Zoetermeerse pilot City Deal Zorg voor Veiligheid zet in op vroegsignalering

Wethouder Ter Laak opent het wijkcentrum en licht de pilot toe. Foto: Stichting Zoetermeer Actief
Wethouder Ter Laak opent het wijkcentrum en licht de pilot toe. Foto: Stichting Zoetermeer Actief

Wethouder Ingeborg ter Laak verrichtte in het verbouwde wijkcentrum van de wijk Oosterheem woensdag de aftrap van de wijkpilot Enjoy Life. In deze pilot bezoekt de gemeente Zoetermeer actief mensen die het financieel of sociaal moeilijker lijken te hebben. Doel is om inwoners te informeren over mogelijkheden voor hulp en ondersteuning en om samen te verkennen op welke manier hun eigen sociale omgeving kan helpen om erger te voorkomen. Het initiatief zorgt voor zichtbaarheid en verbinding in de wijk en helpt inwoners en professionals bij het realiseren van een veilige en gezonde woonomgeving.

Het wijkcentrum als huiskamer van de wijk

De officiële kick-off van Enjoy Life wordt gecombineerd met de heropening van het wijkcentrum Oosterheem. “We hebben verschillende loketten van de gemeente hier samengebracht in één ruimte”, vertelt Ter Laak in haar openingswoord. “Vanuit het gemeentehuis zijn wij heel goed in het denken in domeinen, beleidsterreinen en financieringsstromen. Dus als u wilt melden dat er stoeptegels kapot zijn, weten wij dat u bij Stadsbeheer moet zijn. We zijn heel erg goed in doorsturen en dat wilden we nu juist een keer omdraaien. We willen alle vragen op het gebied van onderhoud, zorg en veiligheid aan elkaar verbinden en dat heeft geresulteerd in dit wijkcentrum, waar er plek is voor iedereen in de wijk met vragen hierover.” Projectleider Susanne van Veen vult aan: “Het wijkcentrum is veel meer een open ontmoetingsplek, een soort huiskamer voor de wijk geworden.”

Een vriendelijk gesprek kan erger voorkomen

Maar de innovatie gaat verder dan het vernieuwde wijkcentrum. Van Veen: “Er fietst een collega door de wijk, om mensen te bezoeken van wie we signalen krijgen dat ze het moeilijk hebben en om zelf in de wijk die signalen op te halen, bijvoorbeeld over jeugd die overlast veroorzaakt.” “Soms bezoek ik mensen die zelf een klacht hebben ingediend over overlast”, vertelt Merijn Obbink. Hij is de fietser, die, vooralsnog twee dagen per week, door de wijk fietst en inwoners bezoekt. “En soms doen we dat op basis van andere signalen. Bijvoorbeeld als we van een energiemaatschappij door krijgen dat iemand afgesloten dreigt te worden van energie, vanwege een betalingsachterstand. Wat gemeenten dan doorgaans doen, is de bewoner hierover een brief sturen. Maar juist mensen met een betalingsachterstand openen vaak de post niet, bang voor nog meer schulden”, weet Obbink die tevens schuldhulpverlener is. “Dan is een bezoek en een vriendelijk gesprek, voor de situatie verder escaleert, een betere oplossing.”

Obbink geeft ook zijn ogen en oren de kost om bezorgde geluiden van buren op te vangen of om bijvoorbeeld verwaarloosde tuinen te zien – een indicatie dat mensen misschien andere zaken aan hun hoofd hebben waardoor het lastig is de boel netjes te houden. Of hij gaat na klachten over overlast door jongeren, samen met jeugdhulpverleners met de ouders praten. “Het gaat dus zeker niet alleen om schulden, maar ook om sociale en andere problemen,” zegt Obbink.

Vroegsignalering als kern van de pilot

“We richten ons vooral op vroegsignalering”, benadrukt Van Veen. “Natuurlijk kunnen we mensen die we bezoeken doorverwijzen naar instanties of de juiste dienst van de gemeente, maar doel is eigenlijk om het inschakelen van die instanties vóór te zijn. Om mensen bij wie een probleem ontstaat te laten weten dat er mogelijkheden zijn. Soms kan het al helpen dat ze hun verhaal kwijt kunnen of om hen in contact te brengen met een buurtbewoner of vrijwilliger met een luisterend oor, vertelt Obbink. “We gaan hiermee tegen de stroom van digitalisering in. Er is steeds minder persoonlijk contact en niet iedereen weet even snel en makkelijk de weg naar het digitale loket te vinden, ondertussen nemen hun problemen geleidelijk in omvang toe. Door nu proactief te informeren en verbinden, willen we voorkomen dat het zover komt.”

Van Veen: “Als het experiment succesvol is – en daar gaan we vanuit – kan het wellicht naar andere wijken uitgebreid worden, al heeft elke wijk zijn eigen signatuur en problematiek, en moet de inrichting van een wijkgerichte aanpak hulp altijd daarop toegespitst worden.”

City Deal Zorg voor Veiligheid in de Stad

De pilot maakt onderdeel uit van de City Deal Zorg voor Veiligheid in de Stad. Naast Zoetermeer, nemen ook Almere, Breda, Tilburg, Maastricht en Nijmegen deel aan de City Deal. Samen met vier ministeries wordt er gewerkt aan het voorkomen van criminaliteit en overlast door het sociale domein en het veiligheidsdomein beter aan elkaar te koppelen. Iedere stad experimenteert op een ander onderwerp. Zo werken Breda en Tilburg o.a. aan een nieuwe werkwijze bij de re-integratie van ex-gedetineerden en zet Nijmegen zich in voor een digitaal informatieknooppunt tussen de domeinen zorg en veiligheid.

 

 

 

Laat een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *