Medeoverheden sorteren voor op belangrijk jaar voor Europese Agenda Stad
2020 wordt een belangrijk jaar voor de Europese Agenda Stad/Urban Agenda for the EU (UAEU) en de positie van de stad in Europa.
In de recent aangetreden Europese Commissie heeft met de Portugese Elisa Ferreira voor het eerst een eurocommissaris duurzame stedelijke ontwikkeling in haar portefeuille. Op 30-31 januari 2020 presenteert Ferreira op het Cities Forum in Porto de evaluatie van de eerste drie jaar UAEU. Dit zal mede de basis zijn voor voorstellen voor het herzien en toekomstbestendig maken van de Urban Agenda.
Op 1 juli 2020 start het Duitse voorzitterschap van de Raad van de EU. Duitsland zal tijdens een ministeriële conferentie over stedelijk beleid eind november een geactualiseerde versie van het Leipzig Charter on Sustainable Urban Development in Europe presenteren. Ook wordt er een geactualiseerde versie van de UAEU ontwikkeld. Beide documenten zullen in Leipzig ter goedkeuring worden voorgelegd aan de aanwezige ministers.
Nederland blijft de ontwikkeling en de implementatie van de UAEU steunen. De UAEU is dan ook een van de vijf Europese prioriteiten van BZK. Er wordt nauw samengewerkt met de medeoverheden. Het moment om invloed uit te oefenen op de strategische agenda van de nieuwe Commissie en de inhoud van het Leipzig Charter en de vernieuwde Urban Agenda is nu. In dat kader vonden recent twee bijeenkomsten plaats.
Op 9 december kwamen in Rotterdam deskundigen van rijk en gemeenten bij elkaar voor de conferentie Leipzig Charter 2.0; van Pact naar Praktijk. Gastheer was burgemeester Aboutaleb, die het debat opende met een prikkelend pleidooi voor een Europese industriepolitiek, en die het belang van steden én Europese sturing bij het totstandbrengen van de grote transities voor de komende jaren benadrukte. Na bijdragen van BZK, de Europese Commissie en het European Urban Knowledge Centre werd aan de hand van 10 thema’s gesproken over een zestal vragen:
– Wat hebben we als steden de komende jaren nodig om de nieuwe Europese doelstellingen te behalen en te benutten?
– Wat hebben we van Europa nodig om onze nationale doelen te bereiken?
– Hoe kunnen we als steden en rijk samenwerken om de maatschappelijke uitdagingen te realiseren en draagvlak in de samenleving te bewerkstelligen?
– Hoe kunnen we nieuwe Europese wetgeving beter op de stedelijke realiteit laten aansluiten?
– Hoe kunnen we voorsorteren op nieuwe Europese fondsen en samenwerkingsprogramma’s?
– Welke werkmethoden en overlegvormen zijn wenselijk om de Europese discussie verder te brengen?
Eerder, op 29 november, vond in Utrecht een bijeenkomst met hetzelfde thema plaats: De Europese Agenda Stad 2020 – 2024: waar staan we en wat zijn de volgende stappen? Hier waren voornamelijk gemeentebestuurders aanwezig, die onder leiding van burgemeester Jan van Zanen discussieerden over de stand van zaken en de toekomst van de Europese Agenda Stad.
De algemene conclusie was dat de UAEU een succes is, dat moet worden voortgezet. De stad staat op de Europese kaart. Ruimte voor verbetering is er echter ook. De informele vorm van samenwerken heeft de Urban Agenda ver gebracht, maar om echte veranderingen te bewerkstelligen is meer verankering in de Brusselse processen en procedures nodig. De nadruk moet komen te liggen op concrete, tastbare voordelen voor burgers en bedrijven, met name op het gebied van betere regelgeving en betere financiering. Vanuit de Lidstaten is politieke steun voor commissaris Ferreira, en praktische steun bij het implementeren van de 114 actiepunten van de Partnerschappen, belangrijk. In dat kader is het ook belangrijk om initiatief te tonen, bijvoorbeeld in de vorm van voorstellen voor het uitvoeren van de Green Deal van Frans Timmermans. Rijk en medeoverheden moeten in ieder geval de nadruk leggen op het gezamenlijk afgestemde, Nederlandse belang.
Laat een reactie achter