RLI: Stimuleer inwoners door inrichting stad tot gezondere levensstijl

De nieuwe Omgevingswet moet gemeenten helpen een omgevingsbeleid te ontwikkelen dat leidt tot een gezonde leefomgeving. Waar gemeenten zich nu vaak concentreren op het halen van wettelijk vastgestelde milieunormen, kan nog veel meer bereikt worden door een gezonde inrichting van steden, waarbij inwoners bijvoorbeeld gestimuleerd worden om meer te bewegen en minder stress ervaren.

Dat staat in het adviesrapport ‘De stad als gezonde habitat: gezondheidswinst door omgevingsbeleid’ van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) dat directeur-generaal Omgevingswet Erik-Jan van Kempen op 18 april namens minister Ollongren van Binnenlandse Zaken in ontvangst nam.

DG Erik-Jan van Kempen (r) neemt het advies in ontvangst namens minister Ollongren. Links op de foto Rli-raadslid Ellen Peper, in het midden Rli-voorzitter Jan-Jaap de Graeff. Foto: Fred Ernst.

De Rli biedt gemeenten in het rapport een aantal handvattten en pleit voor een leefomgeving die gezonde keuzes aantrekkelijk maakt, bijvoorbeeld door het gebruik van fiets- en wandelpaden te stimuleren, het creëren van openbare ruimten die uitnodigen tot ontmoeting en ontspanning en het slim plaatsen van trappen en liften in gebouwen. Met name in buurten met een gezondheidsachterstand zouden steden dergelijke maatregelen voorrang moeten geven, aldus de Raad.

City Deal

De Rli stelt verder diverse maatregelen voor op het gebied van financiën, sturing, kennisontwikkeling en ontwerpend onderzoek. Bij de aanbevelingen op die laatsgenoemde terreinen, wordt de City Deal-aanpak van Agenda Stad expliciet genoemd:

“Het is dan ook belangrijk dat steden bij de aanpak van de gezonde leefomgeving leren van elkaars ervaringen, niet alleen binnen en tussen overheden, maar ook met de markt en de samenleving. Dat gebeurt al wel, maar vaak op incidentele basis. Tijdens de diverse bijeenkomsten en gesprekken die voor dit advies zijn gevoerd, is geuit dat het lijkt alsof ‘ieder voor zich het wiel aan het uitvinden is’. In navolging van het PBL die de City Deals heeft geëvalueerd (Hamers et al., 2017a en b), meent de raad allereerst dat het Rijk de ‘best practices’ van de pilots actiever kan verzamelen en ontsluiten om het onderling leren en kennis delen te bevorderen. De pilots zelf moeten worden voortgezet, bijvoorbeeld die van de beleidsprogramma’s Agenda Stad (City Deals) en Slimme en Gezonde Stad (Living Labs, pilotsteden).”

De Rli benadrukt dat mensen met verschillende achtergronden elkaars ’taal’ leren spreken: “arts en stedenbouwer zijn beiden nodig voor een gezond stadsplan’, en dat steden alle betrokken partijen, zoals zorgverzekeraars, corporaties, bedrijven en burgers, nauw betrekken bij keuzes, zoals ook gebeurt binnen City Deals. Voor het Rijk ziet de Rli tenslotte ook een rol, want wanneer de Nationale Omgevingsvisie inzet op bijvoorbeeld een strategie van ‘verdichting’ binnen bestaande stadsgrenzen, zal dit in steden waar rijkswegen doorheen lopen, moeten leiden tot forse extra investeringen in geluidsschermen of gedeeltelijke ondertunneling.

Download en lees het adviesrapport ‘De stad als gezonde habitat’, op de website van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur.

Laat een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *