‘Dag van de Stad is één grote ontdekkingstocht’
Op 28 oktober vindt in Den Haag voor de derde keer de Dag van de Stad plaats. Hoe was het op de vorige edities? Britt Hulsbosch was er vorig jaar bij in Amersfoort, toen ze als stagiair werkte bij het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Wat was je rol vorig jaar op de Dag van de Stad?
“Ik was eigenlijk net klaar met mijn stage bij het ministerie van BZK bij de directie Bestuur en Financiën, waar onder andere Agenda Stad onder valt, en werd gevraagd of ik twee sprekers wilde begeleiden op de Dag van de Stad: Robert Hammond en Dan Barasch uit New York. Zij gaven sessies tijdens het deelcongres ‘de Samenwerkende Stad’. Ik heb hen de hele dag begeleid: ze geholpen met vertalen van presentaties, wegwijs gemaakt op het terrein en van afspraak naar afspraak begeleid. Verder heb ik context geboden bij de verschillende onderdelen op de dag. Ik heb een bachelor politicologie afgerond en recent een master bestuurskunde, dus Frank Reniers (de projectleider van de Dag van de Stad) dacht dat ik wel een goede match voor ze zou zijn.”
Waar draagt de dag van de stad het meest aan bij volgens jou?
“Ik denk dat de Dag van de Stad een plek is waar heel veel mensen elkaar ontmoeten. En dat is nodig want veel vraagstukken van steden kun je niet meer los van elkaar zien, die zijn met elkaar verbonden. Het is goed om bij elkaar te komen en los te komen van je normale manier van werken en je op zo’n dag te laten inspireren en goede energie op te doen. Ik vond zelf de keynote van Robert Hammond erg inspirerend. Hij zag een oude vervallen spoorlijn midden in de stad New York en maakte daar een stadspark van. Dat is enorm succesvol geworden. Misschien wel iets te succesvol. Er komen nu zoveel toeristen op af dat de rust die hij met het park wilde creëren nu weer weg is. Maar ik vind het heel gaaf hoe dit als burgerinitiatief is ontstaan en zo’n succes is geworden.”
Hoe was de sfeer in Amersfoort?
“Ik was nog nooit eerder op een Dag van de Stad geweest dus ik had eigenlijk geen verwachtingen. Wat ik er bijzonder vond is dat de dag opgezet was als één grote ontdekkingstocht. Daardoor kreeg je nooit dat massale gevoel alsof je op een beurs bent.”
“De dag vond plaats in de Rijtuigenloods in de Wagenwerkplaats (een grote hal in Amersfoort) waar overal kleine ontdekkingsplekjes waren ingericht. De wc’s waren in een locomotief, er was een escape room. Ook rondom het hoofdgebouw waren allemaal andere locaties met deelsessies. Je kon er overal dingen proberen. Ik was Dan en Robert op een gegeven moment even kwijt, bleken ze in een autootje te zitten. Het was écht anders dan alleen maar zitten en luisteren in sessies. Het voelde eigenlijk een beetje als een speeltuin!”
Waarom moeten mensen volgens jou dit jaar naar de Dag van de Stad komen?
“Wat ik zelf heel leuk vind is de interactieve manier om de dag te beleven die centraal staat. De vraagstukken worden op allerlei verschillende manieren gebracht. Ik zie ook dit jaar weer allerlei bijzondere werkvormen op de agenda staan, zoals Pecha Kucha’s, waar steden hun meest spraakmakende en succesvolle projecten pitchen in zes minuten. Dit soort vormen lijken me heel waardevol met al die vraagstukken die andere manieren van werken vereisen. Mensen met een verschillende achtergrond, kennis en perspectief moeten meer met elkaar samenwerken. Op de Dag van de Stad kunnen ze met elkaar worden verbonden.”
Laat een reactie achter