Van zelfrijdende deelauto’s tot ‘curbside management’: verslag kennisdialoog VerDus

Deelauto bij oplaadpunt
Deelauto bij oplaadpunt

Kennisinitiatief VerDus (Verbinden van Duurzame Steden) organiseerde half juli – online – een kennisdialoog voor wetenschappers die onderzoek doen naar (deel)mobiliteit en beleidsmakers van de Green Deal Autodelen II en de City Deal Elektrische deelmobiliteit.

Betty de Boer, directeur van de regio Groningen-Assen en voorzitter van de Green Deal Autodelen II trapte af met de ambitieuze vraag: wat nu als we de doelstellingen voor deelautogebruik voor 2025 zouden verdubbelen naar 1,4 miljoen autodelers en 200.000 deelauto’s? Wat is daarvoor nodig?

In een korte pitch reflecteerden zeven wetenschappers op deze vraag en aanverwante vraagstukken. Vervolgens werd in drie subgroepen doorgepraat over verschillende clusters van onderwerpen. VerDus publiceerde een uitgebreid verslag met video’s van de pitches. Je leest het op de site van VerDus.

Community of Practice bespreekt ‘levend’ handboek en deelt ervaringen

Mozaïekbeeld van de webinar City Deals Explained van de CoP Agenda Stad

Op maandag 15 juni kwam de Community of Practice van Agenda Stad bijeen voor de derde themasessie: “City Deals explained”. In de online bijeenkomst werd het Handboek City Deals dat momenteel ontwikkeld wordt toegelicht. Daarnaast doken we in breakout sessies dieper onder de motorkap van City Deals.

Dealmaker en moderator van de CoP Henk Jan Bierling van Agenda Stad heette de vijfentwintig aanwezige leden van de CoP welkom en programmamanager Frank Reniers lichtte toe waarom er een handboek gemaakt wordt. Hij gaf aan dat sommige collega’s menen dat het sluiten van een City Deal een creatief proces is dat niet in woorden te vatten is, maar dat er volgens anderen wel wat richtlijnen op papier te zetten zijn. Nu er 20 City Deals gesloten zijn, ziet Frank ook dat er lessen te trekken zijn waar de City Deals die nu ontwikkeld worden van kunnen profiteren. Het levende document dat is ontstaan, is niet compleet zonder de input van de CoP’ers, de mensen die samen City Deals tot een succes maken. Met het handboek lopen we vooruit op het onderzoek van de NSOB en PBL, die kijken hoe de overheid kan leren van de dealaanpak.

Steven Kroesbergen bij de COP-sessie City Deals explained op 15 juni 2020

Steven Kroesbergen

Dealmakers Steven Kroesbergen en Koen Haer van Agenda Stad, samenstellers van het handboek, vertellen over hun drijfveren. Steven liep als nieuwe dealmaker tegen veel vragen op rond het proces en besloot samen met Koen, die vanuit de City Deal Aardgasvrije Wijken veel vragen over de aanpak kreeg, een handboek samen te stellen. Volgens Koen scheelt dit ook de dealmakers op termijn veel tijd. “Nu typ ik elke keer een korte uitleg als iemand vraagt naar City Deals, maar daar zitten toch nuanceverschillen in. City Deals zijn voor mij innovatie en vrij invulbaar, maar wie meer houvast wil, vindt dat in het handboek.”

Die mix van vrijheid en kaders zorgt voor een spanningsveld, zoals ook uit de discussies tijdens deze CoP-bijeenkomst zal blijken. Koen: “Dat was voor ons ook een lastige opgave bij het maken van het handboek: hoe maak je één tekst die rechtdoet aan alle verschillende manieren van werken in de City Deals? Hoe zet je richtlijnen op papier, zonder dat het heel dwingend wordt?

Frank geeft een voorbeeld van een belangrijke les: houdt iedereen met je gesprekken voert steeds op de hoogte van alle ontwikkelingen. Hoewel dat volgens sommigen kan leiden tot ‘irritante vragen over iets dat er nog niet is’, zegt Frank ‘beter irritant dan dat er mensen afhaken omdat ze zich niet betrokken voelen.”

Tijdens het intermezzo grapt Henk Jan dat het handboek op grote belangstelling van boekhandels kan rekenen en dat we daarom Jurian Strik van Studio Strik hebben ingeschakeld om een professionele cover te maken. Jurian legt ons een drietal fameuze covers voor en bespreekt of ze passen bij de inhoud van het handboek: de SAS Survival Guide, de populaire ‘…for Dummies’-reeks en de serie ‘The complete idiot’s guide to…’

Froukje merkt op dat ze het boek in plaats van in de boekhandel, liever in de vorm van stellingen op de deur van het Binnenhof getimmerd zou zien, naar voorbeeld van Luther. En ze vindt de term ‘handboek’ te statisch klinken. Ze spreekt liever van een ‘handreiking’

Nu alle deelnemers ‘opgewarmd’ zijn, is het tijd voor de breakout sessies. In twee rondes van 20 minuten gaan de deelnemers in groepjes in gesprek over de volgende onderwerpen:

  1. Hoe regel ik de financiën in mijn City Deal?
  2. Hoe smeed ik een coalitie voor mijn City Deal met veel diverse partijen?
  3. Hoe breng ik de resultaten uit mijn City Deal verder?
  4. Hoe kan ik ontwerpkracht en experimenteren inzetten in mijn City Deal?

Hoe regel ik de financiën in mijn City Deal?

In sessies over Financiën, begeleid door Koen Haer en Lotte Nijland, geven de deelnemers aan de sinds kort gehanteerde werkwijze met een basisbegroting en startkapitaal als verademing te zien. Dit ondervangt veel ‘opstartproblemen’ bij deals. Maar aanvullende informatie over het financiële proces en bijvoorbeeld de vraag wie penvoerder van een deal moet zijn, zou welkom zijn. Froukje Idema zou graag vanuit Agenda Stad standaarden willen zien. Dat zou veel tijd en maatwerk kunnen besparen. In haar City Deal verdeelt een programmateam het budget en dat levert een goede balans op tussen harde afspraken en flexibiliteit.

Er wordt geopperd om meer gebruik te maken van provinciale financiën, met name voor het fysieke domein. Marc Noordhoek (City Deal Zicht op Ondermijning) oppert om in het handboek wat nader in te gaan op het proces rond Voorjaarsnota/julibrief en najaarsnota en stil te staan bij de vaak ‘strenge’ deadlines wanneer er geld tússen departementen geregeld moet worden.

Hoe smeed ik een coalitie voor mijn City Deal met veel diverse partijen?

In de eerste ronde van deze breakout onder leiding van Frank Reniers komt o.a. het belang van vertrouwen aan bod. Frank geeft aan dat het goed werkt om koplopers te zoeken die er echt voor willen gaan. En een stevige ambassadeur die het belang van thema’s en de werkwijze uitdraagt, zoals Maarten Hajer van de Urban Futures Studio dat vaak voor City Deals is. Zo kan vanuit bevlogenheid van de koplopers een kantelpunt ontstaan waarop anderen mensen graag willen aanhaken. Het helpt altijd als je ‘grote namen’ een uitnodiging mede laat ondertekenen.

Martine de Vaan bij de COP-sessie City Deals explained op 15 juni 2020

Martine de Vaan

Martine de Vaan vindt dat burgers meer betrokken moeten worden en wil de volledie ‘penta helix’ laten samenwerken in deals. Dat zijn naast de traditionele dealpartners ook burgers en maatschappelijke organisaties. Het kan wel spanning opleveren als er partijen aanschuiven die geen geld inbrengen, maar de impact en slaagkans van je deal neemt toe. Irene Bronsvoort van UFS bevestigt dit beeld. Ze geeft aan dat je voor experimenteren een veilige omgeving en informaliteit nodig hebt. Tegelijkertijd is er veel dat we nog niet weten over het samenspel van partijen omdat we nog maar kort experimenterend besturen. Vaak zie je nog dat burgers of bewoners te laat betrokken raken waardoor ze slechts een reactieve rol hebben. “Het kan een enorme meerwaarde hebben om burgers aan het begin al te betrekken bij het definiëren van het probleem”, aldus Bronsvoort.

In de tweede ronde over dit thema ontstond een levendige discussie over een ander vraagstuk: hoe – en waarom – betrek je kennisinstellingen bij deals? Bart Stoffels van de City Deal Klimaatadaptatie geeft aan dat ze continuïteit en een extra dimensie kunnen toevoegen. Zelf werkt hij in de deal met Universiteit Utrecht. Anderen geven aan dat ze het vaak lastig vinden tot een goede samenwerking met hbo’s en universiteiten te komen omdat die door curricula en onderzoeksprogramma’s vrij star zijn en vaak zelf ook niet weten hoe ze aan hun opgave om meer regionaal samen te werken moeten voldoen. Volgens Maarten Riemersma van de City Deal Voedsel werkt het juist goed als je die instellingen op hun regionale verantwoordelijkheid wijst.  Frank Reniers geeft aan dat Rowinda Appelman van de City Deal Kennis Maken veel ervaring heeft met dit vraagstuk en bedacht wordt om haar te vragen hier in een themasessie bij stil te staan.

Hoe breng ik de resultaten uit mijn City Deal verder?

In de derde breakout, begeleid door Steven Kroesbergen en Louise van der Aart, vertelde Marc Noordhoek hoe de City Deal Zicht op Ondermijning nadenkt over een vorm waarin de samenwerking tussen de partners na afronding van de deal voortgezet kan worden. Hij probeert media-aandacht te genereren voor de City Deal. De kans dat het uitkomsten politiek worden opgepakt zijn volgens Marc afhankelijk van goed belegd eigenaarschap en uiteraard goede resultaten.

Wouter Kersten van Platform31 oppert dat je afhankelijk van hoe resultaten ‘bewegen’, op meerdere momenten tijdens de looptijd van een City Deal kunt nadenken over eigenaarschap. Bart Stoffels vindt het een goed idee resultaten breed openbaar uit te dragen en te kijken welke reuring dat veroorzaakt. Binnen de CD Klimaatadaptatie is hij ook bezig met het concreet toewijzen van eigenaarschap van verschillende deelthema’s of ‘estafettestokjes’ aan nieuwe organisaties. Dat had aan het begin van de looptijd volgens hem niet gekund.

Bart Stoffels bij de COP-sessie City Deals explained op 15 juni 2020

Bart Stoffels

Hoe hoog moet je de lat eigenlijk leggen met een City Deal? Volgens Marc is het vooral belangrijk, zeker bij een breed onderwerp als ondermijning, om goed af te bakenen en te prioriteren. “Door je scope te beperken, kun je succesvol zijn.”

In de tweede ronde vertelt Kees van der Reijden hoe de CD Elektrische deelmobiliteit aansluiting heeft gezocht bij de Greendeal Autodelen, waarin veel partijen participeren die ook aan de City Deal meedoen. Froukje Idema vraagt zich af wat eigenlijk de definitie van resultaat is. In de CD Voedsel is het op de stedelijke agenda krijgen van goede voeding het doel. Het is moeilijk om dat in percentages van gezonde kinderen uit te drukken. Het is belangrijk om in het beginstadium de beoogde resultaten vast te leggen. En: “Geen resultaat is ook een resultaat, als je het maar goed evalueert.” Vanuit de CD Voedsel is op verschillende manieren geprobeerd de resultaten te borgen, zo hebben ze in een gesprek Tweede Kamerleden bijgepraat over het onderwerp en een ingezonden brief in de krant geplaatst.

Tot slot wordt er verkend wat belangrijker is: breed draagvlak en begrip of snelheid / momentum. De meningen verschillen. Volgens Kees is het dit afhankelijk van de mate van ‘volwassenheid’ van het onderwerp van een City Deal. Jan-Willem Wesselink meldt dat hij borging belangrijk vindt en daarom nu al, in de verkenningsfase, een borgingsteam heeft opgezet dat zich buigt over de lange termijn,

Hoe kan ik ontwerpkracht en experimenteren inzetten in mijn City Deal?

In de vierde breakout sessie onder leiding van Charlotte Moolenaar van Agenda Stad en Jurian Strik zagen Rogier van der Wal en Jan-Willem Wesselink de meerwaarde van ontwerpers in City Deals. Jurian Strik adviseerde om de vraag ‘klein’ te houden aan ontwerpers waardoor ze op een bepaald gebied echt actief ‘mee kunnen lopen’ in het proces. “Denk altijd goed na hóe je ontwerpers wilt betrekken.” Volgens Rogier is de kracht van verbeelding erg belangrijk. Irene Bronsvoort benadrukt ook in deze context het belang van ‘soft spaces’: een neutrale, informele omgeving waardoor gesprekken, bijv met burgers, een andere context krijgen en beter en opener verlopen.

En Jurian zou de creatieve kant van de Community of Practice niet vertegenwoordigen als hij niet een interactieve mindmap had ontwikkeld waarin de inzichten van de breaukout-sessies zijn opgenomen: Henk-Jan meldt dat Agenda Stad het belang van creativiteit inziet en dat we nu verkennen hoe we per City Deal ontwerpkracht kunnen inzetten.

Na een terugkoppeling in het plenaire gedeelte, brengt Frank Rowinda’s oproep onder de aandacht. Zij zoekt naar een optimale manier om online samen te werken en verkent met een communicatiebureau hoe online bijeenkomsten ‘gelikt’ en effectief ingericht kunnen worden. Frank geeft aan dat Agenda Stad dit ook meeneemt in de nieuwe communicatiestrategie die met Tappan ontwikkeld wordt. Frank en Evan Schaafsma, communicatieadviseur van Agenda Stad, doen een oproep om hen eerder in te seinen bij aanstaande communicatiekansen. Als Evan tijdig weet van bijtekenmomenten, belangrijke bijeenkomsten of andere mijlpalen, is er tijd om verschillende communicatiemiddelen af te wegen en in te zetten. Uiteraard leent PleinBZK zich ook goed om kleine en grote successen aan te kondigen.

Froukje Idema bij de COP-sessie City Deals explained op 15 juni 2020

Froukje Idema

Tot slot gaan we in op de vraag hoe ‘dwingend’ dat handboek nou is. Er wordt een vergelijking met een kookboek gemaakt: ook als je het recept niet naar de letter volgt, kan het een heerlijk gerecht opleveren. Henk Jan verwoordt het treffend als hij zegt “Door in het handboek randvoorwaarden te schetsen, blijft er juist meer ruimte voor creativiteit over.” Froukje Idema oppert dat een ‘do’ en ‘don’t’ boven elk hoofdstuk mensen meer zal verleiden om door te lezen.

Na deze mooie tip bedankt Henk Jan de deelnemers en brengt hij de digitale themasessie op 9 september over communicatie en de volgende reguliere CoP op 24 november in Ede onder de aandacht. Ook kondigt hij de Dag van de Stad On Tour aan, waarover meer te lezen is op dedagvandestad.nl. Tot slot roept hij iedereen op elkaar op te zoeken op PleinBZK en wenst hij iedereen een goede zomer.

Walking Webinar Ruimte voor Lopen: groen als nutsvoorziening – ook voor een bedrijventerrein

De tuin van het Hof van Carthesius

Op vrijdag 19 juni vond een uniek webinar plaats. Het Platform Ruimte voor lopen koos als aftrap voor een webinarreeks over het belang van lopen en een goede loopomgeving voor een bijzondere vorm van samenkomen: een walking webinar. Zo’n 25 deelnemers wandelden – met headset – door hun eigen omgeving en luisterden naar gesprekken met wandelexperts.

Terwijl de deelnemers zich online verzamelden en de techniek voor deze virtuele weeting (walking meeting) werd voorbereid, vertelde Charlotte Ernst over haar initiatieven de Hof van Cartesius, een groene werkplek voor creatieve en duurzame ondernemers, en het Werkspoorpad, een wandelpad dat voor verbinding zorgt in het gebied. Ze geeft aan dat het Hof van Cartesius bezig is met een doorontwikkeling: boven de 1500 m2 werkruimte, komt nog eens 2500 m2, verdeeld over vijf nieuwe ruimtes met binnentuinen en een grote daktuin.

Martine de Vaan, kwartiermaker van de City Deal Ruimte voor Lopen die verkend wordt, heet vervolgens het gezelschap welkom en vertelt over het Platform Ruimte voor Lopen dat in het najaar is opgericht om aandacht te vragen voor beleid rondom lopen. Ze geeft aan dat er veel momentum is, sinds premier Rutte met zijn pleidooi voor het ‘blokje om’ ‘de frisse neus tot grondrecht heeft verklaard’.

Drie gastsprekers van het webinar vooraf ingesprek op de parkeerplaats van de Werkspoorcathedraal

Drie gastsprekers van het walking webinar vooraf in gesprek bij de Werkspoorcathedraal. Van links naar rechts: Taco Jansonius, Harry Boeschoten en Charlotte Ernst

Martine is met haar gasten Harry Boeschoten, Charlotte Ernst en Taco Jansonius aanwezig in de tuin van het Hof van Carthesius. Frank Reniers, programmamanager Agenda Stad, vertelt wandelend op de boulevard in Scheveningen over City Deals. “Steden kunnen bij ons komen met complexe transitiethema’s waarbij de rolverdeling tussen partijen vaak nog onduidelijk is. We helpen hen met het vinden van de juiste partners – andere steden, relevante departementen, marktpartijen en maatschappelijke organisaties – en het sluiten van City Deals waarin door experimenteren en kennis delen innovatie oplossingen verkend en versneld kunnen worden. Zo kom je sneller tot innovatie dan met een regulier wetgevingstraject voor vier jaar.” Dat City Deals tot innovatie leiden, daar getuigt volgens Reniers ook deze walking webinar van. “Eerder experimenteerde de City Deal Een Slimme Stad al met een succesvolle online borrel en nu maken we hier de eerste walking webinar mee, dat is toch geweldig!?”

Schermafbeelding met mozaïek van de deelnemers aan het walking webinar

Een aantal deelnemers aan het walking webinar. Een bekend mozaïekbeeld van een webinar, maar dan met opvallend veel groene accenten.

Taco Jansonius is Mobilteitsmakelaar van het Werkspoorkwartier. Hij trapt de columnreeks af, waarin tijdens elk webinar een andere expert vertelt wat hem of haar tot ‘walking being’ maakt. Jansonius vertelt dat hij houdt van wandelen langs het water, van avondwandelingen zoals de Nightwalk Werkspoor, waardoor hij een heel andere kant leerde kennen van zijn eigen omgeving. Maar ook van zijn zondagse ‘coronawandelingen’ met een vriend om 9 uur ’s ochtends. En van lopen door de stad, waar hij telkens iets nieuws ontdekt en verrassende ontmoetingen heeft. Daarmee schetst Jansonius op een aanstekelijke manier de veelzijdige vormen en functies van lopen.

Hier sluit Harry Boeschoten op aan. Wandelen door de stad en wandelen in het buitengebied worden vaak als twee verschillende dingen beschouwt. Als programmamanager Groene Metropool bij Staatsbosbeheer, maakt hij zich sterk voor het verknopen van groene netwerken. “Eigenlijk is de groenvoorziening een nutsvoorziening. Waarom zou je niet zorgen dat alle huizen daarop aangesloten zijn?”

In zijn streven merkt hij nog vaak, bij Staatsbosbeheer, maar ook bij ontwikkelaars en stedebouwkundigen, dat er vaak gedacht wordt tot aan de grenzen van het gebied waar men verantwoordelijk is. “Terwijl wandelaars en fietsers én de natuur zich niks van die gebiedsgrenzen aantrekken, die gaan gewoon door. Daarom proberen we nu groene netwerken te creëren door als vertrekpunt te nemen: wat is het grotere geheel en hoe past waar ik verantwoordelijk voor ben daar binnen?”

Charlotte Ernst vertelt over het Werkspoorpad. Dat ontstond door het inzicht dat in de omgeving niet alleen een groene werkplek gecreëerd moest worden, maar dat er tevens kansen waren om een gebied dat in het slop geraakt was te transformeren door de aanwezige bedrijven onderling te verbinden. En ook de verbinding met de stad is door het Werkspoorpad verbeterd. Daarbij was het cruciaal om de omwonenden te betrekken bij het ontwerp. Het pad verbindt nu bedrijven en een aantal publieke plekken en Ernst merkt de impact op de transformatie van het gebied: ineens komen mensen de omliggende bedrijven uit voor lunchwandelingen en de omwonenden vinden het gebied weer veilig en aantrekkelijk genoeg om in hun route op te nemen.

Detailfoto van het werkspoorpad, waar we de naam Werkspoorpad ook in een witte krijtstreep zien staan

Detailfoto van het Werkspoorpad

Harry Boeschoten is enthousiast. “Door groene hotspots met elkaar te verbinden, ontstaan groene netwerken. Het dichtstbijzijnde gebied van Staatsbosbeheer, het Gagelbos, is maar 3 km hier vandaan. De route ernaartoe bevat mooie stukken, maar zeker ook delen die niet aangenaam zijn en daardoor sluit het allemaal niet op elkaar aan. Daar kunnen we werk van maken.”

Mobiliteitsmakelaar Taco Jansonius is actief in het gebied en kijkt ook naar de relatie met vervoer. Zo is hij met een project begonnen waarin hij met bedrijven rond het Werkspoor in gesprek gaat. “Sommige bedrijven komen parkeerplekken te kort en andere bedrijven hebben juist veel ruimte over. Ik probeer vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Soms is het huren van parkeerruimte een uitkomst, maar soms ook het gebruik van deelauto’s of –fietsen. Samen met bedrijven en de gemeente komen we zo tot oplossingen. Zo maak je letterlijk ruimte voor lopen.”

Martine stelt Filip van As van het platform Ruimte voor Lopen voor. Al wandelend vertelt hij dat hij niet alleen werkt aan de agenda voor het platform, maar ook programmanager Voetgangersbeleid is bij het ministerie van IenW. In het platform werken bijna 40 partners nu aan de agenda voor de komende 10 jaar en een plan van uitvoering voor de komende vier jaar. Dat wordt gepresenteerd op het landelijke Voetgangerscongres op 8 oktober en hij hoopt dat dan ook de beleidscontouren van zijn ministerie bekend zijn.

Dealmaker Steven Kroesbergen van Agenda Stad voegt toe dat bij de City Deal in oprichting naast het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat ook LNV en Volksgezondheid betrokken zijn. Harry Boeschoten geeft aan dat het gezondheidsaspect belangrijk is. “Het lijkt wel alsof we minder naar buiten gaan omdat er geen aangenaam alternatief is. We zien nu door Corona dat het benutten van de groene ruimte toeneemt, maar voor sommigen is de drempel hoog.” Taco vertelt over de samenwerking met het Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug. Samen proberen ze het groen ín de stad te verbinden met het Nationale Park – het groen rond de stad. London National Park City was inspiratie. “Omdat we nu werken met partijen die zich echt met plezier inzetten zie je dat een relatief klein initiatief toch vaart krijgt.”

“Mooi om het zo te bekijken: ligt het Nationaal Park buiten de stad of ligt de stad ‘in het Nationaal Park?”, haakt beleidsadviseur Fietsen en Wandelen Govert de With vanuit de gemeente Amsterdam aan. In Amsterdam wordt gewerkt aan zowel het voetgangersbeleid als het groenbeleid en wil met dat combineren door o.a. te kijken naar de ‘stepping stones’ die mensen vanuit de stad leiden naar de parken aan de rand. In het webinar van 30 juni vertelt Govert er meer over. Harry Boeschoten roemt de ontwikkelingen in Amsterdam: “Het begint met de visie van een stad. Als je weet waar het naartoe moet, kun je als stad ook mensen en initiatieven bij elkaar brengen en een belangrijke rol spelen wanneer er tegenstrijdige belangen lijken te zijn.” “Dat klinkt als mooie reclame voor een City Deal!” reageert Martine de Vaan.

Charlotte Ernst geeft aan dat verbinding en samenwerking belangrijk zijn, en noemt als voorbeeld twee nabijgelegen nieuwbouwprojecten, prachtige duurzame gebiedsontwikkelingen die zelf mooie wandelpaden ontwikkeld hebben maar nog niet hebben nagedacht over onderlinge verbinding en aansluiting op het Werkspoorpad. “De oplossing ligt op een hoger niveau. In netwerken van Staatsbosbeheer, de provincie, en de steden. Samenwerking is nodig voor grensoverstijgende beslissingen.

Met deze woorden die het belang van samenwerking onderstrepen, komt een einde aan het eerste webinar van de reeks. Het walking webinar kende wat technische hobbels maar leidde tot een welkome ‘groene oase’ in de online omgeving. Met de belangrijke voetnoot van Martine de Vaan dat zeker ook burgerinitiatieven een plek moeten krijgen in de City Deal Ruimte voor Lopen, eindigt de wandeling. Meld je nu aan voor de webinars op 30 juni en 7 juli.

Community of Practice City Deals: wendbare projectleiders zien vooral kansen in 1,5 meter- samenleving

Mozaiekweergave van deelnemers aan de online bijeenkomst van de community of practice op 14 mei

Op donderdag 14 mei kwam de City Deal-gemeenschap van Agenda Stad online bij elkaar voor de vierde bijeenkomst van de Community of Practice. Onderwerp van gesprek was: “City Deals in de anderhalve meter samenleving.”

Het is even wennen om elkaar nu noodgedwongen online te treffen, gaf ook de kersverse gastheer van de bijeenkomst Henk Jan Bierling aan. Henk Jan is onlangs als dealmaker begonnen bij Agenda Stad en heeft een jarenlange ervaring, bij de rijksoverheid en de afgelopen jaren bij Platform31. Hij werkt graag op het snijvlak van rijk en gemeenten en denkt graag mee met mensen die op een slimme manier werken aan gedeelde vraagstukken.

Henk Jan licht toe dat we ons vandaag gaan richten op de vraag wat de bredere impact is van Corona op bestaande en nieuwe City Deals. Een eerste observatie is dat Corona ook juist voor een toegenomen urgentie zorgt van sommige City Deals. Zo blijkt bijvoorbeeld de animo voor City Deals in ontwikkeling als Lopen en Smart Cities juist toegenomen door de relevantie van die thema’s in deze tijd.

Van mineur naar mogelijkheden

Vervolgens schetst programmamanager Agenda Stad Frank Reniers hoe hij de afgelopen maanden eerst vreesde dat door de Coronacrisis de energie die voortkwam uit recente successen als het Reuring!Café over opschaling en de in maart verstuurde voortgangsbrief over City Deals zou verdwijnen. Maar hij constateert trots dat City Deals en projectleiders zich niet uit het veld hebben laten slaan. Zo plaatste Rowinda Appelman in de online community van de CoP een inspirerende update over hoe de City Deal Kennis Maken zich aanpast aan de omstandigheden. En de City Deal in oprichting ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ bloeide juist helemaal op door de drukbezochte webinars van Jan-Willem Wesseling. Zo bleek ook tijdens de succesvolle start van de officiële verkenning, met een webinar op 13 mei dat door maar liefst 70 partners bezocht werd. En dus, zegt Frank, blijkt deze tijd vooral kansen te bieden. Met online bijeenkomsten bereik je mensen die je normaal minder goed bereikt. En van stilstand bij Agenda Stad is sowieso geen sprake, want we hebben een ambitieus jaarplan opgesteld, werken aan een nieuwe communicatiestrategie en verkennen inmiddels maar liefst tien nieuwe City Deals!

Na deze inspirerende woorden maken we een voorstelrondje langs de 24 deelnemers aan de hand van het boek dat zij op dit moment lezen. Een leeslijst van de boeken wordt voor de zomervakantie naar de deelnemers opgestuurd.

Wat is een goede vraag?

Na dit literaire voorstelrondje is het de beurt aan Rogier van der Wal die in een column ingaat op: wat is nu eigenlijk een goede vraag? Een zeer relevant thema omdat de coronacrisis en de anderhalvemeter-samenleving veel vragen oproepen. Rogier verwijst naar de ultieme vragensteller Socrates, die zijn prikkelende vragen met de gifbeker moest  bekopen. Dat ongemakkelijke vragen nog steeds niet altijd op prijs gesteld worden, zien we in de wekelijkse persconferenties van president Trump. “Bij een filosoof als Socrates ga je niet langs voor antwoorden, maar land je op een vraag”, citeert Rogier Elke Wiss, auteur van het populaire Socrates op Sneakers, waarin ze de lezer vragen leert stellen op basis van de inzichten van Socrates. Een goede vraag, zo stelt Rogier, is een uitnodiging tot nadenken en uiteindelijk ook tot verbinden. Hij roept ons op onze ‘interne Socrates wakker te kussen’ en verwijst tot slot naar een blog van Wim Derksen die aan OCW-ambtenaren vroeg waartoe het ministerie op aarde was. “Goed onderwijs”, klonk het eensgezind. Maar toen Derksen doorvroeg wat ze daaronder verstonden, bleek iedereen een ander beeld – en dus ook een andere koers – voor ogen te hebben.

Kansen en bedreigingen voor City Deals in Coronatijd

Projectleiders Martine de Vaan (CD Lopen) en Marc Noordhoek (CD Zicht op Veiligheid en CD Lokale Weerbaarheid Cybercrime) geven aan welke impact de Coronacrisis op hun City Deals heeft. Martine ziet vooral kansen, zeven stuks, en daarnaast drie bedreigingen.

Schermafdruk van Martine de Vaan die aan het woord is tijdens de online bijeenkomst van de Community of Practice op 14 mei 2020

Martine de Vaan

In de eerste persconferentie van Rutte zag zij bijvoorbeeld de ‘politieke erkenning van de frisse neus’. En burgemeester Halsema toonde zich betrokken bij het belang van lopen en ruimte in een dichtbevolkte stad als Amsterdam waar velen klein behuisd zijn. Die erkenning voor het belang van ruimte en een goede leefomgeving in ieders nabijheid wordt nu überhaupt breder erkend, signaleert De Vaan. Als was het maar omdat men in groten getale de nabije omgeving ‘herontdekt’ in deze tijd waarin het ‘blokje om’ een dagelijks hoogtepunt vormt. Door de focus op dit thema wordt data ook beter benut, zoals het onderzoek waaruit blijkt dat Amsterdamse stoepen te smal zijn om 1,5 meter afstand te houden. Daarnaast ziet De Vaan een belangrijke gedragsverandering. Mensen gaan meer lopen en zien dat op een lange thuiswerkdag als een bevrijding. Die herwaardering zou weleens blijvend kunnen zijn. En tot slot constateert De Vaan dat beleidsacties rondom stedelijk ruimtegebruik steeds meer synchroon lopen. Als voorbeeld noemt ze het besluit van Tilburg om een snelheidslimiet van 30 km/u de norm voor de hele stad te maken, waardoor meer ruimte voor fietsers en wandelaars ontstaat.

De drie bedreigingen die ze constateert zijn: de toegenomen waarde die mensen ineens weer aan hun auto hechten, door de afstandsregels die alternatieve vervoersvormen momenteel ontmoedigen. Daarnaast: de ‘concurrentie op ruimte’. Zo kwamen op een oproep van de gemeente Amsterdam voor ideeën over ruimtegebruik 100 van de 150 inzendingen van ondernemers die de ruimte willen claimen voor terrassen. En tot slot: door de lockdown zijn we het hebben van een tuin weer als zegen gaan zien, waardoor er een kans is dat we weer ‘extensiever’ gaan bouwen met als gevolg toename van mobiliteit tussen stadscentra en doorzonwoningen in evt nieuwe buitenwijken.

Schermafdruk van Marc Noordhoek aan het woord tijdens de online community of practice bijeenkomst op 14 mei 2020

Marc Noordhoek

Vervolgens schetst Marc Noordhoek hoe hij de impact van Corona op de samenwerking in City Deals ervaren heeft. “Het is anders, maar niet slechter.” Hij moest wennen aan de overstap op digitale overleggen, maar is nu juist beter aangehaakt bij partners in City Deals. “Nu kan ik een overleg hebben met Friesland en onmiddellijk daarna met Brabant. Voorheen moest ik keuzes maken.” Marc’s motto als fervent zeiler is dan ook: “Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan.” Wat hij wel mist, zijn de toevallige en terloopse ontmoetingen en gesprekken, bijvoorbeeld op congressen. Zijn zorg dat het wellicht lastiger zou zijn om met nieuwe mensen in contact te komen, blijkt echter ongegrond.

Hierna is het tijd voor een kort intermezzo waarin Jurian Strik van Studio Strik het nieuwe digitale Smoelenboek van de CoP presenteert en ons een blik gunt in het nieuwe en laatste CoP Magazine dat binnenkort verschijnt. Beide zullen via de online community beschikbaar komen voor CoP-leden.

Schermafbeelding die de voorkant toont van het nieuwe CoP-magazine waarvan Jurian Strik tijdens de CoP-bijeenkomst van 14 mei 2020 een voorproefje geeft

Jurian Strik toont de deelnemers aan de CoP-bijeenkomst een preview van het nieuwe CoP-magazine

Creatief verbeelden en de lange termijn

Daarna gaan de deelnemers in kleinere break-out sessies aan de slag met vragen als “Wat betekent Corona voor jouw City Deal? Welke kansen biedt het?” Voor sommige City Deals onderstreept de crisis de urgentie, zoals bij de CD’s Ondermijning en Cybercrime, omdat digitale criminaliteit toeneemt. Toch zijn er ook vragen: is er in het geweld van alle ad hoc oplossingen van nu wel voldoende aandacht voor de lange termijn en daarmee voor strategische en duurzame oplossingen? Kunnen visualisaties van toekomstbeelden wellicht een waardevol instrument zijn om tot de juiste vragen te komen? Visualisaties maken immers andere gesprekken mogelijk. Daarnaast helpen andere creatieve technieken als ‘Design Thinking’ hier wellicht ook bij.

In een andere groep wordt geconstateerd dat het nu makkelijker is om beleidsmedewerkers aan de (virtuele) tafel te krijgen. Tegelijkertijd zijn de ‘formele een-tweetjes’ lastiger te organiseren. Ook wordt geconstateerd dat onzekerheden over de komende maanden, bijvoorbeeld rondom fysieke bijeenkomsten, voor vertraging zorgen. Een ander inzicht is dat we door deze crisis goed leren welke bijeenkomsten wél en welke niét goed online kunnen plaatsvinden. Praktische zaken kunnen heel goed online besproken worden. Voor inspiratie of spontaniteit werkt een fysieke bijeenkomst toch beter.

In andere inhoudelijke discussies worden de voor- en nadelen van ‘shared spaces’ besproken, vragen mensen zich af ‘wie is nu de grote concurrent van de loper?’ en blijkt financiering nu soms lastiger te borgen omdat het ‘informeel bij bestuurders binnen lopen’ node gemist wordt.

Na de inhoudelijke gesprekken keert iedereen terug in de gezamenlijke virtuele zaal. Onder het genot van een drankje wordt de opbrengst besproken waarna een aantal inzichten nog eens onderstreept wordt. Zo heeft Frank van de succesvolle webinars van de CD Een Slimme Stad geleerd dat je niet alleen méér mensen kunt bereiken, maar ook een grotere verscheidenheid aan partners. Dealmaker Koen Haer constateert dat hij door de Coronacrisis versnelde wetgevingstrajecten ziet. Hij hoopt dat dat zo blijft. Daarnaast is hij benieuwd wat de crisis met instituties doet.

Henk Jan dankt de aanwezigen voor hun inzet bij zijn vuurdoop als gespreksleider bij de CoP. Onder zijn leiding en door een goede voorbereiding is het een levendige en vlekkeloos verlopen sessie geworden en hij sluit af met een compliment aan de projectleiders van City Deals die door hun werk het karakter bezitter om flexibel met veranderingen en dus ook met deze crisis om te gaan en instinctief nieuwe wegen vinden die ontstaan in deze bijzondere tijden.

Vierde Cities Forum in teken van duurzame stedelijke toekomst

Toelichting op de Urban Agenda bij het Cities Forum in Porto
Toelichting op de Urban Agenda bij het Cities Forum in Porto

Op 30 en 31 januari vond in Porto het vierde Cities Forum plaats. Dit tweejaarlijks congres wordt georganiseerd door het DG Regio van de Europese Commissie, in samenwerking met de gaststad. Achthonderd deelnemers bogen zich ditmaal over het thema duurzame stedelijke ontwikkeling. Ook vanuit Nederland was een stevige delegatie afgevaardigd, met onder andere de burgemeesters Aboutaleb (Rotterdam), Jorritsma (Eindhoven) en Mikkers (’s Hertogenbosch). Ook het ministerie van BZK was goed vertegenwoordigd met o.a. de nieuwe Urban Envoy Karen van Dantzig.

Van Dantzig nam deel aan een aantal workshops en plenaire sessies en sprak in Porto onder andere met Urban Agenda-rapporteur voor het Comité van de Regio’s (CoR) Kieran McCarthy over het belang van betere regelgeving en de bijdrage die de Europese Urban Agenda daaraan kan leveren. Ook hield ze een pleidooi voor het verstevigen van de stedelijke dimensie in het Europese cohesiebeleid. Met plaatsvervangend DG Stedelijke en Regionaal Beleid van de Commissie Normunds Popens sprak ze over de kansen voor meer samenhang tussen stedelijk en cohesiebeleid nu de DG Regio Elisa Ferreira beide onderwerpen in haar portefeuille heeft. Ook werd steun van DG Regio gevraagd voor het blijven uitdragen van het belang van een sterke Urban Agenda in Europa. Van Dantzig: “Er is geen twijfel over het belang van steden in de EU en ook de grote waarde van de multilevel werkwijze wordt erkend, o.a. door Eurocommissaris Ferreira. Daarom gaan we ervanuit dat de Urban Agenda ook na 2020 een stevige rol zal houden in het agenderen van stedelijke vraagstukken in Europa.”

In het gesprek met de Duitse staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Bouwen Ann Katrin Bohle ging het uiteraard over het aanstaande Duitse voorzitterschap. Er werd uitgebreid stilgestaan bij het Nieuwe Leipzig Charter dat eind van het jaar een belangrijke mijlpaal vormt voor de positie van steden in de Europese Unie. Van Dantzig benadrukte het belang om daarin raadsconclusies te formuleren, waardoor de Commissie en Lidstaten meer draagvlak hebben om het Leipzig Charter, met de Urban Agenda als uitvoerend instrument, te implementeren.

Belangrijk onderdeel van de agenda van het Cities Forum, vormde de evaluatie van de Urban Agenda. Met 14 thematische Partnerschappen en tot nu toe al 114 aanbevelingen voor betere regelgeving, financiering en kennisdeling voor Europese steden, heeft de Urban Agenda zijn waarde bewezen. Het governance model waarbij partijen op alle niveaus gelijkwaardig samenwerken aan stedelijke thema’s, is een innovatieve bestuurlijke werkwijze, die volgens partijen als EUROCITIES tot de belangrijkste resultaten van de Urban Agenda behoort. Nederland is sinds het Pact van Amsterdam de belangrijkste aanjager van de Urban Agenda en de Urban Envoy is het gezicht geworden van het programma. De verbindende en ondersteunende rol houdt de Urban Envoy graag vast, maar Nederland is niet ‘de eigenaar’ van de Agenda. De Urban Envoy Van Dantzig geeft aan “Een sterke stedelijke agenda in Europa vraagt om gedeeld eigenaarschap van Steden, Europese instellingen en partijen en Lidstaten.” Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. In Porto kon ik een begin maken met het bestendigen en uitbouwen van het benodigde draagvlak.

Voortzetting van de Urban Agenda is van groot belang, ook en juist nu de Commissie aan een nieuwe periode begint met een nieuw werkprogramma en een eigen European Urban Initiative. De unieke multilevel samenwerking in Partnerschappen en de directe betrokkenheid van steden, is van grote waarde. De implementatie van acties die voortkomen uit de Partnerschappen verdient wel meer aandacht omdat zo de impact van de Urban Agenda vergroot kan worden.

Lees meer over de Urban Agenda en de nieuwe Urban Envoy in het kennismakingsinterview met Karen van Dantzig.

Community of Practice City Deals leert anders denken op de Zuidas

Toehoorders luisteren naar Daan Roovers tijdens de CoP-dag
De Community in gesprek met Daan Roovers en Suzanne Potjer over publiek denken. Foto: Paul Tolenaar

De gemeenschap van City Deal-betrokkenen verzamelde zich donderdag 30 januari in De Nieuwe Poort op de Amsterdamse Zuidas voor de derde Community of Practice-bijeenkomst. Centraal stond de toekomst van City Deals. En wie beter om ons denken over de toekomst aan te scherpen dan Denkers des Vaderlands, Daan Roovers. Voordat Suzanne Potjer van de Urban Futures Studio haar vraaggesprek met Roovers begon, heette ze de circa 30 aanwezigen welkom in de prachtige zaal, omgeven door van vloer tot plafond gevulde boekenkasten. Suzanne legde uit dat De Nieuwe Poort ontsproten was aan het brein van ‘Zuidas-predikant’ Ruben van Zwieten die een ‘rustpunt en ruimte voor reflectie en gesprek wilde creëren in een omgeving waar het veelal draait om het snelle geld’.

Blik op 2025

Een mooi bruggetje naar het vraaggesprek met Roovers over publiek denken, maar niet voordat Suzanne aan programmamanager Frank Reniers van Agenda Stad had gevraagd hoe zijn ideale toekomst voor City Deals er uitzag. Frank schetste dat Agenda Stad nu vijf jaar bestaat en dat het programmateam zelf ook gaandeweg geleerd heeft wat nou eigenlijk een City Deal is en wat wel of niet werkt. Soms bleken gemeenschappelijke opgaven niet voldoende om concurrerende belangen te overstijgen, maar vaak waren er ook successen.

Frank Reniers en Suzanne Potjer. Foto: Paul Tolenaar

Frank schetst hoe hij net terugkomt van een leerzame studiereis met de City Deal Kennis Maken in Finland. Om de geleerde lessen toe te passen en continuïteit van het krachtige instrument City Deals te waarborgen, zijn er voor dit jaar nu al zes nieuwe Deals in voorbereiding. “We gaan een tweede ‘coming out’ doen met een reeks nieuwe deals om te laten zien ‘we weten nu hoe het wél moet’”. Om ruimte te scheppen voor meer deals en lessen, zet Agenda Stad de blik op 2025. Frank wil ook stappen maken met de Community of Practice en vandaag beluisteren of deze de deelnemers brengt wat ze ervan verwacht hadden.

Ruimte creëren in je hoofd

Dan is het de beurt aan Roovers, die eerst vertelt wat filosofie voor haar betekent. En dat ze blij is als Denker des Vaderlands te merken hoe filosofie helpt in actuele vraagstukken. “Filosofie is ruimte creëren in je hoofd om hetzelfde op een andere manier te zien.” Dan is het een kleine stap naar de vraag van Potjer wat nu ‘publiek denken’ eigenlijk is. Bij het private gebruik van het verstand staat de vraag ‘wat is het probleem’ centraal. Bij het publieke gebruik gaat het over de mensheid als zodanig en over de vraag wat ons allen bindt. En als Denker des Vaderlands voelt Roovers zich verantwoordelijk om dat publieke denken te stimuleren.

Denker des Vaderlands Daan Roovers in gesprek met Suzanne Potjer. Foto: Paul Tolenaar

Het gesprek, met veel interactie met de aanwezigen in de zaal, komt daarmee ook als snel op de spanning tussen het particuliere en het algemene belang. En tussen de korte en de lange termijn. Want handelen politici ook niet vaak vanuit het bewustzijn dat hun handelen kiezers kan aantrekken of afstoten? En is de politieke levenscyclus van vier jaar, in het licht van dat particuliere belang van ‘gekozen worden’, niet een hinderpaal bij het denken over grote maatschappelijke vraagstukken en langetermijnoplossingen? Ja, luidt het antwoord. Vaak wel.

Politiek bedrijven als publieke vaardigheid

Daarom haalt Roovers de Griekse wijsgeer Socrates aan die leefde in Athene toen daar een directe democratie gold, waarbij mannen bij toerbeurt werden aangewezen om de staat te besturen. Dit maakte van ‘politiek bedrijven’ een publieke vaardigheid en Socrates nam het op zich om deze vaardigheid gemeengoed te maken. Socrates stelt dat je politiek en moraal niet op school kunt leren. Het antwoord op vragen als ‘hoe willen we samenleven’ is aan ons allemaal in gelijke mate. Roovers schetst hoe sinds de Franse Revolutie de politiek meer ‘geprofessionaliseerd’ is en daarmee ook: van de burger is afgedreven, met verlies van politieke denkkracht tot gevolg.

Potjer vraagt zich af hoe het zit met de burgerbetrokkenheid in City Deals en Roovers geeft aan dat burgerparticipatie helaas te vaak door bestuurders als excuus gebruikt wordt om die betrokkenheid niet zelf te hoeven aangaan. “De angst om andersom te denken is de grootste drempel op de discussie aan te gaan.”

Anders denken

Volop discussie over publiek denken. Foto: Paul Tolenaar

Vanuit de zaal worden veel voorbeelden en vragen uit de praktijk van City Deals ingebracht en het gesprek ontwikkelt zich als vanzelf naar de vraag aan welke toekomst we nu werken in die City Deals. Roovers bepleit om anders te denken. Als voorbeeld wordt de City Deal Elektrische deelmobiliteit besproken. “Door versnelling van mobiliteit is er haast ontstaan”, duidt Roovers. In plaats van ons concentreren op trajecten en afstanden, kunnen we misschien – in navolging van China – kijken naar: wat kunnen we in welke tijd bereiken?

“Ik heb veel respect voor mensen die oplossingen voor complexe opgaven bedenken. Maar soms is gewoon het vraagstuk verkeerd.” Daarbij moet de rol van gedrag volgens Roovers niet onderschat worden. “We hoeven dankzij techniek en digitalisering allang niet meer naar kantoor, maar we doen het nog steeds.” Neem in het denken dus minder vaak de status quo als vertrekpunt.

De Community of Practice in 2021

In de koffiepauze die volgt op het interview wordt nog geanimeerd verder gediscussieerd waarna Jurian Strik met de deelnemers in gesprek gaat over de ambities van de CoP voor het komende jaar. In tweetallen denken de aanwezigen na over de invulling van volgende bijeenkomsten en themasessies. In de nabespreking passeren veel ideeën de revue. Zo klinkt er veelvuldig dat er behoefte is aan meer concrete casuïstiek. En het hoeft zeker niet altijd ‘mooi weer’ te zijn: waarom geen Faal-sessie over wat er niet goed ging en gaat? Ook zouden we als een soort intervisie heel concreet met een opdracht aan de slag kunnen gaan die speelt in een stad of City Deal.

Jurian Strik stimuleert de aanwezigen om na te denken over de ambities van de CoP in 2020. Foto: Paul Tolenaar

Andere inhoudelijke suggesties zijn het zoeken van meer verbinding met instrumenten als de woon- en regiodeals. Of hoe kunnen we de interessante ontwikkelingen in Europa en de Europese Agenda Stad beter verbinden? Dan wordt opgemerkt dat we onze blik, voordat we die over de grens werpen, wellicht eerst eens búiten de Randstad moeten richten. Het Haagse Randstad-centrische denken vernauwt de blik en kansen voor de variëteit aan stedelijke opgaven in Nederland. Frank erkent dit belang en vraagt welke stad buiten de Randstad de volgende keer de CoP wil ontvangen. Ede meldt zich aan.

De CoP bespreekt de opgehaalde ideeën voor de CoP in 2020. Foto: Paul Tolenaar

Maak de gewenste toekomst zichtbaar

Tot slot presenteert Christiaan Fruneaux van Studio Monnik het project ‘Alles komt goed – indrukken uit de gewortelde tijd’. Een boek dat in mei verschijnt en waarin futurologen, strategen en designers letterlijk een beeld schetsen van Amsterdam in 2089. Een beeld, opgetekend door illustrator Jan Cleijne, met carbonzuigers in de lucht, met kweekvlees-kassen en zónder lichtvervuiling. Doel, zo schetst Christiaan, is om mensen meer gericht te maken op de lange termijn. Het boek wordt dan ook wel een ‘toekomstencylopedie’ genoemd. Het schetst een beeld van hoop, maar met de boodschap: we moeten er wel wat voor doen. En met die geïnspireerde opgave verlaat de Community of Practice de Zuidas. Tot de volgende keer in Ede.

 

Christiaan Fruneaux van Studio Monnik verbeeldt de toekomst. Foto: Paul Tolenaar

 

Binnenkort verschijnt het nieuwe CoP-blad met veel aandacht voor de toekomst van City Deals en een uitgebreide samenvatting van het interview met Daan Roovers.

Mag het ietsje meer zijn?

Wat kunnen de wijken Overvecht in Utrecht en Augustenborg in Malmö van elkaar leren over verduurzaming? Op uitnodiging van de Urban Futures Studio (Universiteit Utrecht) was Trevor Graham eind oktober in Nederland om over de transitie van Augustenborg van ‘probleemwijk’ tot ‘ecocity’ te vertellen. Graham was ook een van de sprekers op de Dag van de Stad. Hoe we de energietransitie aan duurzame, sociale en economische vernieuwing kunnen koppelen.

Overvecht is een van de eerste wijken in Nederland die ‘van het gas af gaat’. Een half jaar voordat minister Eric Wiebes aankondigde dat de gaskraan in Groningen dicht gaat, startte wethouder Lot van Hooijdonk in Overvecht-Noord al een aardgasvrije proeftuin.

Gastvrij Thuis

Het doel is om in 2030 compleet aardgasvrij te zijn. Inmiddels is de analysefase afgerond, vertelt programmamanager Mark Elbers tijdens een bijeenkomst in Gasvrij Thuis in Overvecht-Noord, eind oktober. Nu volgt een proces van afwegen en keuzes maken, zoveel mogelijk in afstemming met de buurt. Gasvrij Thuis is een modelwoning van corporatie Portaal, waarin bewoners een waaier aan aardgasvrije en duurzame oplossingen kunnen zien. Van een warmtepomp, inductiekookplaat en ventilatiesysteem tot een tuin die met gemak hevige regenbuien opvangt.

