Nieuwe versie TEEBstad.nl

Stadsgroen. Foto: Flickr Creative Commons/Rijk Willemse.

De website www.TEEBstad.nl komt deze zomer beschikbaar als onderdeel van de Atlas Natuurlijk Kapitaal. TEEB staat voor The Economics of Ecosystems and Biodiversity, een wereldwijd initiatief om de waarde van de natuur zichtbaar te maken bij besluitvorming. Het is onderdeel van de City Deal Waarden van groen en water in de stad.

Wat is de TEEB-stadtool?

In opdracht van het ministerie van Economische Zaken is in 2013 door een aantal marktpartijen de TEEB-stadtool gelanceerd, een vrij toegankelijke online tool waarmee eenvoudig de baten van groenblauwe maatregelen in de stad zichtbaar worden gemaakt. Wat levert het op voor onze leefomgeving als we de daken vergroenen, extra bomen planten in het park of langs de straat, of het regenwater opvangen in de stadsvijver?

In 2016 heeft EZ in overleg met het ministerie van Infrastructuur en Milieu besloten om deze site onder te brengen bij de Atlas Natuurlijk Kapitaal (ANK) en door te ontwikkelen tot een locatiespecifieke tool. Deze doorontwikkeling vindt plaats in nauwe samenwerking met gebruikers en kennispartijen in de City Deal ‘Waarden van groen en water in de stad’.

Wat verandert er?

De nieuwe site wordt in lijn gebracht met de Rijkshuisstijl en zal voldoen aan de laatste normen voor informatiebeveiliging die het Rijk stelt aan haar websites. We hebben ons ingespannen om verder zo weinig mogelijk te veranderen, zodat u als gebruiker zo min mogelijk ‘last’ heeft van deze overdracht. De nieuwe site ziet er grotendeels hetzelfde uit, alle informatieteksten, figuren en rekenregels zijn dezelfde, en de scenario’s die u mogelijk heeft ingevoerd zijn gewoon beschikbaar.

Hoe gaat het verder?

Na deze eerste stap, de bestaande website onder de hoede van de ANK brengen, volgt een traject dat in elk geval tot 2018 zal duren en waarin de TEEB-stadtool wordt doorontwikkeld. Dit houdt in dat de huidige baatberekeningen worden geactualiseerd en aangevuld op basis van de behoeftes van gebruikers en beschikbare kennis. Dit type berekeningen levert nuttige informatie in de planvormingsfase.

Daarnaast krijgt de tool een vervolgstap die meer locatiespecifiek de baten berekent. De tool wordt daarmee complexer, dus het gebruik ervan zal meer tijd vergen omdat meer gedetailleerde gegevens moeten worden aangeleverd, maar het levert een nauwkeurigere schatting van de baten op. Deze berekeningen leveren informatie die relevant is in de besluitvormingsfase.

Hier vind je meer informatie over de TEEB-stadtool en de City Deal.

Europese Agenda Stad lanceert nieuwsbrief

Groen licht voor nieuwe partnerschappen in Bratislava.

Precies een jaar geleden werd het Pact van Amsterdam ondertekend. Sindsdien is de Europese Agenda Stad van start gegaan met partnerships op acht van de twaalf in het Pact afgesproken prioritaire thema’s. 

De pilot-partnerschappen die tijdens het Nederlandse voorzitterschap zijn gelanceerd, komen al in de overlegfase over gedefinieerde acties. De vier partnerschappen die tijdens het Slowaakse voorzitterschap zijn gelanceerd, werken hard aan de definitie van hun acties voor hun thema’s, waarvan de basis ligt in de Orientation Papers.

Kortom, een mooi moment om te starten met het terugkijken op de laatste resultaten, met delen van laatste nieuws en vooruitkijken op komende evenementen. De eerste editie van de Europese Agenda Stad kun je hier online lezen.

Lees meer over de Europese Agenda Stad op de nieuwe website: https://ec.europa.eu/futurium/en/urban-agenda

 

Lancering Nationaal Smart City Living Lab op 8 juni

Hoe verenigen de Nederlandse steden en hun partners maatschappelijke opgaven met nationale ontwikkelingen en internationale kansen? Op 8 juni, tijdens het Smart & Safe City Event in Scheveningen, wordt het programma Nationaal Smart City Living Lab gelanceerd. Dit programma richt zich op het opschalen van smart city toepassingen en het structureel organiseren van smart cities in Nederland.

Sinds de NL Smart City Strategie in januari werd gepresenteerd aan minister-president Mark Rutte, is er veel gebeurd. Veel Smart City partijen hebben de samenwerking versterkt, in eigen land en over de grenzen. Natuurlijk liggen er ook nog grote uitdagingen voor ons. Een belangrijke vervolgstap is het concretiseren van de internationale propositie voor Smart Cities en de BV Nederland. Tijdens het Smart & Safe City Event in Scheveningen vinden een aantal ronde tafels plaats waarin actief thema’s inhoudelijk worden uitgewerkt. De middag wordt geopend door Constantijn van Oranje van StartupDelta.

Het definitieve programma hiervoor en details voor registratie komen binnenkort op https://slimstestad.nl/.

Nicolaas Beets op Second International Conference on National Urban Policy

Van 15 tot en met 16 mei vond de Second International Conference on National Urban Policy plaats in Parijs, georganiseerd door UN Habitat in samenwerking met de OESO. Namens Nederland nam Nicolaas Beets, Speciaal Gezant Europese Agenda Stad deel aan deze conferentie. De focus lag deze conferentie met name op de implementatie van the New Urban Agenda en de implementatie van National Urban Policies, in de follow-up op Habitat III (the Third United Nations Conference on Housing and Sustainable Urban Development).

Tijdens de conferentie lanceerde de OESO de publicatie the State of National Policies in OECD Countries’, hetgeen het eerste overzicht geeft van de aard en het type stedelijk beleid dat in de 35 OESO-landen wordt gevoerd. Dag één bestond uit een plenair programma met niet alleen deelname van met name ministers, burgemeesters uit diverse continenten, maar ook deelname van Angel Gurría (Secretaris-generaal OESO) en Markku Markkula (President van de Committee of Regions).  Dag twee bestond uit een programma met thematische sessies.

Agenda Stad

Beets verzorgde op de eerste dag de inleiding van de sessie National Urban Policy in Five Continents: A Regional Dialogue Session, waarbij hij inging op de werkwijze bij de succesvolle partnerschappen die zijn gesloten in het kader van de Europese Agenda Stad. De volgende dag ging Beets in een panel in gesprek met vertegenwoordigers van Zuid-Afrika, Frankrijk, Libanon en Mozambique over de Nederlandse Agenda Stad en de City Deals die rondom verschillende opgaven zijn gesloten, bijvoorbeeld rondom inclusiviteit en energiebesparing in de gebouwde omgeving.

De conferentie  vormde het startschot van the National Urban Policy Programme (NUPP) – dat de OESO heeft ontwikkeld om een bijdrage te leveren aan de implementatie van de New Urban Agenda en om landen te ondersteunen bij het ontwikkelen van National Urban Policies.

Primeur in Arnhem: Rijden op stroom van remmende bussen

Vanaf vandaag kan het: elektrisch rijden op stroom afkomstig van een remmende bus. Bij winkelcentrum Schuytgraaf in Arnhem openden Gelders gedeputeerde Jan Jacob van Dijk en Arnhems wethouder Geert Ritsema een laadpunt voor elektrische auto’s, dat is geïntegreerd in de mast van een trolleybovenleiding. Een Europese primeur. 

De stroom krijgt het laadpunt mede van remmende trolleybussen die energie terugleveren. Het is de bedoeling dat er de komende jaren meer van deze laadpunten komen.

