Verslag Landelijke Kennis Maken Dag

Dit gaat over de City Deal City Deal Kennis Maken

Op de vooravond van weer een tijdelijke lockdown ontmoette het netwerk van de City Deal Kennis Maken elkaar op 12 november in de oude Honig-fabriek in Nijmegen. Dat was alweer twee jaar geleden. “Het is echt heel bijzonder om hier weer bij elkaar te zijn en elkaar weer in het echt te zien”, opende Rowinda Appelman, programmamanager City Deal Kennis Maken de dag.

Vandaag 12 november stond weer helemaal in het teken van de verbinding stad en het hoger onderwijs. Inmiddels werken twintig steden, samen met de twee ministeries en andere partners, mee aan de City Deal.

Opnieuw uitgevonden

Rob Verhofstadt, voorzitter van het College van Bestuur van de Hogeschool Arnhem Nijmegen heette de deelnemers welkom in Nijmegen. Deze stad is al sinds de Romeinse tijd een plek van innovatie, vertelde Verhofstadt. “Dit gebied heeft zichzelf altijd opnieuw uitgevonden.”

Zo ook de familie Honig, die hier in de fabriek ging innoveren, en uiteindelijk soepen en vermicelli ging maken. “Honig heeft onze keuken veranderd dankzij de innovatie”, aldus Verhofstadt. Ook zorgde de familie voor verbinding met de wijken die om de fabriek liggen. De arbeiders woonden op steenworp afstand. “Nu anno 2021 is de Honig-fabriek gesloten maar is het oude pand opnieuw een plek die zichzelf heeft uitgevonden als broedplaats voor innovatie. Hoe leuk is dat? Het is nu een plek die innovatie en verbinding zoekt zowel met de wijken in de buurt, als met de overheid en onderwijs. Mooi dat juist hier de City Deal dag plaatsvindt”.

Innovatie is ook een term waar Jan van Dellen, wethouder Economische Zaken van gemeente Arnhem warm voor loopt. Zeker die innovaties die samen met onderwijsinstellingen van de grond komen. “Jullie zijn voorvechters en verbinders van vandaag en morgen”, gaf hij de zaal mee. “Ik vind samenwerken met kennisinstellingen cruciaal voor de toekomst.” Arnhem en Nijmegen zijn gestart met de energietransitie. Waar Nijmegen de focus heeft op hightech, ligt die in Arnhem op energiebedrijven.

Maar het gaat te langzaam, stelde Van Dellen. “Al die innovaties waren eigenlijk gisteren al nodig. De energieketen werkt niet goed samen nog, en schone energie kun je nog steeds niet opslaan. Die miljoenen elektrische auto’s die energie teruggeven hebben we ook niet voor elkaar. Daarom bundelen wij de kennis met de HAN, de Provincie, TU Delft en zo’n veertig bedrijven die allemaal willen investeren in waterstof, energie en IT. We willen de studenten heel snel tijdens hun opleiding laten kennis maken met energie, waterstof, zodat producten sneller de fabriek ingaan.” Ook hoopt Van Dellen sneller een slag te slaan met waterstof. De gasleidingen, die straks niet meer nodig zijn, kunnen daarvoor worden gebruikt. “Dit soort ideeën komen allemaal uit onze innovatielabs. Daar hebben we studenten voor nodig. We hebben jullie nodig om de kennis en innovatie verder te brengen.”

Appelman vertelde over de nieuwe fase waarin de City Deal is beland. Drie weken geleden zijn 14 grote projecten goedgekeurd voor financiering voor opschaling. “Van kleine projecten met groepjes studenten kunnen zij doorgroeien. Hoe krijg je ze ingebed, duurzaam, en niet meer ad hoc?” Ook vertelt ze over de vijftien onderzoeken die met CDKM-subsidie zijn uitgevoerd het afgelopen jaar. “Zijn labs de oplossing voor werken met studenten in de stad? Hoe meet je impact van studentenprojecten?”. De publicatie met resultaten uit alle onderzoeken werd gepresenteerd op de Kennisdag.

Kansen en belemmeringen voor gemeenten

Na het plenaire deel gingen de deelnemers uiteen in zes verschillende deelsessies die in ruimtes in de oude Honig-fabriek zijn verspreid. Zo leidde Kim Hoeks, strategisch adviseur van gemeente Nijmegen met collega’s uit gemeente Arnhem een werksessie over de gemeentelijke strategie rond de City Deal in de twee steden. Wat zijn kansen en belemmeringen voor de gemeentelijke organisatie? Wat is hun aanpak rond samenwerkingsovereenkomsten met het hoger onderwijs in hun steden? Hoe activeren beide steden hun ambassadeursnetwerk rond verbinding met de samenleving? Hoe werken zij toe naar de gemeenteraadsverkiezingen vanuit CDKM-oogpunt? Wat voor focus is er op de regio en verdere samenwerking, en hoe is de samenwerking met het hoger onderwijs intern binnen de eigen organisatie ingebed?

Arnhem is al een aantal jaren bezig met de City Deal. Het past goed bij een ander project dat ernaast loopt, Arnhem Studiestad. Dat heeft als doel om de stad aantrekkelijk te maken voor studenten. Ook de Arnhemse Leeragenda en Arnhem van Wijk naar Beter sluiten goed aan op de City Deal. Om te voorkomen dat er allemaal dingen langs elkaar lopen in de wijken, of dat verschillende groepen met hetzelfde bezig zijn, heeft Arnhem acht wijkmanagers aangesteld.

Uitwisseling tussen de verschillende projecten is dan ook heel belangrijk, vertelden de strategische adviseurs van Arnhem. Alleen in de wijk Spijkerwartier zijn het afgelopen jaar al tweehonderd studenten geweest. De ene groep bracht woningtypen in kaart, anderen hielden zich bezig met inclusie, meervoudige waarde creatie of met de aanpak van armoede. Het zijn allemaal toepasbare onderzoeken waar ze aan werkten.

Ook in Nijmegen zijn ze al jaren bezig met de City Deal. Belangrijk is dat je daarvoor eerst de basisstructuur neerzet in je stad en dan pas gaat nadenken wat je wilt doen, stelde Hoeks. De City Deal is een impuls geweest om meer met elkaar te verbinden. “Nu is het tijd om op te schalen en slimmer te organiseren. Daar staan we nog in de kinderschoenen. De door ons gemaakte praatplaat rond interne ambassadeurs helpt in die structuur.” Hoeks lichtte deze plaat toe tijdens de sessie.

Edubadges

In een andere zaal leidden Nienke Fabries (Fontys), Frank Evers (Saxion), Nurhan Abujidi (CDKM Maastricht) en Suzan de Bruijn (Labs en Werkplaatsen) een sessie over innovatiecampussen en labs. Hoe zet je een sterk lokaal of regionaal lab op? Welke trends zijn er zichtbaar in Nederland? Hoe trek je nu structureel met grote groepen studenten de stad in? Saskia Leenders (Wageningen University & Research) en Joanne Bos (CHE) leidden een sessie over best practices met betrekking tot het meten van impact van projecten in en met de stad, en hoe deze impact informatie ook is in te zetten voor betere burgerparticipatie, stakeholdermanagement en doorontwikkeling van onderwijs en onderzoek.

In het HAN Allesbinder Lab presenteerden Arnhemse en Nijmeegse onderwijs- en onderzoeksvernieuwers hun lokale onderzoeken en projecten, terwijl een zaal verder Frank Pinxt (SURF) vertelde over een ander soort onderwijsvernieuwing: Edubadges. In zijn sessie gaf hij een blik op de toekomst over deze digitale certificaten. Die worden steeds meer gezien als dé optie om studenten te belonen voor hun opdrachten in en met de samenleving.

SURF werkt al vijf jaar aan het project Edubadges en onderzocht hoe een infrastructuur voor digitale certificaten vorm kan krijgen. “We zijn er snel mee gestart. Urgentie is er niet, maar dit geeft instellingen de kans te experimenteren.” Een van de toekomstscenario’s van ons onderwijs volgens Pinxt is die van flexibel onderwijs. Edubadges passen daar heel goed in. Onderwijsinstellingen zijn de uitgevers van de badges, studenten zijn de houders, en werkgevers en onderwijsinstellingen zijn de raadplegers. Momenteel is er nog geen regie op, maar het project Microcredentials is wel begonnen om kaders vast te stellen. Er moet regie op komen, stelde Pinxt. Eigenlijk over de sectoren heen, zodat je ook overstap kan maken. Kunnen Edubadges gebruikt worden voor CDKM-projecten? Een voorbeeld volgens Pinxt is een zelfstandige organisatie, die namens gemeenten stages organiseert voor onderwijsinstellingen. Die zou dan de digitale certificaten kunnen uitreiken namens de onderwijsinstellingen.

