Smart City geen keuze maar ‘must’

Concurrentie tussen steden is van alle tijden. Menige stad zet zich als ‘smart city’ in de etalage. Het is onderwerp voor menig oploopje of symposium. Toch blijft de vraag wat steden slim(mer) maakt en of concurreren op slimheid wel zo verstandig is.

Slimme steden krijgen door technologische vernieuwing beter inzicht in typisch stedelijke onderwerpen als veiligheid, verkeer, voorzieningengebruik en sociale samenhang. Via sensoren of camera’s is het mogelijk nauwkeuriger en sneller dan vroeger relevante indicatoren te monitoren, zoals lawaai, congestie, drukte of zorgvraag. Bovendien koppelt de technologie deze informatie aan wat op sociale media rondgaat en aan klachten van bewoners, bezoekers en bedrijven. Daardoor wordt het in slimme steden steeds gemakkelijker te sonderen wat stadsgebruikers willen. De overheid, maar ook private (bouw)ondernemers kunnen eerder ingrijpen als stadsgebruik tot problemen of nieuwe behoeften leidt.

Of het nu gaat om het omzagen van een boom of om het huisvesten van asielgerechtigden, directe en korte informatielijnen naar inwoners helpt en het bestuur en private organisaties hun taken beter uit te voeren. Slimme steden staan bol van communicatie. Maar als bestuurders niet goed (willen) luisteren naar inwoners en andersom, dan schiet je weinig op met al die nieuwe technologie. Je bent er niet met een nieuw app’je of een geinige website. Het gaat om goed samenspel.

Steden zijn slimmer dan vaak wordt gedacht. Een mooi voorbeeld is Stratumseind in Eindhoven, de langste kroegenstraat van Nederland. Met behulp van lichttechnologie (‘Eindhoven Lichtstad’) is het mogelijk kroegtumult te beheersen. Bij rustig gedrag kleurt deze straat warm en aangenaam. Maar zodra er gedonder komt, gaat het licht op scherp en fel. Met als gevolg dat je vol in witgeel licht staat en er behoorlijk beroerd uitziet met wallen onder de ogen….en dat wil niemand!

Langzaam verkeer

Ook op het gebied van mobiliteit worden slimme meters gemaakt. Het aanleggen van zeven autobanen richting stad kan misschien, maar in een stad levert dat alleen maar meer complexiteit op. Slimme technologie gericht op sturing van bijvoorbeeld de individuele weggebruiker in een zelfrijdende auto, is vooral helpen bij beter benutten van bestaande infrastructuur.

Het is pas echt slim om zoveel mogelijke opties open te houden waar men kan rijden en parkeren. Deze benadering appelleert aan de complexiteit van de stad. In de stad heeft het langzame verkeer (lopen, fietsen) de toekomst, zoals Pauline Terreehorst ooit schreef in haar profetisch boekje getiteld ‘Langzame mensen, snelle steden’. Inmiddels zijn fietsenstallingen bij de treinstations van Utrecht en Amsterdam opgenomen in de top-tien van toeristische hoogtepunten van Nederland!

Intelligente technologie is verder behulpzaam bij de bevoorrading van winkels en horeca in het centrum van de stad. Internet en sociale media worden wellicht de redders van de binnenstad. Ze faciliteren ontmoetingen op de meest gewenste en beschikbare plekken en helpen tegelijkertijd de oplopende drukte op welbekende ‘hotspots’ te spreiden.

Gezondheid

Verder hebben gezondheid en sociale cohesie baat bij het gebruik van ict-technologie. Informatie over voeding en beweging stimuleert ‘healthy urban living’ en vermindert sociale ongelijkheid van gezondheid. Bovendien introduceert het allerlei nieuwe zorgsystemen en gemeenschapsvormen.

Nederlandse steden zijn ervan overtuigd dat de implementatie van ict-technologie anders moet en anders kan. Actieve marktpartijen als Über en Alphabet (voorheen Google) geven aan die ambitie een enorme push; sommige vrezen zelfs dat zulke bedrijven te veel invloed hebben.

Toch is het niet alleen de markt die aan slimme steden trekt. Juist op het snijvlak van publiek en privaat ligt de sleutel van slimme oplossingen. Dit vraagt om samenwerking tussen partijen die nu nog te vaak op hun eigen informatie zitten. Het vraagt verder om heldere doelen en meetbare criteria. En om kennis over de toepassing van technologie, inclusief de analyse van de effecten, zoals privacy.

Technologie dient de mens, en niet andersom. Mensen maken de stad slim. Het draait in de slimme stad om de bewoner die veilig en comfortabel wil leven, de bezoeker die zich zorgeloos wil verplaatsen, de ondernemer die zijn klanten vlot wil informeren en de ambtenaar die dit alles in goede banen wil leiden. Voor steden is ‘smart’ eigenlijk geen keuze, maar een voorwaarde. Niet zo zeer om elkaar de loef af te steken, maar vooral om van elkaar te leren. Steden die zich wil onderscheiden, moet vooral “dom” blijven.

Over de auteurs

Dit artikel verscheen eerder als column in Cobouw

Laat een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *