City Deal maakt burgers en bedrijven weerbaar tegen cybercrime

Kwartiermaker Marc Noordhoek (rechts) licht de City Deal toe tijdens het Webinar

Van digitale wijkambassadeurs tot een lokale helpdesk die wordt bemand door IT-studenten. In de City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime gaan 8 steden, 3 ministeries, veiligheidsorganisaties en kennisinstellingen samen aan de slag om de cyberweerbaarheid te verhogen onder burgers en bedrijven. Met de ondertekening van de City Deal op 28 oktober 2020 gaat de City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime van start.

Of het nu gaat om phishingmails of om complete cyberaanvallen op servers, zoals de Citrix-kwetsbaarheden in januari 2020. Cybercrime is de laatste decennia een serieuze bedreiging geworden. Er is geen reden om aan te nemen dat dit in de nabije toekomst verandert. Sterker nog, door de huidige corona-crisis, waarin thuiswerken de norm is, zijn we kwetsbaarder geworden. Het is daarom belangrijk om meer in te zetten op de preventie van cybercrime.

Cyberweerbaarheid

Toch voelt nog lang niet iedereen de urgentie om in te zetten op de preventie van cybercrime. Veel burgers en bedrijven hebben het gevoel dat het hen niet zal overkomen. Ook zijn het instellen van firewalls, antivirussoftware en sterke wachtwoorden voor veel mensen lastige of tijdrovende handelingen. Daarom hebben de partijen in de City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime met elkaar afgesproken om burgers en bedrijven weerbaarder te maken tegen cybercrime.

De City Deal ondersteunt hierbij gemeenten, regionale samenwerkingsverbanden Veiligheid en Platforms Veilig Ondernemen. Ook activeert ze hen om burgers en MKB-ondernemers bewust te maken van hun kwetsbaarheid en hun weerbaarheid tegen cybercrime te vergroten. “Een goede samenwerking tussen Rijk en gemeenten bij het beveiligen van onze digitale infrastructuur en tegengaan van cybercriminaliteit is belangrijker dan ooit” licht minister van Justitie en Veiligheid, Ferd Grapperhaus toe. “Gezamenlijk beschermen we kwetsbare doelgroepen als ondernemers, jongeren, ouderen en laaggeletterden tegen niets en niemand ontziende cybercriminelen. De afspraken in de City Deal helpen ons daarbij.”

Lokale projecten

Publieke en private koplopers gaan in de City Deal experimenteren met nieuwe aanpakken om de urgentie van cyberweerbaarheid over te brengen en om tot gedragsverandering te komen. Dat doen ze in 18 lokale projecten die de kern van de bottom-up aanpak van deze City Deal vormen. Zo gaat de gemeente Amersfoort met het project Cyberchef MKB lokale ondernemers helpen om hun digitale basisveiligheid op orde te krijgen, zet Breda digitale wijkambassadeurs in, doet Rotterdam dat met cyberbuddies, concentreert Leeuwarden zich op de beveiliging van de agrarische sector terwijl Haarlem juist jongeren beschermt tegen cybercriminelen. Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) speelt een belangrijke rol in het begeleiden van de projecten en het borgen en verspreiden van de resultaten daarvan.

Ook heeft de City Deal aandacht voor wetenschappelijk onderzoek. De Hogeschool Saxion, en de Haagse Hogeschool werken al langer samen aan praktijkgericht, wetenschappelijk onderzoek op dit terrein.

“Door van elkaar te leren, samen te werken, goede initiatieven van elkaar over te nemen en te experimenteren met nieuwe aanpakken, ontstaat meer massa en impact en willen we het bewustzijn van burgers en bedrijven vergroten”, licht staatssecretaris Raymond Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties toe. “Het is naïef te denken dat we een halt kunnen toeroepen aan de cybercriminelen van de toekomst. Maar door deze City Deal goed uit te voeren, zetten we een stevige stap voorwaarts richting een veiliger internet.”

Webinar ‘Startbijeenkomst City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime’

Op woensdag 28 oktober 2020 organiseert het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (het CCV) de startbijeenkomst City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime. In deze startbijeenkomst – die wordt geleid door dagvoorzitter Patrick van den Brink, directeur van het CCV – staan interessante bijdragen van de minister van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris van BZK én Maike Borst, cyber threat analist bij Heineken, op het programma. De bijeenkomst eindigt feestelijk met de digitale ondertekening van de City Deal. Dus voor wie meer wil weten over deze City Deal en de cyberprojecten die daar deel vanuit maken, kan zich aanmelden voor het gratis webinar van aanstaande woensdag om 16.00 uur: https://hetccv.nl/agenda/startbijeenkomst-citydeal-lokale-weerbaarheid-cybercrime/

Partners City Deal

De City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime wordt op 28 oktober ondertekend door de ministeries van JenV, BZK, EZK/DTC, het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV), de gemeenten Amersfoort, Amsterdam, Breda, Den Haag, Dordrecht, Groningen, Haarlem en Leeuwarden, Noord-Holland Samen Veilig, Regiobureau Integrale Veiligheid Oost-Brabant, Nationale Politie, de PVO’s Limburg en Rotterdam, de VNG, de Thorbecke Academie, Saxion Hogeschool, De Haagse Hogeschool, de Veiligheidsalliantie Regio Rotterdam (VAR), de Veiligheidscoalitie Midden-Nederland en Hackshield.

Over City Deals

City Deals zijn samenwerkingsverbanden waarin steden, ministeries en andere maatschappelijke partners en/of marktpartijen op basis van gelijkwaardigheid samenwerken. Gedurende de looptijd van vier jaar wordt experimenteerruimte gezocht en benut om waardevolle inzichten op te doen die belangrijke input vormen voor nieuw landelijk of stedelijk beleid. Experimenteren, gelijkwaardigheid en innoveren zijn kernbegrippen in City Deals. De City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime is de 22ste City Deal die gesloten wordt. City Deals zijn een initiatief van het interbestuurlijke programma Agenda Stad dat in 2015 door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ontwikkeld is.

Meer informatie over de City Deal Lokale Weerbaarheid Cybercrime vind je op de City Deal-pagina.

‘Elke regio heeft zijn eigen verhaal’

Floor Milikowski (Foto: Fjodor Buis)

Jarenlang heeft Nederland geïnvesteerd in steden die het toch al goed deden. Dat ging ten koste van kansarme regio’s. Het succes van de stad sijpelt daar nauwelijks door. Floor Milikowski reisde langs deze regio’s door voor haar boek ‘Een klein land met verre uithoeken’. Op de Dag van de Stad geeft ze een last lecture over deze welvaartskloof.

Wat wil je de stadmakers op de Dag van de Stad in je last lecture meegeven?

“Ik wil vooral duidelijk maken hoe groot het verschil is tussen kansrijke en kansarme regio’s in ons land. Het enorme succes van de grote steden in ons land heeft allerlei effecten op andere delen in het land. Die worden leeggezogen bijvoorbeeld, mensen trekken er weg, voorzieningen verdwijnen. Tegelijkertijd zie je dat op veel van die plekken nieuwe dynamiek ontstaat. Wat ik wil meegeven is dat elke plek zijn eigen verhaal heeft, zijn eigen historie. Als stadmakers moet je het juiste gevoel daarbij krijgen. Wat in Roermond werkt, werkt niet in Helmond. Stadmakers kunnen veel, maar ik denk dat ze wel regie nodig hebben vanuit Den Haag over de economische toekomst. Hoe precies, dat moeten we uitzoeken. We moeten niet terug naar het type nota’s ruimtelijke ordening uit de vorige eeuw, maar er is wel weer behoefte aan meer visie op de toekomst van Nederland en aan regie om steden, dorpen en netwerken met elkaar te verbinden.

In je boek staat de welvaartskloof tussen Randstad en kansarme regio’s centraal. Hoe is die kloof ontstaan?

“Eigenlijk begon het al met de overgang van de industriële naar de diensteneconomie. Die laatste is vooral geconcentreerd in de creatieve klasse, die massaal verhuisde naar grootstedelijke omgevingen, waar de restaurants, musea en theaters te vinden zijn. The rise of the creative class, noemde Richard Florida het. Sinds de jaren ’80 is die trek naar de stad echt goed op gang gekomen. Wereldwijd is de kenniseconomie inmiddels nu de belangrijkste sector en is geclusterd in steden, waar jonge hoogopgeleiden, getalenteerden en creatievelingen wonen en werkzaam zijn. Die steden zijn verbonden aan internationale economische netwerken. Amsterdam is misschien wel meer verbonden met New York of Singapore dan met Sittard of Emmen. Kapitaal, kennis en ideeën verspreiden zich via die netwerken en raken  losgezongen van de rest van het land. Dat is overigens allemaal gestimuleerd door onze overheid.”

Hoe bedoel je?

“De overheid heeft met bewust beleid economische kansrijke regio’s willen versterken, zoals Schiphol, de haven van Rotterdam en in later stadium Brainport. Er is daarom veel minder geïnvesteerd in kansarme regio’s. Dus op het moment dat de fabrieken sloten in Emmen en andere industriesteden, de zoutwinning in Groningen ermee ophield en de mijnen sloten in Zuid-Limburg, was er voor die plekken weinig toekomst. Er is een periode geweest waarin iedere gemeente in Nederland een nieuw theater en een bibliotheek bouwde in de hoop daarmee kenniswerkers aan te trekken, maar zo simpel werkt het niet. In de Randstad ontstond een steeds sterkere concentratie van hoogopgeleide, goed verdienende mensen. En dat ging ten koste van andere regio’s.

Op heel veel plekken is krimp een gegeven, dat zal je zo goed mogelijk moeten faciliteren zodat die plekken leefbaar blijven voor degenen die achterblijven. Voor veel regio’s is er echter best wel veel mogelijk. Arnhem heeft het bijvoorbeeld in zich om samen met Nijmegen een sterk economische regio te vormen. Alleen beide steden weigeren het om samen te werken. Ze kennen hele verschillende culturen en er is ook minder behoefte om optimaal economisch te presteren. Het is er sneller prima zo.  Misschien moet je dat ook niet willen veranderen. Elke regio heeft dus zijn eigen verhaal.”

Wat kunnen we doen om de kloof te verkleinen?

“Er zijn investeringen van openbare infrastructuur nodig. Je ziet duidelijk hoe langs de snelwegen A2 en A7 en de HSL-lijn sterke economische clusters zijn ontstaan. Meer hoogwaardig snel openbaar vervoer naar de regio’s is door problemen met de HSL-Zuid, de Noord-Zuidlijn en de Betuwelijn bijvoorbeeld best wel gestagneerd. Nu luidt er wel weer een oproep voor. Overigens is met de komst van sneller openbaar vervoer of betere wegen wel weer een keerzijde: het kan leiden tot verder leegzuigen van de kansarme regio’s. Verder kennen sommige gebieden nog steeds geen goed internet. Laten we daar ook glasvezel brengen. Verder pleit ik voor slimmer doelgerichter economisch beleid, waarbij het meer draait om innovatie van economische sectoren. Die zitten niet alleen in de Randstad.”

Is er een belangrijke rol weggelegd voor Den Haag?

“Ja, maar niet weer zoals het vroegere spreidingsbeleid van rijksdiensten en kunstmatig economisch beleid. We moeten op zoek naar waar de economische dynamiek met veel potentie zit, waar ondernemers bezig zijn innovatie. Nu blijkt dat de groei van Schiphol zijn grenzen heeft bereikt en over de meerwaarde van deze groei wordt getwijfeld, is het tijd om ons blik te verruimen. De winst zit in de groei van nieuwe economische sectoren en producten. Als je daar slim naar kijkt kun je ze met innovatiesubsidies laten opbloeien. En zo meer balans in Nederland krijgen. De regio Eemshaven en Delfszijl heeft te maken met terugtrekkende bevolking en veel sloop. Nu is daar rond de haven een enorme economische cluster ontstaan, mede dankzij de datakabel die daar binnenkomt. Daar zijn bedrijven als Google en Siemens op afgekomen, en er is een hele energiesector omheen opgebouwd. In Sittard en Geleen zie je rond DSM allerlei innovatieve bedrijven ontstaan zijn, waar vanuit triple helixverband wordt samengewerkt.

Er gebeurt zoveel op zoveel plekken buiten de Randstad. Dat verraste mij hoe divers en veelzijdig dit is. Het is dus aan de ene kant heel hoopvol hoeveel er gebeurt, aan de andere kant is het schrijnend hoe weinig we doen om de belemmeringen daarvoor weg te nemen.”

Maar het idee achter Agenda Stad is om de steden te versterken als economische motoren van ons land. Vergroot dat dan ook juist die kloof?

“Na de Tweede Wereldoorlog voerde Nederland het beleid om kansarme regio’s te ondersteunen, vanuit een egalitair idee. Samen zullen we eerlijk delen, was het idee. Vanaf de jaren ’80 is dat onder Lubbers veranderd. Shell-topman Gerrit Wagner deed een onderzoek naar de economie en concludeerde: ‘Don’t back the losers but pick the winners’. Dat werd de nieuwe focus. Toen globalisering zijn intrede deed moest Nederland veel meer gaan concurreren met steden en regio’s in andere landen. Het werd een logische keuze om te kiezen voor het versterken van de steden. destijds niet voorzien was dat het zou leiden tot zulke enorme verschillen tussen de regio’s, zeker met de opkomst van het neoliberalisme en privatisering van de woningmarkt. Het heeft de trek naar de stad versneld en de leegloop in de krimpregio’s.

Agenda Stad heeft gelijk om in te zetten op de motoren van de economie. Alleen nu zie je de keerzijde.  Gelukkig is de koffie in andere delen van het land ook goed, zijn daar ook goede theaters en bibliotheken en door de betere internetverbinding groeit de interesse om verder weg te wonen van de Randstad. Niet voor niets zie je dat iemand als Rem Koolhaas een expositie doet over het platteland.”

Het platteland is weer in opkomst?

“Ja. Buiten de stad is wel nog ruimte, fysiek en figuurlijk, voor vernieuwing en voor experimenten. Toen in de steden alle leegstaande gebouwen beschikbaar waren was dat een bron van wederopstanding van de steden. Inmiddels is de ruimte daar nu schaars. De echte pioniers en avonturiers vinden de stad nu minder aantrekkelijk en trekken naar buiten. Uit frustratie over te dure steden en het gebrek aan ruimte maar ook vanwege de schoonheid en de romantiek.”

Pitch jouw oplossing voor de slimme stad

Dit gaat over de City Deal Een Slimme Stad, zo doe je dat

Op 18, 19 en 20 november organiseert de Future City Foundation een reeks pitchcarrousels met oplossingen voor de slimme stad. Om vraag en aanbod bij elkaar te brengen en kennis te delen, bieden wij per pitchcarrousel zes bedrijven het podium om hun oplossing te pitchen voor een publiek van ambtenaren en andere geïnteresseerden in het thema smart city. Meld je pitch voor 31 oktober aan, of meld je aan als toehoorder!

Pitchcaroussels

1. Gezocht: concrete oplossingen voor dataverzameling en dataverwerking binnen burgermeetnetwerken.

Woensdag 18 november 16:00-17:00 uur

Klik hier voor meer informatie en om je pitch aan te melden.

2. Gezocht: slimme oplossingen die de verspreiding van corona in de openbare ruimte tegen gaan.

Donderdag 19 november 13:00-14:00 uur

Klik hier voor meer informatie en om je pitch aan te melden.

3. Gezocht: slimme oplossingen voor het ontwerpen, inrichten en beheren van de openbare ruimte.

Vrijdag 20 november 11:00-12:00 uur

Klik hier voor meer informatie en om je pitch aan te melden.

Praktisch

• Uiterlijke aanmelddatum is 31 oktober 2020
• Max 6 deelnemende partijen aan een pitchcarrousel
• Vol=vol
• Vindt plaats online, via Zoom
• Voertaal is Nederlands

Het aanbod

• 4 minuten in de spotlight
• Meet&Greet mogelijkheden met de bezoekers (door middel van break-out rooms na de pitches) die belangstelling hebben voor je oplossing.
• Toegang tot een netwerk
• Deelname aan de pitchcarrousel is gratis
• Op 12 november, tussen 16:00-17:00 uur een masterclass van oud-wethouder Yvonne Kemmerling over hoe effectief te pitchen voor de (lokale) overheid. Deelname aan de pitchcarrousel is inclusief deze masterclass.

Deze evenementen worden georganiseerd in het kader van de Smart City NL week. Op initiatief van de G40, samen met BTG, Future City Foundation, City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ en FIWARE Foundation. Kijk voor meer evenementen op www.smartcityweek.nl

Weer nieuwe aanvragen Corona Challenge goedgekeurd

Dit gaat over de City Deal City Deal Kennis Maken

Vanuit de City Deal Kennis Maken Impuls 2020 regeling wordt dit jaar voor elke deelnemende stad een zogeheten Corona Challenge gefinancierd. Weer zijn vier nieuwe aanvragen formeel goedgekeurd door het bestuur van Regieorgaan SIA.

Zoals de naam het al zegt, staat in de Challenge Covid-19 centraal.Vier nieuw aanvragen zijn goedgekeurd. In Gemeente Ede en Gemeente Wageningen werken studenten met de vraag “Hoe kunnen we na COVID-19 het lokale voedselsysteem duurzaam en gezond maken?”. In 8 teams werken studenten binnen hun curriculum aan 5 lokale challenges die hier aan bijdragen (voedselverspilling, eiwittransitie, korte keten, gezonde leefstijl en gezonde voedselomgeving).

Gemengde teams

In Gemeente Arnhem gaan de studenten in gemengde teams aan de slag voor “Student well-being post COVID”. Het resultaat is een toegankelijk initiatief – een zgn. ‘easy access tool’ – om in te bedden in Arnhem. De winnaars ontvangen prijzengeld en hulp van een expertteam! Nijmegen zet in op de wijk Lindenholt: de wijkprofessionals dagen een grote groep studenten van het ROC, de HAN en de RU uit om op zoek te gaan naar toekomstbestendige en coronaproof oplossingen voor het stimuleren van ontmoeting in de wijk. Onder de noemer “de Stad van straks” gaat in Breda het Urban Living Lab Breda met alle partners in dialoog over hoe Breda uit de corona crisis komt. Dit gebeurt met het organiseren van Stad van straks cafés. De City Deal Corona Challenge wordt ingezet om een Stad van straks café te organiseren voor studenten door studenten!

Eerdere aanvragen

Vanuit de eerdere aanvragen werkt Zwolle  met studenten in challenge-vorm werken aan een app voor de smartphone. Deze is gericht op jongeren om de 1,5 meter afstand te stimuleren. Delft gaat in challenge-vorm werken aan de nieuwbouw en hoogbouw in de stad, en hoe in alle nieuwe en bestaande plannen 1,5 meter afstand moet worden meegenomen. Leeuwarden kiest voor een open challenge ronde waarbij de studenten zelf met challenges komen. De beste challenges worden geselecteerd en opgepakt tijdens een speciale week in november, wanneer ook de Dag van de Stad Leeuwarden bezoekt.

Amsterdam heeft het thema Eenzaamheid opgepakt, en heeft met studenten in challenge-vorm gewerkt aan een grote fotowedstrijd om de beste foto’s op te halen om dit thema toe te lichten. Nu organiseren de studenten een rondreizende expositie door de stad heen, om de foto’s in de wijken te tonen en toe te lichten. In Maastricht staat in de challenge het online verbinden van buurtbewoners aan hun aanpak centraal in de twee wijken waar de CDKM Maastricht zich op richt. Er wordt een interactieve online omgeving gebouwd met behulp van de reeds bestaande tools vanuit Zuyd, om te zorgen dat ook dit najaar en volgend jaar alle verbindingen en projecten doorgang kunnen vinden.

Corona Challenge

De overige van de 19 deelnemende steden van de City Deal Kennis Maken kunnen een aanvraag indienen via de regeling City Deal Kennis Maken Impuls 2020.

Om de studenten succes te wensen aan de start van hun CDKM Corona Challenge, heeft Minister van Engelshoven een filmpje voor hen opgenomen:

 

 

Inschrijving Dag van de Stad Online geopend

Honig-complex Nijmegen. Foto Roger Veringmeijer (CC4.0)
Honig-complex Nijmegen. Foto Roger Veringmeijer (CC4.0)

De Dag van de Stad vindt dit jaar online plaats. Op maandag 16 november kunt u deelnemen aan een veelzijdig programma met ontwerpateliers, talkshows, last lectures en presentaties. De Dag van de Stad Online is dus niet uw zoveelste Zoom- of Webex-meeting, maar een volwaardig congres in online vorm, inclusief de toiletjuffrouwen!

Vanaf nu kunt u zich kosteloos inschrijven voor de Dag van de Stad Online. Op 16 november kiest u dan uw eigen weg in het virtuele congres. U wordt welkom geheten door secretaris-generaal Maarten Schurink van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en kiest vervolgens of u de talkshow bezoekt, waar diverse experts bevraagd worden over veerkracht in de stad, of zelf actief aan de slag gaat met de vraagstukken uit uw stad in de Ontwerpateliers. Liever lering trekken uit een last lecture van deskundigen zoals Floor Milikowski of Lotte Jensen? Dat kan ook, net als u bij laten praten in een van de presentaties door City Deals en andere partners.

De Dag van de Stad is het jaarlijkse hoogtepunt voor stedelijke professionals. In andere jaren komen 2000 bezoekers bijeen om inspiratie en ideeën uit te wisselen over de complexe vraagstukken van Nederlandse steen. Dit jaar is de opzet door de corona-crisis anders en treffen we elkaar online, maar ook nu draait alles om het opdoen van kennis en inspiratie en het uitbreiden van het netwerk van stadsmakers. Want om de uitdagingen van vandaag en morgen op te lossen, is zowel veerkracht als samenwerking hard nodig.

Kijk op dedagvandestad.nl voor meer actuele informatie over het programma!

‘Alleen te voet krijg je echt voeling met de stad’

Lopen. Het is zo vanzelfsprekend dat niemand zich er mee bezig houdt. Daarom zetten steden, departementen en andere partijen zich in de City Deal Ruimte voor Lopen in voor de lopende mens. Of het nu gaat om gezondheid, duurzame mobiliteit en het stimuleren van een loopcultuur. Een van de deelnemende steden is Tilburg. Wethouder Mario Jacobs vertelt waarom.

Wat zijn uw ervaringen met lopen?

“Ik woon op loopafstand van het stadhuis, dus ik loop elke dag naar mijn werk. De wandeling naar huis na een werkdag helpt me om af te schakelen, het geeft me rust. Ook in mijn functie als wethouder openbare ruimte loop ik relatief veel door de stad. Dé enige manier waarop je voeling krijgt met de stad, en hoe de openbare ruimte functioneert, is te voet of met de fiets. Als je reist met de auto zit je in een cocon, je hebt geen relatie met je omgeving en de mensen om je heen. Als je loopt kom je juist mensen tegen. Dat maken van contacten, daar geniet ik erg van.”

Waarom zet u zich als wethouder zo in voor dit thema?

“Omdat er zoveel bij komt kijken als je een gebied toegankelijk maakt voor voetgangers. Een straat is bijvoorbeeld zoveel meer dan een weg. Het is een gebied waar we verblijven, waar we elkaar kunnen ontmoeten. Als je op die straat meer ruimte maakt voor lopen, creëer je ook meer ruimte voor kinderen om te spelen. Je maakt het aantrekkelijker voor ouderen om naar buiten te gaan. Dat voorkomt eenzaamheid en het is gezonder. Het hangt allemaal met elkaar samen. Dat sociale element bij het toegankelijk maken vn een gebied voor voetgangers vergeten we wel eens.”

Hebben we volgens u onvoldoende oog voor voetgangers?

“Ja, in Tilburg, als ook in heel Nederland. Onze ambities hier in de stad zijn om ervoor te zorgen dat de openbare ruimte toegankelijk wordt voor iedereen. Voor jong en oud, voor beperkt en niet-beperkt. Iedereen moet er gebruik van kunnen maken. Iedereen moet een ommetje kunnen lopen. De afgelopen coronaperiode heeft het mij verbaasd hoeveel mensen het lopen hebben ontdekt. Ineens zie ik mijn buren, die altijd overal voor de auto pakken, een rondje lopen na het eten. Je ziet veel meer mensen dan voorheen gebruik maken van de openbare ruimte. Dan zie je ze ook opletten hoe aantrekkelijk hun omgeving is. De inrichting van de openbare ruimte bepaalt immers hoe fijn je je voelt, naast dat lopen natuurlijk heel gezond is. Het zit al tussen de oren hier op het gemeentehuis, nu moeten we dat ook voor elkaar krijgen op straat.”

Wethouder Mario Jacobs

Wat bedoelt u daarmee precies?

“Daar bedoel ik mee dat we aan de voorkant bij herinrichting meer rekening houden met voetgangers. Denk aan bredere of toegankelijke stoepen, waar ouderen met rollators en mensen met kinderwagens makkelijk en veilig kunnen lopen. We moeten uitkijken dat we ons niet blindstaren op de gezonde dertigers bij herinrichtingsplannen, maar ook oog houden voor bijvoorbeeld kinderen van acht of oudere mensen. Het zit hem in kleine dingen. Kijk bijvoorbeeld naar een wegomleiding. Voor de auto’s is het perfect geregeld hoe deze moet omrijden, voor fietsers meestal ook, maar voor voetgangers is het lang niet altijd duidelijk. Dat is ook in Tilburg het geval. Wat wij dan willen is dat er ook een goede, veilige omleidingsroute komt voor voetgangers. Je wilt niet dat ouderen met een rollator op de weg moeten lopen, toch? Het klinkt simpel, maar dat is het niet. Juist in dit soort kleine dingen zie je hoe een stad omgaat met voetgangers.”

Hoe gaat Tilburg met hen om?

“Eerlijk, Tilburg is van oudsher echt een autostad. We maken langzaam een omslag in het activeren van andere vormen van mobiliteit en we werken aan een vriendelijker straatbeeld dat de Tilburger uitnodigt tot meer bewegen. Zodat deze gezonder wordt of blijft.”

Wat is de grootste potentie of kans voor Tilburg als het gaat om meer ruimte voor lopen?

“Ik denk dat de grootste potentie hier in Tilburg is dat we hier in het gemeentehuis voetgangers serieus nemen. Dan volgt de rest vanzelf. Dus ook de mensen die werken aan het onderhoud en ervoor zorgen dat ook daar voetgangers serieus worden genomen. Daar zit de potentie in plaats van in een megalomaan project. Het gaat om cultuurverandering. Dat geldt dus voor iedereen. Ook de horeca-eigenaar moet aan de voetganger denken als hij zijn terras uitbouwt op de stoep, of de aannemer die met zijn busje de stoep blokkeert. Hoe krijg je dat voor elkaar? Door ze erop aan te spreken dat ze meer aandacht hebben voor fietsers en voetgangers. We kunnen het bij de aannemers die we inhuren bijvoorbeeld opnemen bij aanbestedingen. Dat kun je dan controleren. Bij horeca en winkels gaan we vooral in overleg met de organisaties die hen verenigingen.”

Praat u met andere wethouders over het belang van lopen, en wat ze daarin zouden kunnen betekenen vanuit hun portefeuilles?

“Ja, ik spreek er ook over met andere wethouders. Met name met mijn collega van gezondheid. We hebben immers gezamenlijk als doel Tilburg gezonder te maken. Daarvoor moeten we de openbare ruimte zo inrichten dat de Tilburger meer gaat bewegen. Hoe langer ouderen naar buiten kunnen, hoe gezonder dat is. We willen bijvoorbeeld meer beweegaanleidingen aanleggen, zoals speeltoestellen en bankjes. We zijn nu bezig met het aanleggen van zogeheten zilverroutes, wandelmogelijkheden rond verzorgingstehuizen, waar genoeg bankjes staan voor de ouderen om even uit te rusten en elkaar te ontmoeten. Met scholen doen we iets soortgelijks. We organiseren schouwen met kinderen. Zij vertellen hoe ze zich voelen in de openbare ruimte rond hun school. Hoe veilig voelen ze zich? Om te fietsen en te spelen. We betrekken ze er echt bij.”

Wat hoopt u te bereiken met deelname aan de City Deal?

“Wat onze deelname aan de City Deal Ruimte voor Lopen moet opleveren is dat we met de andere steden vooral van elkaar kunnen leren. Los van de City Deal waren we natuurlijk in Tilburg al hiermee begonnen. We hebben het International Charter for Walking ondertekend en daarmee aangegeven lopen een prominente rol te geven in ons beleid. Ik zie de City Deal dan ook vooral als vehikel om te leren van anderen. En niet opnieuw zelf het wiel te hoeven uit te vinden. Ik vind het ook heel positief dat dit onderwerp ook bij het ministerie op de agenda staat. Ook andere steden zien in dat het essentieel is om ruimte te maken voor lopen in de stad. Ik denk dat dit Tilburg weer vooruit helpt. We moeten het nu wel waarmaken. Dat we het Charter hebben ondertekend helpt daarbij, je committeert je aan een breder geheel, het houdt je scherp. Dat geldt ook voor de City Deal. Als je ondertekent ga je ervoor. Je moet de stappen zetten die je aankondigt.”

Hoe ziet u Tilburg over tien jaar wat betreft lopen in de stad?

“Tilburg is dan een gebied waar overal ruimte is voor lopen. Een gebied dat ontzettend prettig voelt, en dat mensen verleidt om de deur uit te gaan. We zijn nu flink bezig om meer groen aan te leggen. Dat moet koelte bieden voor warme perioden, zoals afgelopen zomer. Ook maken we groenverbindingen, zodat je als wandelaar vanuit de stad zo naar het buitengebied van de stad kunt lopen. Het was verrassend hoeveel mensen tijdens de coronatijd dat buitengebied hebben gevonden om te wandelen en te fietsen. De waardering voor dat gebied is echt gegroeid. Ik hoop dat het zo blijft. Tilburg zo inrichten kunnen we overigens niet alleen als gemeente. Daar hebben we de hulp voor nodig van de Tilburgers.”

Op 8 oktober vond de aftrap van de City Deal Ruimte voor Lopen plaats tijdens het Nationaal Voetgangerscongres in Leeuwarden. Vanwege de COVID19-crisis heeft de ondertekening het karakter van een ‘estafette’: de verschillende partners ondertekenen de City Deal de komende periode. Binnenkort lees je op Agendastad.nl meer over deze City Deal!

City Deal op het programma van Dag van de Stad

Dit gaat over de City Deal Een Slimme Stad, zo doe je dat

Wil je weten hoe het staat met de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’? Kom dan naar de digitale sessie van Jan-Willem Wesselink en Wim Willems tijdens de Dag van de Stad. Tijdens deze sessie zal dieper ingegaan worden op de City Deal, onder andere hoe er hierbinnen aan innovatie wordt gewerkt door de 50+ partijen die eraan meewerken.

Voor wie: iedereen geïnteresseerd in de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’.
Wanneer:
maandag 16 november 
Tijd:
14:45 – 15:15 uur 
Thema:
Workshops City Deals
Aanmelding Dag van de Stad: www.dedagvandestad.nl

In de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ ontwerpen 50 partners uit de triple helix tooling waardoor we de slimme stad binnen handbereik brengen van iedereen die er professioneel mee bezig is. Dat is nodig want technologisering en digitalisering veranderen in snel tempo de manier waarop we met elkaar samenleven in regio’s, steden en dorpen. Daardoor worden steden smart cities. Dat zorgt er bijvoorbeeld voor dat een groot deel van onze economie doordraait tijdens de Covid19-uitbraak, dat we beter kunnen zien of we onze duurzaamheidsdoelstellingen halen en dat de mobiliteit in onze steden efficiënter verloopt. Maar er zijn ook uitdagingen. We moeten immers zorgen dat dat allemaal democratisch gebeurt. Dat onze autonomie is geborgd. Dat steden leefbaar blijven.

Tijdens de workshop tijdens de Dag van de Stad gaan Wim Willems (wethouder in Apeldoorn en voorzitter van de bestuurlijke themagroep Smart City van de G40) en Jan-Willem Wesselink (kwartiermaker van de City Deal) met u in gesprek over het waarom, hoe en wat van de City Deal. En natuurlijk leggen we ook uit wat de City Deal in houdt.

‘Laat burgers grote problemen oplossen’

Eva Rovers, foto Niels Vlug

Klimaatverandering, armoede, eenzaamheid. Grote vraagstukken in de stad kunnen beter goed worden aangepakt door burgers erbij te betrekken, stelt Eva Rovers. Op de Dag van de Stad geeft ze een Last Lecture over het ‘practivisme’. ‘Laat gewone mensen meedenken, en je krijgt oplossingen waar bijna iedereen zich in kan vinden.’

In een wereld die door klimaatverandering onomkeerbaar verandert, waarin de politiek niet meer voor de mensen lijkt op te komen maar meer voor de multinationals, waar overbevolking, oorlog en vervuiling heerst, is het moeilijk om niet moedeloos te worden. Zeker nu we ook nog eens een wereldwijde pandemie kennen, die een enorme impact heeft op ons persoonlijke leven. Cultuurhistoricus en schrijfster Eva Rovers ervoer deze moedeloosheid en ging voor haar boek Practivisme, een handboek voor heimelijke rebellen op zoek naar wat je kan doen om die verlammende machteloosheid tegen te gaan, en als burger echt in actie te komen.

Practivisme

“Door grote problemen zoals klimaatverandering voelde ik me onmachtig”, vertelt Rovers. “Ik kan keurig mijn plastic afval scheiden, en minder in een vliegtuig stappen, maar heeft dat wel zin? Leidt dat tot verandering? Daarom ben ik gaan uitzoeken wat ik als individu nu echt kan bereiken. Wat zijn de voorwaarden voor succesvolle verandering? Wat er uitkwam is dat je individueel best wel wat kan bereiken, maar dat als het gaat om grootschalige veranderingen we het echt samen moeten doen. Het is een open deur natuurlijk maar in de praktijk zie je toch dat dit samenwerken heel moeizaam gaat. We hebben altijd geleerd dat een beter milieu bij jezelf begint. Deels is dat zo, maar het gevolg is dat we zijn gaan denken dat je niet mee kunt doen dan een paar aanpassingen maken in je persoonlijk leven. Zaken als systeemverandering en politiek klinken dan ook ver weg. Maar ook daar hebben we als ‘gewone burgers’ invloed , veel meer dan we denken, maar daar is wel een brede beweging voor nodig.”

Als voorbeeld noemt Rovers de luchtvaart en de impact op het milieu. “Je kan kiezen om zelf minder te vliegen, maar dat verandert het systeem niet. Het aanbod aan goedkope vluchten blijft en daarmee de enorme vraag ernaar. Het is soms letterlijk goedkoper om vanuit Eindhoven, via Dublin, naar Amsterdam te vliegen, dan met de trein te gaan. Dat is toch idioot? Dit systeem krijg je helaas niet alleen met individuele keuzes veranderd. Dat moet op landelijk niveau worden aangepakt, op internationaal niveau.”

Burgerberaad

Eva Rovers, foto Niels Vlug

Eva Rovers, foto Niels Vlug

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat je als individu er geen invloed op kunt uitoefenen, stelt Rovers. “Eerst probeer je het zelf. Probeer je bijvoorbeeld met een petitie of tijdens een inspraakavond iets te bereiken. Als dat niets oplevert, word je er moedeloos van en laat je het erbij zitten. Dat is zonde, want er is heel veel wat je kan doen.” Om burgers beter te helpen hun invloed uit te oefenen wijst Rovers naar de inzet van het burgerberaad, de zogeheten Citizens’ Assembly. “Hierin worden gewone mensen geloot om mee te denken over een oplossing voor een maatschappelijk probleem.”

Dat dit werkt is al bewezen in het katholieke Ierland, waar een burgerberaad besloot over de versoepeling van de abortuswetgeving. Maar ook voor heel andere problemen kan een burgerberaad worden ingezet. Afgelopen zomer schreef Frankrijk heel stilletjes geschiedenis. Nooit eerder hadden burgers zo direct invloed op het klimaatbeleid van een  nationale regering. President Macron nam 146 van 149 aanbevelingen over van een onafhankelijk burgerberaad, dat van hem de vraag had meegekregen na te denken over hoe Frankrijk haar broeikasgassen drastisch kan verlagen. Deze Convention Citoyenne pour le Climat bestond uit 150 gelote burgers. Om de mensen te vinden selecteerde de Franse regering ruim 250.000 telefoonnummers willekeurig. Toen is men gaan bellen met de vraag of mensen mee wilden doen.

Ook in Nederland, met het groeiende wantrouwen tussen burger en politiek, kan het burgerberaad een belangrijke rol spelen, stelt Rovers. “Dit instrument gebruikt de wijsheid van de massa. Dat leidt tot oplossingen die veel effectiever zijn en meer draagvlak hebben, dan maatregelen die van bovenaf worden opgelegd. Ook op lokaal niveau kunnen burgerberaden een belangrijke rol spelen. Klimaatmaatregelen raken onze persoonlijke leefomgeving: onze huizen, de inrichting van wijk of stad. En hoe belangrijk die leefomgeving is, hebben we door de coronacrisis nog maar eens gezien, toen we ineens meer gingen wandelen en onze kinderen meer op straat gingen spelen. Daar willen wat over te zeggen hebben.”

Extreem publiek debat

Waar in eerste instantie de Nederlander braaf de coronamaatregelen opvolgde om het aantal mensen op de intensive care te verlagen, groeit het verzet ertegen naarmate het virus blijft hangen. Volgens Rovers komt dat omdat deze maatregelen van bovenaf zijn bepaald. “Zolang je mensen er niet bij betrekt zal er weerstand ontstaan. Er is een polariserend publiek debat omheen ontstaan. Het past helemaal bij het publieke debat van uitersten dat we al jarenlang kennen. Extreme meningen krijgen nu eenmaal meer aandacht, worden vaker geliked en geretweet.”

Met als gevolg dat de politieke besluitvorming de oren er naar laat hangen. Politici luisteren graag naar de samenleving, en gebruiken daarvoor steeds vaker sociale media. Overigens zie je het ook terugkomen op de klassieke inspraakavonden in gemeenten. Ook hier overheersen de extreme meningen. Vooral mensen die het niet eens zijn met plannen komen naar zo’n avond. Rovers: “Als de politiek alleen maar luistert naar de uitersten, krijg je een gepolariseerd denken. Er ontstaat een vertekend beeld van wat er in de samenleving speelt. Gaat het bijvoorbeeld om plaatsing van windmolens, dan krijg je het beeld dat er maar twee groepen zijn: de voor- en de tegenstanders. Het grote midden hoor je niet, de groep die onder bepaalde voorwaarden wel en onder andere voorwaarden tegen zijn. Die genuanceerde mening wordt het hoofd gezien.”

Met een burgerberaad voorkom je dit, stelt ze. In een burgerberaad heb je immers een dwarsdoorsnede van je land of stad. De mensen die erin zitten krijgen de tijd en de ruimte om met elkaar en met experts in gesprek te gaan. “Zo komen ze tot een oplossing die het beste is voor iedereen. Het collectieve belang is leidend. Mensen komen er snel achter dat er altijd overlappende gemeenschappelijke belangen zijn. Iedereen wil bijvoorbeeld een veilige leefomgeving voor hun kinderen. Als je dat gebruikt als uitgangspunt wordt het gesprek al snel een stuk harmonischer. Belangrijk is dat er voorafgaand aan een burgerberaad wel politiek commitment is. Anders krijg je het tegenovergesteld effect. Als een advies in de bekende bureaulade belandt zullen mensen teleurgesteld zijn en zich weer meer afkeren van de politiek.”

Corona is dan ook als een generale repetitie voor wat er gaat gebeuren in de samenleving, stelt Rovers. “De energietransitie moet bijvoorbeeld binnen nu en twee jaar echt vorm gaan krijgen. Dat betekent grote veranderingen op straat- en wijkniveau. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat maatregelen daarvoor worden gedragen door de straat? Door mensen erbij te betrekken krijg je betere oplossingen en veel meer steun voor ingrijpende maatregelen.” De toekomst lijkt dus aan het burgerberaad.

Kennissteden Nederland intensiveren samenwerking

Dit gaat over de City Deal City Deal Kennis Maken

Marja van Bijsterveldt, burgemeester van Delft en voorzitter van het Netwerk Kennissteden Nederland heeft op 12 oktober het position paper ‘Impact van kennis’ aangeboden aan de minister van OCW. Minister van Ingrid van Engelshoven reageerde met “Ik hecht veel belang aan een intensieve samenwerking van gemeenten met het hoger onderwijs. Die verbinding schept kansen voor studenten en voor de uitdagingen waar Nederland voor staat.”

Het Netwerk Kennissteden Nederland bestaat uit steden met een universiteit, de VSNU, Vereniging van Hogescholen en KENCES. Na tien jaar voorzitterschap heeft burgemeester Lenferink van Leiden het stokje overgedragen in september.

Impact van Kennis

Het Netwerk Kennissteden zet met ‘Impact van Kennis’ in op de versterking van de kennis- en innovatiekracht van Nederland als kennisland. Van Bijsterveldt benoemt de bijdrage van het netwerk aan inzicht in en aanpak van maatschappelijke en economische opgaven. Hiertoe biedt de position paper een actieagenda met als thema’s:

  • Maatschappelijke impact van kennis vergroten
  • Kennisintensieve ecosystemen versterken
  • Verbeteren stedelijke randvoorwaarden, in het bijzonder studentenhuisvesting en internationalisering.

Allianties

Het netwerk vormt allianties op deze thema’s. Iedere alliantie wordt aangejaagd door een bestuurlijk trekker, een wethouder van een kennisstad die dagelijks leiding geeft aan het onderwerp. Vanuit een één-overheidsgedachte is het Rijk betrokken als belangrijke samenwerkingspartner, ambassadeur en adviseur. In het bijzonder de departementen BZK, EZK en OCW zijn actieve samenwerkingspartners.

Van Bijsterveldt geeft met enthousiasme en overtuiging aan zich als nieuwe voorzitter in te zetten voor het versterken van de samenwerking tussen kennissteden, universiteiten, hogescholen en het rijk. “Wanneer we van elkaar leren en gezamenlijk een doel stellen vergroten we de impact van kennis.”

Samen stedelijke veerkracht vieren tijdens Dag van de Stad Online op 16 november!

Waarschijnlijk had u net als wij de laatste maandag van oktober al omcirkeld voor de jaarlijkse Dag van de Stad. Met een grote groep gedreven ambtenaren, bestuurders, wetenschappers, maatschappelijke partners en marktpartijen discussiëren over innovatieve oplossingen voor onze steden. Helaas kan dat dit jaar niet als gevolg van de COVID19-crisis. Of toch wel?

Hoewel we elkaar dit jaar niet fysiek kunnen ontmoeten, hebben we toch opnieuw een inspirerend en veelzijdig programma samengesteld dat we op maandag 16 november in een wervelende online show aanbieden. Want stedelijke uitdagingen gaan niet in quarantaine en met deze COVID19-crisis hebben steden er een forse nieuwe uitdaging bij. Hoe rechten steden hun rug en komen ze sterker uit crises? Hoe maak je gebruik van de kennis van partners en energie van inwoners om complexe uitdagingen het hoofd te bieden? Hoe, kortom, toon je als stad veerkracht? Met medeprofessionals in gesprek gaan en elkaar inspireren is nu meer nodig dan ooit. Daarom hopen we u op 16 november te begroeten op de Dag van de Stad Online!

De Dag van de Stad Online wordt géén Zoom-bijeenkomst, maar net als de reguliere Dag van de Stad een inhoudelijke feestdag, waar u op basis van uw eigen interesse en expertise een keuze kunt maken uit de diverse programmaonderdelen. Als virtuele deelnemer wordt u welkom geheten in de Honig-fabriek in Nijmegen, waar u vanachter uw bureau deelneemt aan het programma, met interactieve ontwerpateliers, reportages uit veerkrachtige steden en topsprekers zoals auteur Floor Milikowski, hoogleraar Lotte Jensen en watergezant Henk Ovink.

We zorgen voor een levendig programma met diverse ‘hapklare blokken’. En natuurlijk beperken wij de aandacht voor het thema, net als op de reguliere ‘ fysieke’ Dag van de Stad, niet tot dit ene moment. Houd dedagvandestad.nl, ons twitter-account @DagvandeStad en onze Linkedin-pagina in de gaten. De komende weken vindt u daar een reeks podcasts waarin veerkrachtige steden centraal staan, een digitaal magazine met interviews waarin onze sprekers en andere experts alvast hun visie inleiden en nog veel meer!