Vierduizend masten

Het klinkt simpel. Verwerk een laadpunt in een mast van een trolleybovenleiding. Die mast staat er toch al én is bovendien verbonden aan een stroomnet. In het Arnhemse trolleynet staan zo’n vierduizend masten voor de bovenleiding, vaak op plekken vlakbij parkeerplaatsen. En in totaal rijden er 40 trolleybussen. De potentie is dus enorm. De gemeente juicht toe dat de trolleyinfrastructuur zo breed mogelijk gebruikt wordt. Zo worden de masten ook al gebruikt voor bewegwijzering en straatverlichting.

Schoonste openbaar vervoer

“De schoonste vorm van energie, is de energie die je bespaart”, aldus Geert Ritsema. “Door deze remenergie te gebruiken, besparen we energie. De regio Arnhem-Nijmegen heeft al het schoonste openbaar vervoer van Nederland. Met deze unieke laadpaal gooien we daar nog een flinke schep bovenop.” Jan Jacob van Dijk: ”Bovendien een innovatieve laadpaal die, als onderdeel van een bestaand fijnmazig netwerk, gebruik maakt van hergebruikte accu’s. Een mooi voorbeeld van slimme duurzaamheid, dat bijdraagt aan energieneutrale mobiliteit.”

De laadpunten zullen in eerste instantie gebruikt worden door taxi’s van Breng Flex. Dat is een vervoerservice op bestelling, die rijdt van halte naar halte in de regio Arnhem-Nijmegen. Een deel van de taxi’s rijdt volledig elektrisch. Zij kunnen bij dit laadpunt ‘bijtanken’ tussen de ritten door.

Remenergie in hergebruikte accu’s

In het project E-bus 2020-Smart Trolley Grid wordt onderzocht hoe bestaande trolleybovenleidingen ingezet kunnen worden voor het opladen van elektrische auto’s. Zo wil de gemeente het gebruik van emissieloze elektrische auto’s stimuleren. Afremmende bussen leveren stroom terug aan de bovenleiding, die wordt opgeslagen in (hergebruikte) accu’s in de openbare ruimte. Vanuit deze accu’s kunnen elektrische voertuigen, openbare verlichting en andere toepassingen weer voorzien worden van groene elektrische energie.

Internationale interesse

De proef wordt op de voet gevolgd door steden in binnen- en buitenland, die ook een net van bovenleidingen voor trolleys of trams beheren. Alleen al in Europa zijn er meer dan 300 steden met zo’n netwerk. Er is concrete interesse voor het terugleveren van remenergie van bussen en trams bij diverse steden in de deelstaat NordRhein-Westfalen (Duitsland), en bij de Zwitserse steden Luzern en Zürich.

Op weg naar een digitale woonomgeving in Eindhoven

Gemeente Eindhoven en het Kadaster ondertekenden vrijdag 19 mei 2017 een samenwerkingsovereenkomst over het digitaliseren van de woonomgeving Eindhoven.

Wethouder Mary-Ann Schreurs (Innovatie en Design, Duurzaamheid en Cultuur) en Programmadirecteur Aart-Jan Klijnjan (Omgevingswet Kadaster) gaven met het tekenen van deze samenwerkingsovereenkomst het startsein om de mogelijkheden te verkennen van de gedigitaliseerde woonomgeving. Dit komt voort uit de ‘City Deal – Naar een digitale woonomgeving’ deze loopt tot het einde van het jaar. Partijen onderschrijven in deze deal de ambitie om een forse impuls te geven aan het digitaliseren van de woonomgeving in Nederland. De daaruit voortvloeiende gegevens worden als open data beschikbaar gesteld.

Projecten met Gemeente Eindhoven

In gezamenlijke projecten focust de Gemeente Eindhoven zich op het coördineren van inspanningen voor stedelijke open data. Denk aan het bieden van een lokaal platform voor stedelijke data van de bebouwde omgeving en de toepassingsmogelijkheden van de digitale woonomgeving. Wij focussen op een platform voor landelijke opslag, beheer en distributie van data van de bebouwde omgeving als open data. Ook verkennen we de mogelijkheden van deze data in onder andere de Omgevingswet.

Grootschalige digitalisering

De gemeente Eindhoven heeft in het kader van haar ‘Smart Society strategie’ de ambitie om binnen korte tijd te komen tot een grootschalige digitalisering van de gebouwde omgeving. De gemeente Eindhoven maakt hierbij gebruik van een innovatieve technologie (WoonConnect) die door diverse ontwikkelaars en woningcorporaties wordt toegepast.

Lees meer over de City Deal ‘Naar een digitale woonomgeving’.

Proeftuinen en ‘slimme’ samenwerking om topsectoren Gelrestad te versterken

De sectoren energie, voeding en gezondheid kenmerken de bedrijvigheid in de stedelijke regio’s Arnhem-Nijmegen, Apeldoorn en Ede. Om deze sectoren een extra impuls te geven gaan de steden met de provincie Gelderland, een tiental regionale partners en de rijksoverheid samenwerken.

Via vernieuwende proeftuinen en slimme combinaties bundelen de partijen hun krachten in deze Gelrestad-samenwerking, zodat het profiel van de gehele regio sterker wordt. Zij doen daarvoor óók een beroep op medewerking van het rijk. De deal is maandagmiddag 30 januari getekend in Nijmegen.

Onmisbare pijlers

Wethouder Harriet Tiemens van Nijmegen. Foto: Niek Antonise

Wethouder Harriet Tiemens van Nijmegen. Foto: Niek Antonise

Harriët Tiemens, wethouder gemeente Nijmegen en trekker van deze City Deal: “Energie, voeding en gezondheid zijn onmisbare pijlers in het duurzaamheidsbeleid van onze regio. Dankzij de City Deal kunnen we de samenwerking tussen deze drie versterken. Dat zorgt voor nog meer innovatie, snelheid en inspiratie. Ik ben er dan ook van overtuigd dat we met deze ‘deal’ als Gelderse steden, provincie, rijk en tal van bedrijven en instellingen een grote stap voorwaarts maken. Neem nou de energietransitie. Windpower Nijmegen en de Rijn IJssel Energie Coöperatie weten hoe ze als burgerinitiatieven laagdrempelig en creatief eigen energie kunnen produceren. Grote bedrijven en instellingen hebben financiële slagkracht en expertise in huis. Breng die partijen bij elkaar en één plus één wordt drie, want samen komen we pas echt verder!”

Meerwaarde door samenwerking

De City Deal Gelrestad is geen nieuwe agenda maar zoekt de meerwaarde van de samenwerking tussen de sectoren energie, voeding en gezondheid. Via vijf actiesporen werken de partijen aan het versnellen van innovaties en concrete verzoeken aan het rijk voor bijvoorbeeld meer experimenteerruimte. Partijen werken aan de totstandkoming van het World Food Center in Ede, waar met internationale uitstraling werk wordt gemaakt van cross-overs tussen Energy, Food en Health. In het WFC worden onderzoekers, consumenten en producenten van voeding uitgedaagd om met de voedselvraagstukken van deze tijd aan de slag te gaan.

Samen inkopen

Door samen op te trekken wordt de inkoopkracht vergroot. Zo werken 17 gemeenten in de regio Arnhem-Nijmegen aan een unieke gezamenlijke aanbesteding voor duurzame elektriciteit voor hun eigen organisaties. Het is de bedoeling dat straks onder meer gemeentelijke kantoren, wijkcentra, sporthallen en openbare verlichting op deze stroom functioneren. De gemeenten vragen aan energieleveranciers om duurzame elektriciteit te leveren die uiteindelijk helemaal regionaal moet worden opgewekt door energiebronnen die (deels) nog gerealiseerd moeten worden. Het is de eerste aanbesteding in Nederland waarin dit zo expliciet wordt vastgelegd.

Partners

Deelnemende regionale overheden zijn de steden Arnhem, Nijmegen, Apeldoorn en Ede en de provincie Gelderland. De andere regionale partners zijn: Economic Board regio Arnhem-Nijmegen, Strategische Board Stedendriehoek (Cleantech Regio),, Triple Helix Foodvalley, Radboud Universiteit Nijmegen, Health Valley, Sport Medisch Centrum Papendal, Rijnstate Ziekenhuis, Radboud Universitair Medisch Centrum, Industriepark Kleefse Waard, Engie Energie Nederland, Alliander, Rijn-IJssel Energie Coöperatie, Coöperatie Windpower Nijmegen en ACBN evenementenbureau Nijmegen. De afspraken met de Rijksoverheid zijn gemaakt met de ministeries van Economische Zaken en Volksgezondheid Welzijn en Sport.

Agenda Stad

De City Deal ‘Gelrestad’ komt voort uit het interbestuurlijke programma Agenda Stad, mede geïnitieerd door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Steden, Rijksoverheid, de Europese Commissie, maatschappelijke partners en het bedrijfsleven werken hiermee samen aan het versterken van groei, leefbaarheid en innovatie in het Nederlandse en Europese stedennetwerk.

2017-01-30 Citydeal Gelrestad, ondertekening in Vereeniging Nijmegen met wethouder Tiemens.

Steden blijven sterk groeien komende decennia

De komende decennia blijven de vier grote steden in ons land sterk groeien. In 2030 zullen zij 15 procent meer inwoners hebben dan in 2015. Ook de meeste middelgrote gemeenten zien hun aantallen inwoners stijgen.

Dit blijkt uit de Regionale bevolkings- en huishoudensprognose 2016 van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), die vandaag is gepubliceerd.

Driekwart van de groei Nederlandse bevolking in steden

Van de verwachte groei van de Nederlandse bevolking – bijna 950 duizend tussen 2015 en 2030 – zal bijna driekwart plaatsvinden in de grotere gemeenten, met 100 duizend of meer inwoners erbij. De grootste groei wordt verwacht voor de vier grote steden, die in 2030 gemiddeld 15 procent meer inwoners dan in 2015 zullen tellen. Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht, zijn samen goed voor een derde van de Nederlandse bevolkingsgroei per saldo tot 2030.

In het westen van Nederland zijn er diverse andere sterke groeiers zoals Almere, Haarlem, Haarlemmermeer en Amersfoort. Hier groeien ook diverse buurgemeenten van de grote steden sterk, zoals Diemen bij Amsterdam en Rijswijk bij Den Haag. In het zuiden van Nederland wordt de groei getrokken door de Brabantse steden Tilburg, Eindhoven, Den Bosch en Breda. In het oosten van Nederland blijft het inwonertal van Zwolle, Arnhem, Nijmegen en Ede sterk groeien. In het noorden kennen Groningen en Leeuwarden een beduidende groei.

Krimpregio’s

Tegelijkertijd zijn er ook regio’s in ons land waar de inwonersaantallen juist teruglopen. Vooral kleinere gemeenten zullen hun bevolking verder zien afnemen. Dit is onder meer het geval in Drenthe, Noordoost-Groningen, de Achterhoek, Noord-Limburg en Zeeuws-Vlaanderen. In 2030 zal bijna een op de vijf gemeenten minder inwoners tellen dan nu. Daartegenover staan ook veel kleine gemeenten met een groeiende of stabiel blijvende bevolking. Verder naar de toekomst zal de bevolking van Nederland minder hard groeien, waardoor steeds meer kleinere gemeenten te maken zullen krijgen met krimp.

099k_rpg16Vergrijzing

Opvallend ook is dat de prognose laat zien dat er het aandeel 65-plussers groter is buiten de grote steden. Dit verschil in vergrijzing zal in de toekomst verder toenemen. Naar verwachting tellen de grote steden in 2030 gemiddeld 17 procent ouderen, tegenover 26 procent in de kleinere gemeenten. In het begin van deze eeuw was de vergrijzing in zowel grote, middelgrote als kleinere gemeenten nog vrijwel gelijk, bijna 15 procent.

Steden zijn en blijven relatief jong door de continue instroom van jongeren, die daar vaak blijven wonen als ze een partner vinden en kinderen krijgen. De kleinere gemeenten hebben juist te maken met een uitstroom van jongeren. Dit is het sterkst te zien in de regio’s buiten de Randstad.

Huishoudens

In vrijwel alle gemeenten zal het aantal huishoudens toenemen, in totaal tussen 2015 en 2030 rond 700 duizend extra huishoudens. Dit betekent dat bijna overal in Nederland nog extra woningen moeten worden gebouwd. In slechts enkele gemeenten, voornamelijk aan de oostgrens van Nederland, zal het aantal huishoudens niet meer toenemen of zelfs afnemen.

Prognose

De PBL/CBS Regionale bevolkings- en huishoudensprognose 2016 beoogt de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkeling te beschrijven, rekening houdend met recente ontwikkelingen en huidige inzichten, op nationaal en regionaal niveau. Toch zijn de cijfers altijd met onzekerheden omgeven. Zo zijn immigratie, economische ontwikkeling en woningbouw moeilijk te voorspellen. Voor deze prognose is een nieuwe methode ontwikkeld, om onzekerheidsintervallen rond de uitkomsten in te schatten. Voor elke gemeente zijn naast de prognose ook zestien varianten gesimuleerd.

Lees het hele artikel over de Regionale bevolkings- en huishoudensprognose of kijk op de themasite van het PBL over bevolkingsprognose.

 

Middelgrote steden profiteren van netwerkkracht

trendstudie stedenontwikkeling Platform31

Volgens velen hebben grote steden de toekomst. Dit komt omdat grotere bevolkingsomvang, bevolkingsdichtheid en connectiviteit in echte grote steden leiden tot meer agglomeratievoordelen. Ook middelgrote steden kunnen profiteren van soortgelijke voordelen. Door regionaal samen te werken ontstaat er netwerkkracht die hen positieve voordelen oplevert.

Dat is de conclusie van een afstudeeronderzoek van de master economische geografie aan de Universiteit Utrecht in samenwerking met Platform31. Vooral in regio’s met meerdere centrumsteden bestaan goede voorbeelden van netwerkkracht.

Netwerkkracht

Netwerkkracht van steden is nog niet veel onderzocht.. Heldere definities, onderzoeksmethoden en empirisch bewijs zijn schaars of afwezig. Desondanks is het begrip netwerkkracht en de potentie hiervan on top of mind bij beleidsmakers en uitvoerders. Het discours loopt dan ook voor op de onderbouwing.

Het exploratief onderzoek concludeert dat netwerkkracht in Nederland duidelijk bestaat. Grote steden zijn niet de enige vindplaats van positieve economische externaliteiten als gevolg van delen, koppelen en leren. Middelgrote steden kunnen deze ook genereren dankzij effectieve regionale samenwerking met andere actoren in de regio. Overheden, bedrijven en kennisinstellingen die zich in de regio verbinden, creëren de mogelijkheden voor delen, koppelen en leren. Dit biedt een aantrekkelijk perspectief: regionaal krachten bundelen loont.

Polycentrische regio’s

Het belangrijkste empirische inzicht dat dit onderzoek oplevert, is dat het aantal steden in de regio een positief effect heeft op de effectiviteit van een samenwerkingsverband. Polycentrische regio’s hebben andere uitdagingen bij regionale samenwerking dan monocentrische gebieden. In regio’s waar een middelgrote stad optrekt met andere steden in de buurt, ontstaat vaker netwerkkracht dankzij regionale samenwerking. Gedeelde stedelijke ambitie en problematiek heeft een positieve invloed op effectieve regionale samenwerking. De uitdaging zit in het blijven investeren in het samenwerkingsverband, ondanks dat effecten soms moeilijk zichtbaar zijn, langer op zich laten wachten of één van de deelnemende gemeenten onevenredig meer voordeel zou opleveren.

De actoren in middelgrote steden gelegen in monocentrische regio’s komen minder vaak tot effectieve samenwerking. Als oorzaak komt naar voren dat deze middelgrote steden op zoek zijn naar de juiste partners om mee samen te werken. Het niet consequent kiezen voor een regio staat de ontwikkeling van effectieve samenwerking in de weg. De uitdaging is om op een thema als economisch beleid met dezelfde partijen de aandacht erbij te houden voor een lange periode.

Lees meer over het onderzoek op de website van Platform 31.

Impressie eerste Agenda Stadtafel: ‘Steden en economische transitie’

Afgelopen 29 augustus kwamen in het stadhuis van Rotterdam dertig bestuurders, ondernemers en wetenschappers bijeen om onder leiding van burgemeester Aboutaleb te spreken over de rol van steden in economische transities. Hieronder volgt een korte weergave van de avond, het complete verslag van deze eerste Agenda Stadtafel volgt spoedig.

Plenaire inleidingen

Afbeelding1Inleidingen werden verzorgd door burgemeester Aboutaleb van Rotterdam, directeur generaal bestuur en wonen Buitendijk, prof. dr. Hajer, en directeur Roadmap Next Economy Beekman, tevens betrokken bij de City Deal Next Economy.

De samenleving bevindt zich aan de vooravond van de derde industriële golf. Digitalisering, energie en mobiliteit zijn daarbij de drijvende krachten. Technologische oplossingen ontwikkelen zich met name op het snijvlak van traditionele domeinen als wonen, werken, energie en mobiliteit. Deze innovaties manifesteren zich vooral op stadsregionaal niveau. Stedelijke regio´s verschillen echter aanzienlijk wat betreft sociale, fysieke en economische kenmerken. Dit vereist een gedifferentieerde aanpak, zowel inhoudelijk als qua werkwijze.

Regionale overheden moeten keuzes maken, in de eerste plaats omdat de genoemde veranderingen grote kansen en risico’s met zich mee brengen. De ontwikkeling van nieuwe technologieën kan leiden tot uitsluiting of juist arbeidsplaatsen scheppen. Ook hebben ze consequenties voor veiligheid, democratie en duurzaamheid. De Rijksoverheid zal dus naast het creëren van goede, generieke condities, ook richting regio´s haar inzet moeten intensiveren en differentiëren.

Afbeelding2Tafelgesprekken

Hoe kan economische transitie worden versneld? Een aantal concrete suggesties passeerde de revue. Zo was er een oproep om een business case te ontwikkelen vanuit een concrete kans, die nu onvoldoende verzilverd wordt. Waarom kan een huiseigenaar nu geen integraal systeem inkopen om zijn woning energieneutraal te maken? Grondige aanpassingen in het onderwijssysteem werden

genoemd met ‘in company’ opleidingsmodules door traditionele onderwijsinstellingen, integratie vmbo-mbo-hbo-universteit, en het opschalen van distant learning. Ook werd gepleit voor meer regionale vrijheid om milieubelasting vorm te geven, ter bevordering van duurzame technologie.

Afbeelding3Overheden spelen een rol door de juiste financiële kaders en regelruimte te bieden voor innovaties en ondernemerschap. De grote vraag aan de tafels was hoe dit slim te doen. De deelnemers waren eensgezind in de constatering dat Nederland kansen mist doordat steden, bedrijven en onderwijsinstellingen te veel vooraf bij belemmeringen stilstaan, in plaats van deze te ervaren en gaandeweg op te lossen door projecten daadwerkelijk te implementeren. Ook financieel zou veel meer kunnen als overheden over de schuttingen van bestaande sectoren heenkijken. Bedrijven kunnen zo meer worden uitgedaagd om nieuwe concepten ook daadwerkelijk in een rendabel business model te gieten, daar waar nu vaak de gemakkelijke weg wordt gekozen.

Er was veel enthousiasme over de kansen die een stedelijke invalshoek biedt voor economische transities. Tegelijkertijd vergt dit veel van de opstelling van steden en regionale overheden. Door velen werd benadrukt dat niet een generieke aanpak, maar het smeden van coalitions of the willing tot het meeste succes leidt. Ook was te horen dat probleemeigenaren veel directer in positie moeten worden gebracht.

Lees meer in bijbehorende bijlage.