die plaats vinden en de posities die daarbij worden ingenomen.

Ongelijkheid staat prominent op de agenda. De aandacht voor verschillen tussen mensen en tussen gebieden leidt tot een groot aantal rapporten, artikelen en discussies. Verschillende media hebben aandacht besteed aan groeiende verschillen. Het debat over ongelijkheid vindt plaats volgens grofweg twee oriëntaties: een morele en een instrumentele benadering. Bij de morele oriëntatie gaat het over de (on)wenselijkheid van ongelijk¬heid. Een meerderheid van de bevolking staat negatief tegenover grote en groeiende verschillen. In de debatten is dit duidelijk terug te zien bij de standpunten die worden ingenomen. Er zijn echter ook andere geluiden die het egalitaire discours juist bekritiseren. Bij de instrumentele benadering gaat het om eventuele negatieve gevolgen van ongelijkheid.

Wat verder opvalt is dat het debat zich lijkt te verbreden. Er vindt een verandering van schaalniveaus waarop ongelijkheid zou toenemen en wordt benoemd plaats. Waar segregatie eerder vooral werd bestudeerd op het niveau van buurt en stad, lijkt er nu een groeiende aandacht te zijn voor de verschillen tussen steden en tussen regio’s in Nederland. Maatschappelijke en economische ontwikkelingen werken anders uit in verschillende delen van het land.
Voor sommige deelnemers aan het debat staan de groeiende ruimtelijke verschillen centraal en leidt deze fragmentatie tot zorgen. Anderen nuanceren de invloed van segregatie en leggen in hun bijdragen de nadruk op het verbeteren van de kansen voor individuen.

Lees verder in de onderstaande publicatie.

SCP-publicatie ‘Niet van de straat’

Is er voor mensen met weinig kansen – niet veel inkomen, een lage opleiding – in de toekomst nog plaats in de steden? Zeker, maar hun positie staat onder druk, waarschuwt het Sociaal en Cultureel Planbureau. De stad wordt meer en meer overgenomen door hoogopgeleide ‘bakfietsburgers’.

Europese Agenda Stad – publicaties

Een overzicht van relevantie publicaties voor de Europese Agenda Stad:

  1. Tweede Kamerbrief over de Europese Agenda Stad
  2. Kabinetsreactie op de consultatie Europese Commissie over de stedelijke dimensie in EU-beleid
  3. Consultatie Europese Commissie over de stedelijke dimensie in EU-beleid
  4. Rapport over resultaten consultatie Europese Commissie over de stedelijke dimensie in EU-beleid
  5. Verklaring van Riga Declaration of Ministers towards the EU Urban Agenda
  6. Roadmap van de Europese Agenda Stad richting Nederlands EU-voorzitterschap
  7. Concept-rapport van Europees Parlement over de Europese Agenda Stad (wordt september over gestemd in het Europees Parlement)
  8. Verklaring van Europese Hoofdstedelijke burgemeesters
  9. Strategisch kaderdocument over de Urban Agenda van Eurocities
  10. Advies van Comité van de Regio’s Naar een integrale benadering van de steden in de Europese Unie
  11. Rapport van de Europese Commissie Cities of Tomorrow
  12. Onderzoek Universiteit van Twente Europa als kans: Better Regulation voor Nederlandse medeoverheden
  13. Onderzoek Universiteit van Leiden De wisselwerking tussen Europa en Nederland: Een verkenning van de Europese politieke prioriteiten en hun invloed op de verschillende overheden in Nederland
  14. CEMR First Contribution to an EU Urban Agenda

Literatuurstudie ‘Verschillen, ongelijkheid en segregatie’

In de wetenschap en maatschappij klinken steeds luider wordende geluiden over toenemende verschillen. Tegelijkertijd is (de laatste jaren) weinig aandacht geweest voor eventuele neerslag van deze verschillen op het ruimtelijk vlak: segregatie. Om beter inzicht te krijgen in ontwikkeling maar ook mogelijke gevolgen van segregatie heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een onderzoeksreeks gestart om hier meer licht op te werpen. Eerste in de reeks is een literatuurstudie, met de titel ‘Verschillen, ongelijkheid en segregatie?’. Deze studie is door Atlas voor gemeenten uitgevoerd.