‘De mensen erbij betrekken’

De grootste uitdaging van de energietransitie is volgens Mark Elbers hoe je de bewoners erbij betrekt. ‘Hoe beantwoord je de vraag: what’s in it for me? Aardgasvrij is voor de meeste mensen een ver-van-hun-bedshow.’ Er zijn particuliere eigenaren die hun eigen plannen maken voor verduurzaming: ze hebben zich verenigd in een buurtinitiatief voor nieuwe energie. Maar het merendeel van de bewoners huurt. De achtduizend woningen in Overvecht-Noord zijn voor driekwart in handen van corporaties. Mitros is, naast Portaal en Bo-Ex, een corporatie met veel bezit in Overvecht. Valentijn Nouwens van Mitros vraagt zich af wat het interessante vergezicht is voor de bewoners. Nouwens: ‘Gasvrij is geen doel voor bewoners, maar het sociaaleconomisch verbeteren van de buurt kan dat wel zijn.’

Energietransitie koppelen aan andere vraagstukken

Het is de wens van wethouder Van Hooijdonk om de energietransitie te koppelen aan de aanpak van andere problemen, vertelde ze op de Dag van de Stad, 28 oktober in Den Haag. Sociale problemen, gezondheidsproblemen, ondermijnende criminaliteit: ‘Kun je de energietransitie niet aangrijpen om criminaliteit terug te dringen, om banen te creëren en sociale verbetering in te zetten?’, vroeg de wethouder. ‘We wilden in Overvecht beginnen omdat er sowieso een grote renovatie aankomt. De gasleidingen en de rioolbuizen moeten vervangen worden, de drie corporaties in de wijk hebben een grote renovatieopgave, en er ligt deels al warmtenet.’

Augustenborg

Voor inspiratie kijkt Overvecht naar de wijk Augustenborg in Malmö, een Zweedse stad die ongeveer even groot is als Utrecht. Wat kunnen de professionals in Overvecht van Augustenborg leren? ‘Twintig jaar geleden zat Augustenborg op een dieptepunt’, vertelt voormalig gebiedsmanager Trevor Graham, die op uitnodiging van de Urban Futures Studio (Universiteit Utrecht) twee dagen in Nederland is. Augustenborg stond ooit in de top tien van slechtste wijken in Zweden.

De wijk is kort na de oorlog gebouwd voor de arbeiders uit de haven en de textielindustrie, en kende twintig jaar geleden een vergelijkbare bevolkingssamenstelling en problematiek als Overvecht. ‘Er was een grote instroom van vluchtelingen, eind jaren negentig. De huurwoningen waren verouderd, er was sprake van langdurig achterstallig onderhoud. Door slecht waterbeheer stond de wijk zo’n drie tot vier keer per jaar onder water, een situatie die niet langer houdbaar was. En met de reputatie van de wijk was het ook al niet al te best gesteld. Sommige bewoners lieten zich, uit schaamte voor hun adres, liever net buiten de wijk afzetten door een taxi’, vertelt Graham. ‘Omdat de wijk op een dieptepunt zat was de weg naar boven de enige optie. Dat gaf politiek mandaat voor verandering.’

Lees het hele artikel op Ruimte + Wonen.

 

Wie organiseert de Dag van de Stad 2020?

Gastgemeente Dag van de Stad 2020 gezocht!

Op 28 oktober 2019 vond de derde Dag van de Stad plaats. En net als bij de voorgaande edities is uit de evaluatie gebleken dat de bezoekers dit evenement zeer positief waardeerden. Gemiddeld ontving de Dag van de Stad 2019 het rapportcijfer van 7.9, een resultaat waar wij als één van de organiserende partners bijzonder trots op zijn. Elders op onze site kan je het uitgebreide verslag lezen van de Dag van de Stad en een terugblik met linkjes naar verschillende mediabestanden bekijken om zelf te zien waarom de bezoekers dit evenement zo hoog waardeerden.

Dag van de Stad 2020, dien nu je bidbook in!

Intussen zit de organisatie niet stil, want op 26 oktober 2020 staat de vierde editie van de Dag van de Stad al weer op de agenda. Daarom zijn wij nú op zoek naar een stad die onze partner wil worden. Een stad die voor de honderden bezoekers uit het hele land goed bereikbaar is. Een stad die wil laten zien hoe het groeit, bruist en kolkt binnen de stadsgrenzen. Een stad die vraagstukken op innovatieve wijze oppakt. Een stad kortom, die zich wil inzetten om de Dag van de Stad 2020 opnieuw het niet te missen evenement voor stedelijke professionals te maken! Worden jullie die gastgemeente? Stuur ons dan uiterlijk 13 januari je bidbook naar [email protected]

Kijk hier voor de voorwaarden (pdf)

Wil je meer informatie over het bidbook, kijk dan op de website van de Dag van de Stad. Heb je vragen over wat er bij de organisatie van de Dag van de Stad komt kijken? Neem dan snel contact met ons op, via [email protected].

Drie nieuwe partners voor City Deal Elektrische Deelmobiliteit

Woensdag 18 december 2019 heeft de City Deal Elektrische Deelmobiliteit er in bijzijn van minister Stientje van Veldhoven drie nieuwe partners bijgekregen. Tijdens het bijtekenmoment werden ook nieuwe partners verwelkomd bij de Green Deal Autodelen II, die zich richt op autodeelprojekten in de regio. Doel van de City Deal Elektrische Deelmobiliteit is het versnellen van de doorbraak naar het gebruik van elektrische deelmobiliteit in stedelijke gebiedsontwikkeling, wat moet leiden tot minder uitstoot, goedkopere woningen, een slimmer energiesysteem en meer ruimte voor bijvoorbeeld groen of kinderspeelplaatsen.

De City Deal is net als de Green Deal opgenomen in het klimaatakkoord en wordt ondersteund door het interbestuurlijke programma AgendaStad waarin steden, Rijksoverheid, maatschappelijke partijen en het bedrijfsleven samenwerken aan het versterken van groei, innovatie en leefbaarheid in Nederlandse steden.

De drie nieuwe partners zijn AM Inspiring Space, ForumInvest en BuurAuto. Met hun toetreding komt het totaal aantal ondertekenaars van de City Deal op 20 gemeenten, autodeelaanbieders, belangenorganisaties en het Rijk (de ministeries van BZK, I&W en EZK). Hun aansluiting is het gevolg van het succes van deze City Deal en past goed bij de doelstelling van Agenda Stad om succesvolle deals op te schalen.

 

Over de city deal

De City Deal ‘Elektrische deelmobiliteit in stedelijke gebiedsontwikkeling’ is op 5 februari 2018 getekend door het ministerie van BZK met als doel innovatieve woningbouwprojecten op te leveren met een grote rol voor elektrische deelauto’s. De oorspronkelijke deelnemende partijen waren de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de provincie Zuid-Holland, grote private partijen en de steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht, Amstelveen, Amersfoort en Apeldoorn die samen ervaring opdoen met het delen van elektrische auto’s in combinatie met door woningen opgewekte zonne-energie.

 

Leiderschap voor gezonde en duurzame voedselomgeving zaak van lange adem

Dit gaat over de City Deal City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda
Aanwezigen bij de Public Leadership Challenge 'Leiderschap voor een gezonde en duurzame voedselomgeving’
Public Leadership Challenge 'Leiderschap voor een gezonde en duurzame voedselomgeving’ van de City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda 16-10-2019

Ondanks de verminderde bereikbaarheid als gevolg van de acties van boze boeren kwamen zo’n 30 bestuurders, wetenschappers, studenten en ambtenaren op 16 oktober bijeen voor de Public Leadership Challenge ‘Leiderschap voor een gezonde en duurzame voedselomgeving’.

Het Haagse restaurant Greens in the Park was een passende locatie voor deze door de City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda georganiseerde middag. De aanwezigen gingen met elkaar in gesprek over de vraag hoe bestuurlijk leiderschap ingezet kan worden om de Nederlandse voedselomgeving gezonder en duurzamer te maken.

Hardnekkig

De Haagse wethouder Liesbeth van Tongeren opent de PLC gezonde leefomgeving in Den Haag op 16 oktober 2019

Wethouder Van Tongeren van Den Haag

Wethouder Liesbeth van Tongeren van Den Haag opende de middag en stelde meteen een groot probleem vast: “Het maken van gezonde keuzes voor duurzaam en bij voorkeur lokaal geproduceerd voedsel van goede kwaliteit is heel lastig.” Ze pleit daarom voor leiderschap dat erop gericht is om anderen mee te krijgen. “Wie iets wil veranderen op voedselgebied krijgt te maken met de taaie werkelijkheid dat er overal om ons heen een enorm aanbod van ongezond voedsel voorhanden is. Het vergt moed en doorzettingsvermogen om hier iets aan te veranderen, want de oppositie is hardnekkig”. Echt leiderschap is een eenzame aangelegenheid zegt ze, maar “echte leiders lopen altijd voor de troepen uit.” Je zult volgens Van Tongeren de groep achter je mee moeten nemen, dwars door de drie fases ontkenning, woede en rouw heen, voordat de acceptatiefase wordt bereikt.

Betuttelen

Ook Hoogleraar Consumptie en Gezonde Leefstijl Emely de Vet van de Wageningen University ging in op het probleem van de alomtegenwoordige aanwezigheid van vooral ongezond voedsel in onze directe omgeving. “Beschikbaarheid van voedsel is de afgelopen jaren almaar toegenomen, net als de portiegrootte” aldus De Vet. “Bovendien is ongezond voedsel goedkoper dan gezond voedsel. Zo bezien is het niet vreemd dat het omkeren van slecht voedingsgedrag zo moeilijk is. De omgeving bepaalt wat de norm is, dus als slecht voedsel op een laagdrempelige manier op grote schaal beschikbaarheid is wordt dát de standaard. En dat is te merken want alle pogingen ten spijt is de dagelijkse groente-inname in de afgelopen tien jaar met welgeteld 4 gram toegenomen!” Interventies vinden volgens haar dan ook nog te veel plaats vanuit de gedachte dat mensen rationeel zouden handelen. Alleen maken mensen hun keuzes niet op die manier. Als De Vet het zelf voor het zeggen zou hebben zou zij de beschikbaarheid van fastfood drastisch terugdringen. “Wees niet bang om te betuttelen” gaf ze de bestuurders dan ook nog mee.

Voetafdruk

Directeur Hans Mommaas van het Planbureau voor de Leefomgeving ging in zijn voordracht ‘Leiderschap voor een duurzaam voedselsysteem’ in op de effecten van onze voedselkeuzes op onze leefomgeving. Aan de hand van de PBL-publicatie ‘Dagelijkse kost. Hoe overheden, bedrijven en consumenten kunnen bijdragen aan een duurzaam voedselsysteem’ (link) liet hij zijn publiek zien hoe de voetafdruk van de Nederlandse voedselconsumptie is opgebouwd. Als we de voedselvoorziening willen verduurzamen moeten we kijken naar de totale voedselketen (volgens het PBL ‘van bord naar boer’). Mommaas stelt dat de voetafdruk van onze voedselvoorziening door het gematigd draaien aan een viertal knoppen (Duurzamer eten, Minder voedsel verspillen, Efficiënter produceren en Zorgvuldiger produceren) met 25% kan afnemen. Maar “ingrijpen in consumeren is ingrijpen in onze voedselvoorziening”, en dat is iets waar leiderschap voor nodig is.

Public Leadership Challenge

Een deelnemer schrijft mee tijdens de PLC bijeenkomst op 16 oktober 2019 in Den Haag

Vervolgens was het de beurt aan de aanwezigen, die in drie rondes aan vier tafels met elkaar in gesprek gingen over de vragen welk type leiderschap in het lokale bestuur nodig is om de bovengenoemde doelen te bereiken (1), wat lokale bestuurders kunnen doen om de voedselomgeving daadwerkelijk gezonder te maken (2) en wat bestuurders bij het rijk juist kunnen doen om de stedelijke voedselomgeving gezonder te maken (3). Deelnemers poogden ook een antwoord te geven op vragen als ‘hoe ver moet de overheid hierin gaan? Wat zijn de meest geschikte juridische, economische of communicatieve beleidsinstrumenten? En wat vinden experts hier eigenlijk van? En hoe pakken bestuurders van andere steden, provincies en het rijk het aan?’ Kijk hieronder voor de voornaamste bevindingen.

Kruispunt

Froukje Idema (gemeente Ede en Programmateam Citydeal) sprak hierna de wens uit om deze City Deal voort te zetten. Ze vindt dat we nu moeten nadenken over hoe we verder willen, wat we willen bereiken. Programmamanager Frank Reniers van Agenda Stad reageerde door te zeggen dat we met deze City Deal op een kruispunt staan: “gaan we inderdaad door met de koplopers van deze Deal om nóg meer te leren en ervaring op te doen, of is het nu tijd om te gaan oogsten, en de opgedane kennis breeduit te gaan delen. Die vraag zal de komende tijd centraal staan.” Verschillende deelnemers reageerden positief op deze onderzoeksvraag en boden hun medewerking aan.

Organisator Nikol Hopman van het Centre for Professional Learning van de Universiteit Leiden sloot het inhoudelijke deel van de middag af met de conclusie dat het Nieuwe Publieke Leiderschap het niet alléén kan, en dat ook niet hóéft. “Wat hier wel nodig is? Collectief leiderschap en gedeeld eigenaarschap. Vraag je af ‘wie wanneer kan en wil bijdragen’ en nodig partners uit om mee te doen. En stel de vraag wie erover gaat en verantwoordelijk is zo lang mogelijk uit. We weten het soms gewoon nog niet, dus begin maar en begin met kleine stapjes.”

De voornaamste bevindingen aan de PLC-tafels

Wat lokale bestuurders kunnen doen om de voedselomgeving gezonder te maken:
• Gebruik natuurlijk contactmomenten tussen overheden om zaken te agenderen;
• Maak gebruik van de bestaande kaders en instrumenten die overheden kunnen inzetten – er is al veel mogelijk;
• Stel eisen rond voedsel(beleid) bij het gunnen van contracten;
• Gebruik je bevoegdheden creatief en gebruik ál je instrumenten – werk ook samen met andere instanties in of buiten de keten;
• Blijf dicht bij de waarden van je doelgroep;
• Probeer geen gedrag te veranderen maar de andere opties aantrekkelijker te maken
• Neem kennis van wat er her en der al gebeurt (zie pag. 99 in PBL-rapport en receptenboek op www.citydealvoedsel.nl)
• Introduceer een puntensysteem: stimuleer Horeca-bedrijven om gezondere en duurzame keuzes te maken.

Wat bestuurders bij het rijk kunnen doen om de stedelijke voedselomgeving gezonder te maken:
• Maak gebruik van de City Deal-aanpak en het hechte netwerk wat is ontstaan;
• Zorg voor “experimenteer-ruimte” in wet en regelgeving en trek indien samen op in juridische processen;
• ersterk de band met kennisinstellingen: veel kennis is al beschikbaar;
• Agendeer deze problematiek bestuurlijk: als het Rijk erover begint, druppelt dit op den duur vanzelf door naar andere overheden; en vice versa. Zo ontstaat een soort ‘multiplier-effect’;
• Niet telkens iets nieuws verzinnen, maar maak ook eens iets af zoals de (inmiddels verlengde) jongeren op gewicht aanpak in Amsterdam;
• Leg marketing gericht op kinderen aan banden (leer van anti-rokenbeleid);
• Stel strengere eisen aan de samenstelling van producten;
• Beproef maxima aan het aandeel ‘ongezonde’ producten die in de aanbieding komen;
• Voer een leeftijdsgrens voor energiedrankjes in;
• Verken een optie tot schoolfruit in kwetsbare wijken;
• Maak ‘vega-tenzij’ de standaard in overheidskantines;
• Verspreid ‘best practices’: breed delen van wat goed werkt;
• Verbreed de opgedane kennis in deze City Deal naar niet aangesloten gemeentes;
• Hanteer prijsprikkels rond zout, vet en suiker;
• Maak gebruik van de nieuwe mogelijkheden binnen de Omgevingswet;
• Bedenk als overheid wat er gebeurt als je komt op het terrein van Europese regels of mededinging en trek samen op;
• Verder werd nog geopperd om definitie-afspraken te maken over begrippen als ‘duurzaam’ en ‘gezond’.

Welk type leiderschap is er nodig:
• Toon lef en leiderschap, durf te breken met de status quo;
• Straal enthousiasme uit;
• Zorg dat iedereen van elkaar kan leren;
• Verbind, bouw bruggen. Wees een slimme coalitievormer;
• Sluit aan bij bestaande netwerken ‘waar energie op zit’. Bewoners kunnen hier een rol in spelen.
• Leiderschap is: durven te kiezen. Belangen gaan nu eenmaal niet altijd hand in hand;
• Gooi af en toe een steen in de vijver;
• Wees concreet, niet te abstract;
• Maak gebruik van instrumenten als subsidieverstrekking om te stimuleren en aan te jagen.