‘We willen uitlokken dat steden blijven werken aan verbetering’
Een van de meest bepalende factoren voor de kwaliteit van leven in een stad is luchtkwaliteit. Niet voor niets is het een van de thema’s van de Europese Agenda Stad. Steden en lidstaten werken samen met partners en de EU in het Partnerschap Luchtkwaliteit aan betere stadslucht.
Doel van dit Partnerschap is niet alleen de luchtkwaliteit in de steden te verbeteren maar ook om de aandacht voor de ‘Gezonde Stad’ in Europa te vergroten. Het partnerschap is als een van de vier pilots gestart, voordat het Pact van Amsterdam werd gesloten en de Europese Agenda Stad van start ging. Net als de andere drie pilots heeft het Partnerschap onlangs haar Actieplan gepresenteerd. René Korenromp van het ministerie van IenW is vanuit Den Haag projectleider van het Partnerschap vertelt er meer over welke acties allemaal gepland staan.
Hoe belangrijk is het thema luchtkwaliteit eigenlijk?
Korenromp: “Als je alleen al kijkt naar de uitstoot van NOx, stikstofoxiden, van de industrie en vooral het verkeer, dan hebben we het over 50.000 premature doden per jaar in Europa. Tel je daar andere vervuiling bij op, zoals fijnstof, dan kom je op een totaal uit van 400.000 premature doden per jaar op het continent. Je praat over extra ziekenhuisopnames en een heel scala aan gezondheidseffecten die zijn veroorzaakt door de lucht die we inademen. Dus ja, het is een zeer belangrijk thema. In Nederland doen we het overigens wel goed. De luchtkwaliteit in Nederland is de afgelopen jaren aanzienlijk verbeterd, maar we zijn er nog niet. We voldoen bijna overal aan de Europese normen, echter ook onder de normen doen zich nog gezondheidsrisico’s voor. Wil je de gezondheidsrisico’s echt terugdringen dan zul je toe moeten naar de waarden die de World Health Organization (WHO) hanteert voor gezonde lucht. Het streven van Europa is om de komende decennia toe te werken naar deze WHO-waarden met de luchtkwaliteit. Toch willen we in dit Partnerschap wegblijven van de discussie over de normen en ons meer richten op de gezondheidsaspecten van luchtkwaliteit.”
Waarom?
Het risico van normen is dat je als je als stad voldoet aan de normen, de kans bestaat dat je achterover gaat leunen. We willen met het partnerschap juist uitlokken dat steden en landen blijven werken aan verbetering.”
Hoe is het om een Partnerschap te starten?
“Het was in het begin echt een zoektocht om ervoor te zorgen dat lidstaten en steden op gelijke voet aan tafel zitten. Wat ik merkte is dat in het begin alle partners eigenlijk vooral een eigen wensenlijstje hadden. Steden hebben natuurlijk hele lokale wensen, van een verbod op houtgestookte ovens en kachels tot uniformering van oplaadpalen voor elektrische auto’s. In het begin was er tegelijkertijd bij de lidstaten een wegduwerige houding voor deze lokale wensen. De sfeer was er dan ook een van onderhandelen over wat er uiteindelijk in het actieplan terecht zou komen. In de loop van de tijd zijn we erin geslaagd deze houding eruit te krijgen.”
Hoe is dat gelukt?
“Om te onderbouwen hoe groot het probleem is van luchtkwaliteit heb ik TNO en RIVM presentaties laten geven over de luchtkwaliteit en de oorzaken en gevolgen van de vervuiling. Op basis daarvan hebben we een startdocument gemaakt. Het helpt als je onafhankelijke experts laat vertellen wat de issues zijn rond luchtvervuiling. Vanuit dit startdocument hebben we de partners gevraagd deze issues verder uit te diepen. Zo kwamen we op bevindingen en feiten waarover iedereen het eens was. Londen ging zich buigen over de wet- en regelgeving, Utrecht werkte de vraag uit wat je als stad kan doen om lucht te verbeteren? En wat al werkt in Europa. Milaan richtte zich vooral op de luchtkwaliteitsplannen, die door al die steden op verschillende wijze worden gemaakt. Er blijkt nog weinig common knowledge te zijn. Wat maakt een plan nu een goed plan? De Europese Commissie werkte aan een model om luchtkwaliteit in kaart te brengen dat kan worden toegepast in de Europese steden. Afgelopen mei hebben we een hele stevige sessie gehad in Londen, waarin we hebben gekeken naar de bevindingen van de verschillende partners en welke zaken we als Partnerschap gaan oppakken. Die zaken hebben we in ons actieplan gezet die we afgelopen november in Talinn hebben gepresenteerd op het Overleg van het Directoraat-Generaal Urban Matters van de Europese Commissie (DGUM).”
Wat staat er in dat Actieplan?
“Het komend jaar gaan we ons richten op een zestal acties. Allereerst willen we beter in beeld brengen wat de gaten zijn in wet- en regelgeving rond luchtkwaliteit en de implementatie ervan. Daarvoor gaan we in gesprek met elkaar over hoe we specifieke problemen kunnen oplossen. Denk aan katalysatoren van auto’s of bouwlocaties, die voor enorm veel emissies zorgen van fijnstof. Daarnaast gaan we de planning van betere luchtkwaliteit aanpakken. Wat je ziet is dat er in alle steden ruimtelijke plannen worden gemaakt. Maar wat is de impact op luchtkwaliteit? En welke maatregelen worden vervolgens genomen? In de praktijk blijkt dat daarover te laat in het proces wordt nagedacht. Als je daar eerder over nadenkt kun je maatregelen meenemen zonder dat het buitensporig extra kosten oplevert. Daarom werken we aan een Code of Good Practice. Daar is vanuit de steden veel behoefte aan. Verder willen we kijken of er mogelijkheden zijn de financiering van infrastructurele projecten in Europa zo kan worden ingericht dat er meer geld komt voor de aanpak van luchtverontreiniging. We hebben daarnaast de indruk dat er veel winst te behalen is als het publiek beter bewust wordt van welke impact slechte lucht heeft op de gezondheid. En wat ze zelf kan doen om dit te verbeteren.”
Hoe betrek je dat publiek erbij?
“We willen meer begrip en kennis krijgen over maatregelen die nodig zijn, zoals bijvoorbeeld milieuzones in steden bijvoorbeeld. Dat wordt vaak nog moeilijk geaccepteerd door de samenleving. Als je beter begrijpt wat voor gevolgen oude vieze auto’s hebben op je eigen gezondheid en die van de medemens, zal je maatregelen eerder accepteren. We gaan daarmee nu aan de slag, onder meer door campagnes ontwikkelen die we in meerdere Europese steden kunnen inzetten. Daarnaast organiseren we workshops rond ons Actieplan, om van meerdere partijen input op te halen.”
Wat moet dat opleveren?
“Over een jaar moeten we een rapport hebben, waarin duidelijk staat wat we met al deze acties hebben bereikt. Nu zijn we nog vooral in de fase van voorbereiden wat we allemaal precies gaan doen. In april organiseren we bijvoorbeeld een groot congres in Nijmegen over de scheepvaart, wat ook in sommige steden een enorme bron van luchtvervuiling is, zoals in Rotterdam. Zeker omdat auto’s schoner worden, de lucht schoner wordt, zie je het aandeel vervuiling uit de scheepvaart toenemen. Als auto’s schoner kunnen worden, moeten schepen dat ook kunnen. Op het congres willen we laten zien wat allemaal mogelijk is.”
Wat is nu het belangrijkste resultaat van het Partnerschap?
“Ik denk dat het feit dat we met steden en lidstaten aan dezelfde tafel zitten met de Europese Commissie om te praten wat iedereen doet. Voorheen wees iedereen naar die Commissie. Met dit Actieplan laten we zien wat iedereen doet. Het ligt niet alleen aan wet- en regelgeving op Europees niveau als de luchtkwaliteit niet goed is in een stad. Daar moet je als stad ook wat aan doen. We hebben als groep niet alleen naar de Commissie gewezen, maar vooral ook gekeken wat steden en landen zelf ook kunnen doen. Daardoor is er veel vertrouwen ontstaan.”
Wat merken de inwoners van de steden hier nu straks van?
“Ik denk dat we de burgers bereiken via de steden in dit Partnerschap. Ik denk vooral dat we hen straks bereiken met de campagnes die we ontwikkelen. De steden kunnen daarmee voorlichting geven aan de burgers. Als projectleider stuur ik eropaan dat we ook echt in gesprek blijven met burgers. Uiteindelijk zal de burger natuurlijk dankzij de luchtkwaliteitsplannen merken dat de lucht in zijn stad beter wordt.”
Meer weten over dit Partnerschap? kijk op: https://ec.europa.eu/futurium/en/air-quality. Of lees ook het interview met wethouder Lot van Hooijdonk van Utrecht.
http://www.google.com/