Wat studenten teweeg brengen als zij zelf invulling geven aan een vak
Als onderdeel van het vak ‘Leergemeenschap’ van de opleiding Social Work van Avans Hogeschool in Den Bosch brengt een groep studenten iedere donderdagochtend door op woonzorgcentrum De Hooghe Clock. Ze krijgen bewust geen concrete opdracht mee vanuit hun opleiding of het zorgcentrum, maar moeten zelf invulling geven aan hun praktijkervaring. Dat is niet alleen spannend voor de studenten, maar ook voor de docenten. We ontmoetten studenten Vera Bouman, Dewy Walburg en Shenna van Ool samen met docent Roos van Rooij in De Hooghe Clock. We spraken met hen over het vak en de bijzondere crowdfundingsactie die de studenten als onderdeel daarvan hebben opgezet om een Tovertafel – een kastje dat aan het plafond wordt gehangen en interactieve spellen op tafel projecteert – aan te schaffen voor de bewoners van het woonzorgcentrum.
Kunnen jullie eerst wat meer vertellen over het vak ‘Leergemeenschap’?
Vera: “Als onderdeel van het vak ‘Leergemeenschap’ brengen we iedere donderdagochtend door in de praktijk. Wij drieën zijn samen met enkele andere studenten terecht gekomen bij De Hooghe Clock. Toen het vak begon kwamen we op school en vroeg Roos: ‘Wat gaan we doen vandaag?’ Ik dacht echt: ‘Wat gaan we doen vandaag? Jij bent toch de docent! Ik ben de student, dus ik moet luisteren. Vertel jij maar wat we gaan doen vandaag.’”
Roos: “Vanuit de opleiding Social Work willen we elke student vanaf de eerste week van het onderwijs iets in de praktijk laten doen. We proberen voor groepen van zo’n twaalf tot vijftien studenten plekken bij bedrijven, organisaties, en instellingen in het sociale domein te creëren. Via de lectoraten Active Aging en Veiligheid en Afhankelijkheidsrelaties is De Hooghe Clock in beeld gekomen. Het idee van ‘Leergemeenschap’ is dat studenten zelf op zoek gaan naar wat er nodig is op een plek. Ze moeten zelf kijken, leren, maar ook op hun snufferd gaan en weer opkrabbelen. Dat is leren.”
Dewy: “De eerste twee maanden was het heel erg zoeken. We hadden geen idee wat we moesten doen. We begonnen maar met onderzoek doen naar welke doelgroepen hier zitten.”
Roos: “Voor mij als docent is het ook erg zoeken. Ik ben vooral gewend om een les voor te bereiden en te structureren. Deze vernieuwende vorm van onderwijs vraagt om een andere rol van de docent. Je moet echt leren om op je handen te gaan zitten. Ik weet nog dat ik vorig jaar samen met een andere docent besloot om bij de aanvang van het vak de stoelen in een kring te zetten, de studenten binnen te laten komen, en te wachten totdat ze zich beginnen af te vragen wat het programma is. We hebben wel een halfuur moeten wachten voordat een student vroeg: ‘Wat komen we hier eigenlijk doen?’. Door zelf invulling te geven aan het vak leren studenten op een hele andere manier. Ze leren om zelf dingen op te pakken, op een verantwoorde manier fouten te maken, en dat dingen soms niet lukken. Ik vind het heel spannend, maar ook ontzettend leuk! Ik denk dat we met ‘Leergemeenschap’ best wel iets unieks hebben bedacht.”
Hoe is het om zo los gelaten te worden als studenten?
Shenna: “Je leert om dingen meteen aan te pakken. Terwijl je dat normaal gesproken misschien niet zou doen. Hoe ga ik zelf iets ondernemen? Met wie moet je contact opnemen? Daar is heel leerzaam.”
Vera: “Je leert ook om met tegenslagen om te gaan. Met onze crowdfundingsactie liep ik er bijvoorbeeld heel erg tegenaan dat ik zelf de controle over alles wilde houden. Ik probeerde alles zelf te doen. Dat lukte op een gegeven moment niet meer. Dat moet je dan als studenten onderling oplossen.”
Jullie hebben inderdaad tijdens het vak ‘Leergemeenschap’ een crowdfundingsactie gestart. Hoe is het idee ontstaan?
Dewy: “We hebben gekeken naar de behoeften van de bewoners van De Hooghe Clock. We ontdekten dat er weinig activiteiten voor ouderen en met name voor ouderen met dementie zijn. Zo kwamen we op het idee van de Tovertafel.”
Vera: “Ik kende de Tovertafel vanuit mijn werk met mensen met een verstandelijke beperking. Ik vond zo’n ding keileuk, maar ze zijn heel duur. Een Tovertafel kost ongeveer zevenduizend euro. En dan moet je er nog spellen bij kopen. Ik wist toevallig ook dat crowdfunding een interessante manier kan zijn om geld in te zamelen. We hebben het er hier een beetje over gehad en zo is het balletje gaan rollen.”
Dewy: “In het begin liep de crowdfunding heel stroef. We kregen wel donaties van familie en vrienden, maar vooral bedragen van vijf of tien euro.”
Vera: “Op een gegeven moment kregen we vijfhonderd euro van de Rabobank. We dachten: ‘Wow, vijfhonderd euro!’ Daarna kregen we een mail van VGZ, want ik had hen een mail gestuurd met de vraag of ze wilden sponsoren. Ik probeerde daarbij aan te sluiten bij het thema ‘positieve gezondheid’, waar zij veel mee doen. In hun antwoordmail lieten ze weten dat ze vijfduizend euro konden sponsoren als we onze aanvraag hier en daar beter zouden maken.”
Dewy: “Zo hadden we het geld opeens bij elkaar en zelfs nog wat over. Daarvan hebben we extra spellen kunnen kopen en een grote activiteit kunnen organiseren rond de opening van de Tovertafel. We hebben daarvoor zelfs een smartlappenkoor kunnen inhuren.”
Wat is de huidige stand van zaken met betrekking tot de Tovertafel?
Dewy: “We hebben verschillende plekken gecreëerd in het gebouw waar de Tovertafel kan hangen. Dus het is niet zo dat ie op een plek blijft. Hij hangt nu in de dagbesteding, maar dat kan binnenkort weer op een andere plek zijn. We zijn daarnaast bezig om een Tovertafelbuddy-project op te richten. Een Tovertafelbuddy krijgt voorlichting over het gebruik van de Tovertafel en zorgt ervoor dat ie hier veel gebruikt wordt.”
Vera: “We vinden het belangrijk om ervoor te zorgen dat de Tovertafel niet stoffig ligt te worden op het moment dat wij hier weggaan en er volgend jaar een andere groep studenten start.”
Vandaag introduceerden jullie nog een bijzondere zorginnovatie bij De Hooghe Clock: robotzeehond Paro. Kunnen jullie iets meer over Paro vertellen?
Vera: “We zijn met ‘Leergemeenschap’ een keer in het Gezondheid en Technologie Laboratorium (GET-LAB) in Breda geweest. Daar hebben we Paro gezien. Ze zeiden dat we ‘m een keer konden lenen.”
Shenna: “Met Paro kun je heel makkelijk contact met ouderen leggen. Want als je met Paro naar ouderen toe gaat, beginnen ze gemakkelijk een praatje met je. Dat is heel leuk.”
Vera: “Dan kun je vragen: ‘Heeft u ook huisdieren gehad?’ Een mevrouw vroeg bijvoorbeeld: ‘Mag ie ook een koekje?’ Dan kun je zeggen: ‘Nou, mevrouw, Paro krijgt geen koekjes.’”
Dewy: “We gebruiken Paro om te onderzoeken of bewoners het leuk vinden om met huisdieren in contact te komen. Volgende week komt er een meneer met een echte poes aan een tuigje. We kijken of er mensen op af komen en of ze het leuk vinden.”
Hoe vinden jullie het om met ouderen in aanraking te komen?
Vera: “Ik stond in eerste instantie niet te springen om met ouderen te werken.”
Dewy: “Ik dacht ook: ‘Ouderen, hou op!’. Ik had er echt geen zin in.”
Shenna: “Ik had eerder al eens vrijwilligerswerk met ouderen gedaan. Ik wilde graag meer over ouderenzorg leren, maar wist niet precies wat ik voor hen kan betekenen.”
Is het beeld dat jullie hadden van ouderen veranderd?
Vera: “Ja, heel erg. Net gingen we met Paro rond. Een mevrouw werd echt superblij van Paro en ging tegen het beestje praten. Dat vond ik zo mooi! Ik ging nog net niet huilen. Als je mij een jaar geleden had gevraagd om met Paro langs de ouderen te gaan, had ik waarschijnlijk gezegd: ‘Het is goed met je. Laat mij maar mailtjes sturen enzo.’”
Roos: “Deze studenten maken de dagen van oudere mensen in dit huis net iets leuker dan normaal. Als we dat elke dag een beetje doen, is dat heel waardevol.”
Hebben jullie nog meer voorbeelden van mooie momenten met ouderen die jullie hier hebben meegemaakt?
Dewy: “Een mevrouw vond het smartlappenkoor dat we hadden uitgenodigd voor de opening van de Tovertafel zo leuk dat ze hen zestig euro fooi gaf. Dat vond ik zo speciaal! Want eigenlijk mocht ze dat niet geven, maar ze stond erop.”
Shenna: “Kleine dingen voor ons kunnen voor ouderen heel groot zijn. Dat is heel mooi om te zien.”
Vera: “Er zijn hier veel mensen met dementie. Soms onthouden ze niet dat je activiteiten met hen hebt gedaan. Als je dan terugkrijgt van medewerkers dat je het goed gedaan hebt is dat ook heel fijn.”
Wat hopen jullie nog te bereiken op De Hooghe Clock?
Vera: “Ik hoop dat het Tovertafelbuddy-project is afgerond aan het einde van het schooljaar. En dat er een duidelijk plan is om ervoor te zorgen dat het blijft bestaan.”
Dewy: “We vinden het belangrijk dat wat wij opzetten ook duurzaam is.”
Tot slot: Roos, wat wil je docenten meegeven die ook een vak als ‘Leergemeenschap’ willen ontwikkelen?
Roos: “Je moet de moed hebben om structuren los te laten. Niet alles willen voorbereiden en overal een antwoord op willen vinden. Deze studenten weten vaak meer dan ik, omdat ze meer vlieguren in de ouderenzorg hebben gemaakt dan ik met mijn achtergrond in jongerenwerk. En je moet in de voorbeeldrol die je hebt ook niet bang zijn om fouten te maken. Je moet samen met studenten op je snufferd durven gaan en dingen samen weer oppakken. Dat vinden veel docenten nog heel moeilijk.”
Laat een reactie achter