Samenwerking

Na de lunch was er weer een sessieronde. Onderzoekers Saskia Weijzen en Cassandra Onck organiseerden een doe-workshop rond hun onderzoek naar rijke leeromgevingen, waarin ze deelnemers aan het werk zetten om met elkaar tot een gemeenschappelijke boodschap te komen via schilderen, tekenen en schrijven. Uiteindelijk is het thema duidelijk corona, de dreigende tweedeling in de maatschappij en hoe we weer meer met elkaar kunnen verbinden. Precies op die manier werken ze ook in de wijkcentra in de Arnhemse wijken, waar studenten van verschillende opleidingsniveaus samenwerken en werk maken van gezondheid en kansengelijkheid. Samenwerking met elkaar, met docenten, onderzoekers, professionals en met de stad staat daarbij centraal.

In de plenaire zaal mochten een aantal CDKM-projecten uit het hele land een pitch geven, om daarna aan losse tafels door te praten met de deelnemers van deze sessie in een World Cafe setting. Best & worst practices, werkvormen, dilemma’s, knelpunten, succesfactoren, het komt allemaal langs. In een andere sessie praatten deelnemers in focusgroepen over het doorontwikkelen van systematische aanpakken rond de verbinding met de samenleving. Tafels onder leiding van Menno Pistorius (HAN), Erna Klein-Ikkink (Vrije Universiteit) en Henny Wibbelink (gemeente ’s-Hertogenbosch) zetten hierbij vooral het thema opschaling centraal. Rowinda Appelman leidde een besloten bijeenkomst over de gezamenlijke aftrap van de veertien gehonoreerde projecten van de nieuwe financieringsregeling, en Wiro Kuipers en Erik Mooij leidden een sessie over het veelbesproken Challenge Based Learning. Hoe kunnen Challenges het beste ingezet worden? Hoe train je docenten en onderzoekers in deze aanpak? En hoe breng je op landelijke schaal samen wat er lokaal plaatsvindt aan Challenge ontwikkelingen?  Senior Docent Bekwaamheid Wâtte Zijlstra (HHS), onderzoeker Wietske Kuijer (HAN) en Jan Bransen (Radboud) praatten met anderen over docentprofessionalisering, met specifieke aandacht voor blended learning, transdisciplinaire samenwerking, erkenning en waardering voor docenten en onderzoekers.

Fuck-ups

Als laatste onderdeel verspreidden de deelnemers aan de landelijke Kennis Maken Dag zich over Nijmegen op excursies door het Honigcomplex, op fietsexcursie langs de Waal, op bezoek bij het Talentlab ROC Nijmegen en onderwijsexcursie in het Binder gebouw, dé plek voor de CDKM Nijmegen. Een kleine delegatie bleef achter in het Honigcomplex om meer te horen over elkaars mislukkingen in een zogeheten Fuck-Up Sessie, met het landelijke Agenda Stad team. Onder leiding van Henk-Jan Bierling deelden de deelnemers heel open minder geslaagde dingen uit hun werk. Wat ging grandioos fout in de afgelopen jaren CDKM? Waar blijf je tegenaan lopen? En hoe bouw je toch door?

Een ambtenaar van een ministerie vertelde hoe hij op een bijeenkomst met burgemeesters wilde vertellen over het succes van City Deal, wat helemaal niet werd gewaardeerd. Het was een verkeerde inschatting om het op dat podium te doen. Een andere deelnemer vertelde over de keuze om een bepaalde baan te nemen, waarvan ze al tijdens het sollicitatiegesprek wist dat het geen goede keuze was. Iemand anders vertelde hoe, omdat er een Engelstalige gast aanwezig was, ineens een bijeenkomst die ze had georganiseerd, in het Engels moest. Terwijl zij als organisator die taal niet zo goed machtig was.

Er heerste een soort lotgenotengevoel zo eind van de vrijdagmiddag in het Honigcomplex. Het gaf weer de nodige energie. Een deelnemer noemde het ‘heel ontspannen om elkaars fuck-ups te horen. Je voelt je ineens heel menselijk.’ Een mooi einde van een geslaagde landelijke Kennis Maken Dag!

Laat een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *