‘We moeten studenten voorbereiden op alles wat op ze afkomt in de maatschappij’
Hoe laat je studenten in een relatief korte periode van een vak voor hun leeronderzoek zinvol samenwerken met wijkbewoners en andere stakeholders? In het kader van zijn Education Fellowship aan de TU Delft onderzocht Reinout Kleinhans wat er nodig is om community engagement te laten slagen binnen ontwerponderwijs.
Community engagement is niet meer weg te denken uit de City Deal Kennis Maken. Bij deze onderwijsvorm draait het om het betrekken van lokale gemeenschappen bij het onderwijs en onderzoek. Community engagement versterkt de verbinding tussen universiteit en samenleving en geeft studenten een belangrijk voorproefje van situaties waar ze in hun toekomstige werk mee te maken krijgen. Maar hoe pas je het toe in de praktijk? In zijn Fellowship (2020-2021) ontwikkelde Kleinhans een serie van acht video’s onder de naam Community Engagement in Design and Planning Education – Challenges and Practical Steps Forward die onderwijsinstellingen kunnen helpen met het opzetten van community engagement.
Kuyperwijk
Als universitair hoofdocent stedelijke vernieuwing werkte Reinout Kleinhans zelf met studenten in de Delftse Kuyperwijk. Toen bleek dat de inwoners in de wijk zich vaker onveilig en sociaal geïsoleerd voelden en te maken kregen met meer rommel en overlast op straat, wilde de gemeente weten wat er allemaal speelde in de wijk en liet de studenten van Kleinhans onderzoek doen. Die observeerden, deden straatinterviews met bewoners bij winkelcentra of scholen, voerden gesprekken met de wijkagent, bij woningcorporaties en welzijnsorganisaties en analyseerden bestaande data.
Nu na zijn Fellowship blijft Kleinhans actief om deze onderwijsinnovatie meer bekendheid te geven binnen de TU Delft. Community engagement heeft inmiddels bij verschillende vakken een plek gekregen binnen het curriculum en studenten werken met deze benadering ook in Den Haag Zuidwest en Rotterdam-Zuid.
Community engagement is echt je speerpunt. Hoe kwam je hierbij?
“Het is een benaderingswijze die ik al langer toepas in onderzoek: samenwerken met partners in de praktijk. Dat is voor mij vrij standaard. De laatste vijf jaar ben ik bezig geweest om dit ook te doen in een onderwijssetting. Dat klinkt vrij eenvoudig maar het is best wel ingewikkeld om dat georganiseerd te krijgen. In onderzoek heb je een vrij lange looptijd en een bepaalde strategie, zoals dataverzameling. Ook werk je naar een resultaat toe. Het is makkelijk om daar partijen bij te betrekken.”
“Bij onderwijs is dat een stuk complexer. In het kader daarvan ben je vooral bezig studenten wat te laten leren. Je bent ze aan het voorbereiden op de beroepspraktijk en context van later, op opdrachten waarmee ze later te maken krijgen. Het idee van community engagement, zoals ook veel in de City Deal gebeurt, is dat je probeert leeromgevingen te koppelen aan praktijksituaties in de stad. Er is een soort wisselwerking. Verschillende partijen kunnen gebruikmaken van de kennis en inzet van studenten. Die hebben tijd, kunnen massa maken, dingen uitzoeken, gegevens verzamelen, oplossingen verzinnen. Tegelijkertijd moeten ze daarbij wel wat leren. En een leerproces is niet altijd zo lineair zoals wel eens wordt verondersteld. Je moet voor een leeromgeving zorgen die enerzijds die samenwerking mogelijk maakt en anderzijds studenten ook de mogelijkheid geeft om fouten te maken, als onderdeel van het leerproces. Er zitten vele uitdagingen onder.”
Wat zijn de uitdagingen waar je dan tegenaan loopt?
“Studenten doen het vaak voor het eerst. Je moet dus van te voren zorgen dat die samenwerking goed verloopt door het maken van afspraken. Wat kunnen partners van studenten verwachten en omgekeerd? Je kan niet alles van te voren voorzien, maar studenten moeten tegelijkertijd niet worden opgezadeld met onmogelijke opdrachten. Een andere uitdaging is dat het gemiddelde vak op de TU maar tien weken duurt. Dat is heel kort. Community engagement kan je er niet zomaar even in weven. Er zitten allerlei angels en voetklemmen aan. In potentie is community engagement veelbelovend en hartstikke leuk en kan het iets opleveren, maar dan moet je in de voorbereiding wel een aantal dingen goed regelen om ervoor te zorgen dat het kans van slagen heeft. Daar heb ik in mijn Education Fellowship naar gekeken, en deels getest in mijn eigen onderwijs, zowel op bachelor- als masterniveau.”
Wat heb je concreet onderzocht?
“Ik heb geprobeerd om op systematische wijze inzichtelijk te maken wat er allemaal bij komt kijken. Wat voor kwesties en uitdagingen kom je nu precies tegen in welke fase? Hoe kan je nou aan de voorkant met al die barrières rekeningen houden? Hoe vertaal je dat in een handige aanpak? Wat moet je doen qua voorbereidingen? Wat vergt het van studenten maar ook van de verantwoordelijke docenten? Een van de dingen die ik heb ontwikkeld in mijn fellowship is een soort framework, dat eruitziet als een taartdiagram waarin ik de uitdagingen uitleg, vanuit het perspectief van enerzijds de studenten en hun docenten, en anderzijds de lokale partners.”
“Dit diagram laat zes uitdagingen zien, waarmee je te maken hebt. Studenten zijn bijvoorbeeld sterk geneigd te denken in termen van problemen oplossen, terwijl stakeholders meer kijken naar kansen en versterken wat goed is. Die verschillende focus kan schuren. Dat is niet erg, maar je moet er rekening mee houden. Studenten moeten een vak halen, stakeholders willen een probleem opgelost zien. Dat moet je aan elkaar geknoopt krijgen. Het diagram is bedoeld om in één klap inzichtelijk te maken waar je aan moet voldoen om community engagement mogelijk te maken in een onderwijssetting. Dit diagram vormt ook weer de basis voor de videoserie. Dat zijn twee concrete resultaten van mijn Fellowship.”
Wat is nu de volgende stap?
“Momenteel ben ik met sabbatical. Komend academisch jaar pak ik het weer op. Naast het adviseren van andere docenten is de volgende stap voor mij om in het onderwijs dat ik zelf geef steeds nieuwe settings op te zoeken. Ik kijk op twee manieren. Aan de ene kant kijk ik naar de vragen die op ons afkomen. Aan de andere kant kijk ik ook juist naar bepaalde thematiek en probeer daar dan kleinschalig actie-onderzoek aan te koppelen, zoals in Rotterdam-Zuid. Dan ga ik stakeholders benaderen met de vraag of zij nog vraagstukken hebben waar onze studenten mee aan de slag kunnen gaan. In het kader van het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid hebben we twee jaar geleden met het NPRZ-programmabureau samengewerkt. Die hadden een drietal vraagstukken over bepaalde NPRZ-wijken en daar hebben we ook onderzoek door studenten naar laten doen en laten vertalen in ontwerp. Hoewel we bij de uitvoering sterk gehinderd werden door coronacrisis, leidde deze samenwerking voor de studenten tot een deliverable voor hun opleiding, en een samenvatting met antwoorden voor het Programmabureau.”
Pieke Hoekstra is bezig met de CDKM subsidie aan de opschaling van community engagement op de TU Delft. Ben je daarbij ook betrokken?
“Samen met een andere collega heb ik vanuit het Fellowship een special interest group (SIG) opgericht. Een groep docenten uit verschillende geledingen van de universiteit denkt mee over community engagement en opschaling daarvan, zowel in hun eigen onderzoek en eigen positie, alsook TU-breed. Pieke zit daar ook in. We gaan meedenken in haar project over opschaling. Er wordt straks iemand op aangenomen maar we blijven als groep input leveren.”
Is community engagement niet meer weg te denken in het onderwijs van de toekomst?
“Dat klopt, maar het was er eigenlijk altijd al wel. Het is maar net welk naampje je erop plakt. Anderen noemen het bijvoorbeeld challenge-based education. Het is sterk aan groei onderhevig omdat het uitgaat van de gedachte dat we studenten heel erg moeten voorbereiden op alles wat op ze afkomt in de maatschappij, maar ook breder in de hele wereld. Denk aan bekende thema’s als klimaatverandering. Er wordt steeds meer gedacht in termen van grote, transdisciplinaire opgaven waar we iets mee moeten. Er komt steeds meer oog voor de complexiteit van deze opgaven, maar ook de complexiteit om er iets aan te doen. Dan volstaat het niet dat we het onderliggende onderzoek en ontwerp een primair academische exercitie laten zijn.”
“Naast een academische leer- en denkwijze willen we studenten ook meegeven hoe ze kunnen opereren in hele complexe omgevingen, met andere mensen, met hele andere rollen en achtergronden. Ze moeten in dat soort contexten kunnen manoeuvreren, kunnen opereren in multidisciplinaire teams. Een ingenieur moet natuurlijk ingenieursvaardigheden krijgen aangeleerd en een civiel technicus moet leren hoe je bruggen moet aanleggen, wegen en funderingen bouwt. Maar het samenwerken met andere disciplines wordt ook steeds belangrijker. Daar wordt veel meer mee geoefend in onderwijs. En dat vergt dus een benaderingswijze als community engagement.”
Laat een reactie achter