Biobased bouwen biedt kansen voor de Klimaatagenda
Meer biobased bouwen kan ons helpen als Nederland om de klimaatambities te behalen, stelt Maarten Hajer, hoogleraar Urban Futures van de Universiteit Utrecht. Op het symposium Circulair en Conceptueel Bouwen gaf hij zijn visie. ‘Het biedt eindelijk iets positiefs over klimaatverandering.’
Op het symposium wilde Hajer de aanwezige bestuurders en experts vooral meegeven dat biobased bouwen een belangrijke mogelijkheid en kans in de Klimaatagenda is. “We moeten alles doen om het klimaatprobleem aan te pakken”, stelt de hoogleraar. “Dus ook in de bouw moeten we iets doen. Wat veel mensen vergeten is dat onze manier van bouwen, met veel beton en staal, leidt tot hoge CO2-emissies. Beton en cement zorgen wereldwijd voor 8 procent van de totale CO2-emissie. Dat is enorm. Als we meer bouwen met hout vermijd je die emissies.”
Wat is precies biobased bouwen?
Hajer: “Allereerst is biobased bouwen iets heel anders dan bouwen met hout, zoals we gewend zijn. Dan denk je al snel aan een blokhut, maar het is nu veel meer hightech, zoals crosslaminated timber oftewel kruislaaghout. Dat is geperst hout, ziet eruit als een soort triplex, maar is zo ongelofelijk sterk, dat je er wel gebouwen tot 100m hoogte mee kan bouwen. Over een paar jaar zullen mensen gaan inzien wat voor mogelijkheden dit biedt. Vanuit Urban Futures Studio proberen we beleidsmakers dit nu al te laten zien. Biobased bouwen biedt eindelijk weer eens wat goed nieuws als het gaat om klimaatverandering. Dit kan een Tesla-effect opleveren. Het bouwen van de stad met biobased materialen levert ook nog eens gezondheidseffecten op. Het zijn veel prettiger huizen om in te wonen, met meer ademend materiaal.”
Hoe zit het dan met de bossen die we moeten kappen voor al dat hout?
“Natuurlijk moeten we goed kijken naar duurzaam gebruik van hout en het herplanten van bos. Met de houtproductie van nu kunnen we al 50.000 woningen per jaar bouwen.
Ik zie een nieuwe rol voor Staatsbosbeheer. In Nederland doen we eigenlijk sinds de jaren ’60 niet meer aan bosbouw. Staatsbosbeheer was destijds eigenlijk opgericht om te zorgen dat er genoeg hout was voor de mijnbouw, om de gangen te stutten. Met het einde van de mijnbouw kwam er ook een eind aan deze agenda. Nu moeten er weer opnieuw over nadenken. Misschien moeten boeren zich meer gaan richten op bosbouw dan op veeteelt? Op Europese schaal is een biobased model met staatsbosbouw in ieder geval goed denkbaar, zeker met Scandinavië erbij. Tegelijk zien we ook andere ontwikkelingen, zoals het paperless office, waardoor de houtindustrie zoekt naar nieuwe doelen. Maar we moeten het goed uitdenken, het sentiment leeft immers sterk dat we bomen niet moeten omhakken. Zeker niet op een industriële manier.”
Welke stappen de City Deal om de doelen te halen?
“Het is mooi als deze City Deal snel kan laten zien wat ze bedoelt. Zodat mensen snel de kansen zien, en het aantrekkelijk wordt, zowel op het niveau van gebouwen als op wijkniveau. Binnenkort starten we met allerlei stedelijke hoogbouwprojecten, zoals in Eindhoven. Kunnen we er sneller mensen mee helpen met woningen? Met deze biobased bouwen kunnen we sneller woningen maken, bijvoorbeeld als tijdelijke woningen nodig zijn bij als woningnood urgent is. Beton moet weg. Veel lokale bestuurders hebben ambitieuze duurzame doelen, maar hebben de bouw daarbij nog niet in beeld. Het gaat meer om zaken als stadsverwarming en verduurzaming van wijken. Het zou mooi zijn als ze ook stappen gaan maken om het bouwen met beton uit te faseren.”
Wat zijn jouw persoonlijke ambities daarbinnen?
“Mijn rol als wetenschapper is dat ik de effecten wil laten zien van dit alles, een aantrekkelijk toekomstbeeld. Het woord biobased is heel erg technisch, daarom is het van belang dat we het kunnen laten zien met beelden. Zo wil ik mij inzetten voor deze City Deal.”
Lees ook de analyse (.pdf) die de Urban Futures Studio deed over de City Deal als instrument.
Laat een reactie achter