Crisis kan leiden tot mooiere samenleving
Nog steeds zijn de sporen van de vuurwerkramp in de wijk Roombeek twintig jaar geleden te zien in de Enschedese samenleving. In het Huis van Verhalen in de wijk kunnen mensen terecht die de ramp hebben meegemaakt. Trekker en ChristenUnie-raadslid Hadassa Meijer ziet de veerkracht van de stad dan ook vooral in de mensen. “We zijn mooiere mensen geworden. We zijn meer bewust geworden dat we elkaar nodig hebben.”
Op 13 mei 2000 ontplofte midden in de woonwijk Roombeek in Enschede een vuurwerkfabriek. Gevolg: 23 doden, bijna duizend gewonden en tweehonderd woningen verwoest. Een daarvan was een studentenhuis waar Hadassa Meijer woonde. Op het moment dat het gebeurde was ze net aan het kamperen buiten de stad met haar studentenvereniging. “We waren ongeveer 40 kilometer ver van Enschede maar konden rookpluimen in de verte zien. Toen andere mensen uit de groep in een auto naar de radio hadden geluisterd, kwamen ze naar me toen om te zeggen dat het foute boel was. En dat ik naar huis moest bellen om mijn ouders te laten weten dat ik veilig was. Op het acht uur journaal zagen we pas de beelden. Je blijft hopen dat het meevalt, maar ik zag al snel dat er allerlei straten volledig verwoest waren, waaronder die van mij. Al mijn spullen was ik kwijt, zoals foto’s en dagboeken. Mijn geschiedenis was weg, zo voelde het.”
Impact van de ramp
Net als bij alle andere getroffenen was de impact van de ramp enorm op het leven van Meijer. “Je bent je basis veiligheidsgevoel kwijt en je thuis. Dat hakte er harder in dan je van te voren kan bedenken. Ik schrok van elk geluid en kon niet ontspannen. Ik voelde me nergens thuis. Ik had het gevoel alsof ik overal te gast was. De nieuwe kleren, de nieuwe bank. Het voelde allemaal alsof het niet van mij was. Pas een half jaar na de ramp kreeg ik een eigen nieuwe plek. Ik ben in de tussentijd wel zes keer verhuisd van logeeradres. Ik had destijds een stageplek in de Tweede Kamer, maar dat liep niet goed. Ik was mijn concentratie kwijt.”
Na de ramp woonde Meijer in een andere stad. Haar wens was echter altijd om terug te keren naar Roombeek. “Teruggaan naar Enschede was, op het trouwen met mijn man na, de beste keuze uit mijn leven. We vonden in 2007 een mooi project in een Hofje, waar we nu nog wonen. Ons huis grenst aan de achtertuin van mijn oude studentenhuis. Het voelde dan ook als een enorme overwinning toen we er kwamen wonen. Het is een beetje als het verhaal van Job uit de Bijbel, hoe ik teruggekeerd ben in Roombeek.”
Huis van Verhalen
In 2011 werd Meijer benaderd door het Huis van Verhalen in de wijk om in het bestuur te komen. Dit ontmoetingscentrum zet de verhalen centraal van wijkbewoners die de vuurwerkramp hebben meegemaakt. Ook is er aandacht voor verhalen over wederopbouw en verhalen van mensen die nu in de wijk wonen. De stichting verkeerde in financieel zwaar weer en dreigde opgeheven te worden. Dankzij twee financiële meevallers en de inzet van Meijer kon de stichting toch verder. Het Huis van Verhalen is een plek waar mensen hun verhaal kwijt kunnen. “Dat is zo belangrijk”, stelt ze. “Als mensen hun verhaal kunnen vertellen kunnen ze opnieuw hun huis bouwen en thuiskomen. Daar begint het. Wij zijn een luisterend oor voor ze, we hebben oprechte belangstelling. We laten de mensen weer mens zijn. We zijn als je moeder vroeger die je opwachtte uit school met een kopje thee, om je verhalen te horen.”
Nog steeds komen mensen er om te praten over de ramp. De verhalen zijn best schrijnend af en toe, vertelt Meijer. “Denk aan verhalen van mensen die al die jaren niet terug durfden naar de wijk, uit angst voor herinneringen. Of een militair met PTSS die hier een hele middag heeft zitten praten over hoe hij destijds had geholpen in de wijk.” Inmiddels is het Huis van Verhalen veel breder georiënteerd, en is iedereen welkom die behoefte heeft aan een luisterend oor. “We maken allemaal wel eens rotte dingen mee in de samenleving. Ook rondom corona hebben mensen behoefte om te praten. We zijn nu een Buurthuis 2.0, met bijzondere aandacht voor de vuurwerkramp. Het is een veilige plek waar je niet raar wordt aangekeken omdat je er nog steeds mee worstelt.”
Corona
Nu heeft Enschede, net als de rest van Nederland, te maken met een nieuwe crisis: de coronacrisis. Kan Enschede lessen daarvoor meenemen uit de vuurwerkramp? Meijer: “Er is echt een groot verschil. Na de vuurwerkramp waren de kaders heel duidelijk: wat er moest gebeuren. We moesten meteen in actie komen, want mensen hadden geen dak meer boven hun hoofd. We waren heel proactief. Nu overkomt corona ons allemaal, we worstelen er allemaal mee, we zitten met zijn allen thuis. We missen de actiestand zoals na de vuurwerkramp. Wat we destijds hadden geleerd uit de Bijlmer-ramp was om aandacht te hebben voor nazorg. Daarom hadden we dat beter geregeld dan toen. Dat hielp om proactief te zijn.”
Maar wat zeker een les is uit de vorige ramp is de veerkracht van de stad, stelt Meijer. “Die veerkracht zie ik terug in hoe mensen hun levens zijn gaan leiden na de ramp. We zijn mooiere mensen geworden. We zijn meer bewust geworden dat we elkaar nodig hebben. Ik zou het fijn vinden om de lessen van toen te vertalen naar nu. Daarom hebben we met de gemeenteraad de motie Duurzame Wederopbloei unaniem aangenomen. We willen laten zien wat voor veerkracht er is in de stad. Al die initiatieven die er zijn ontstaan na corona, een voorbeeld is de lichtpuntjesactie van de stichting Present, die mensen helpt die eenzaam zijn. Kijk eens wat een goede dingen er zijn. Als we elkaar vasthouden komen we er beter uit. Beter dan wanneer je alleen maar voor jezelf bezig bent.”
Meijer hoopt dat er wel echt vaart kan worden gemaakt met de motie. Het gevaar ligt om zaken eerst te goed te willen regelen. Zoals dat gebeurde bij de regelingen na de vuurwerkramp. In het begin was er een ruimhartige regeling voor de gedupeerden. Helaas was er ook een klein groepje mensen die er misbruik van maakte. Daarom werd een tweede regeling heel anders opgezet om dat te voorkomen. Dat leidde ertoe dat de uitvoeringskosten hoger uitvielen dan wat de mensen kregen. “Dat is wel een leerpunt. We moeten zoeken naar de goede balans daarin.”
Wat Meijer graag terugziet op het stadhuis is de energie en passie die ze ziet bij de vrijwilligers van het Huis van Verhalen. “Mensen willen meer bijdragen dan we denken. Mijn wens is dan ook dat we na corona komen we in een prettigere samenleving, waar we meer oog hebben voor elkaar, meer relatie met elkaar. Je ziet nu al in Twente dat er een babyboom is aan het ontstaan door corona. De focus is meer komen te liggen op het gezin. Door het meer thuiszitten krijg je meer van elkaars leven mee.”
Laat een reactie achter