Uit de studie valt onder meer op te maken dat segregatie zowel vrijwillig als onvrijwillig tot stand kan komen. Bij onvrijwillige segregatie gaat het om segregatie die het gevolg is van beperkte (financiële) mogelijkheden, waardoor specifieke groepen (onbedoeld) bij elkaar komen te wonen in specifieke wijken. Bij vrijwillige segregatie gaat het om uitsorteringseffecten als gevolg van eigen keuzes van woonconsumenten: studenten wonen bijvoorbeeld vaak in de omgeving van andere studenten. Dit proces, dat ook wel aangeduid wordt als ‘soort zoekt soort’, kan voordelen bieden voor verschillende groepen. Gedacht kan worden aan het draagvlak dat op deze wijze voor voorzieningen ontstaat. Bijvoorbeeld cafés voor studenten, of speelplaatsen in wijken waar vooral gezinnen met kinderen wonen. Daarnaast kan dit geclusterd wonen van groepen leiden tot minder overlast over en weer, indien het gaat om homogene groepen met vergelijkbare levensstijlen.

Tegelijkertijd kan segregatie ook nadelige gevolgen hebben. Zo is in sterk (naar etniciteit) gesegregeerde gebieden het contact tussen autochtonen en allochtonen beperkt, hetgeen een negatief effect op integratie kan hebben. Daarnaast gaan hoge concentraties van kansarme groepen vaak hand in hand met een hogere mate van overlast, en dus een lagere woonkwaliteit. Vooral in dit soort wijken kan de woonomgeving, via zogenaamde ‘buurteffecten’, van invloed zijn op levenskwaliteit en ontwikkelkansen van haar bewoners. Dit zal naar verwachting voornamelijk van invloed zijn op ontwikkelkansen van opgroeiende kinderen. Hier is echter slechts beperkt onderzoek naar gedaan in de Nederlandse context. In de komende periode zal dit vraagstuk dan ook nader verkend worden, evenals de vraag of en zo ja in hoeverre er in Nederland sprake is van (toe of afname van) segregatie.

Meer over het onderzoek

Special Publiek Denken over Agenda Stad

Bij het vernieuwde kwartaalblad PM/ Publiek Denken is vorige week een tijdschrift over Agenda Stad gepresenteerd. Deze Special Agenda Stad is hieronder te downloaden.

Het eerste fysieke exemplaar werd uitgereikt op de hoogste plek van Den Haag, The Penthouse. Directeur-generaal van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Mark Frequin, en Carly Jansen,  lid van de regiegroep van Agenda Stad namen het in ontvangst.

Voorafgaand aan de uitreiking vond een levendige discussie plaats over ‘ambtelijk vakmanschap’ onder leiding van Arko van Brakel van De Baak. Jacques Wallage, politicus en bestuurder, hield daarbij een speech over de verhouding tussen ambtenaren en de politiek. Kernpunt in deze speech was dat de politiek zich meer op de koers moet richten en minder op de uitvoering.

PBL publiceert ‘De stad verbeeld’

In de vandaag verschenen publicatie ‘De Stad Verbeeld’ geeft het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving) aan de hand van 12 infographics inzicht in cijfers en opgaven met betrekking tot de Nederlandse steden. Hoe hebben steden zich in de afgelopen periode ontwikkeld? Hoeveel mensen wonen en werken in steden en hun ommeland? En hoe verhoudt de Nederlandse stedelijke structuur zich tot steden in andere Europese landen?

Centraal staan drie voor de Agenda Stad belangrijke thema’s: economie, leefbaarheid en innovatie. Hoe sterk is de agglomeratiekracht van de Nederlandse steden in vergelijking met concurrerende stedelijke regio’s? Welke factoren zijn belangrijk voor de leefbaarheid en gezondheid in de stad? En hoe staat het met de innovatiekracht van de steden? Op een toegankelijke wijze worden feiten en cijfers rondom deze thema’s toegelicht.

De Stad Verbeeld werd gemaakt op verzoek van de ministeries van BZK en IenM en is online te raadplegen via www.pbl.nl/destadverbeeld

 

SER-advies: kracht steden gezamenlijk gebruiken

De Sociaal Economische Raad (SER) heeft op 19 juni het ontwerpadvies Stad uitgebracht. Het ontwerpadvies, waar minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op 5 februari dit jaar om had gevraagd wordt in de SER-Raad van 28 augustus besproken.

In het advies wordt onder meer aanbevolen om Nederlandse steden sterk te maken door uit te gaan van hun unieke kracht, door verbindingen tussen steden te optimaliseren en door goed samen te werken tussen alle betrokkenen in de regio. Hierbij zou het ontwikkelen en benutten van talent (van iedereen) en van ondernemerschap centraal moeten staan.

Download het ontwerpadvies Stad

Beluister ook het interview met SER-voorzitter Mariëtte Hamer op Radio 1