City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda rondt met succes af

Van stadslandbouw, korte ketens tussen stad en de boeren in de nabije omgeving tot gezonde voedselcampagnes. Voedsel staat prominent op de stedelijke agenda. Dat is onder meer te danken aan de City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda die op 30 november afsloot met een landelijke online bijeenkomst en een afsluitend magazine.

Drie jaar geleden sloegen twaalf steden, de provincie Gelderland en de ministeries van Economische Zaken, BZK en VWS de handen ineen om voedsel hoger op de stedelijke agenda te krijgen.

Sterk netwerk

En dat is gelukt, stelt Froukje Idema van de gemeente Ede, een van de initiatiefnemers en leden van het programmateam. “Er gebeurt zoveel in de steden, nadat wij als City Deal een community zijn gaan vormen. Daar kunnen we trots op zijn.”Lara Sibbing deed onderzoek naar de geleerde lessen uit drie jaar samenwerking in de City Deal en ziet vooral het sterke netwerk, dat is ontstaan, als een van de grootste verdiensten. “Er zitten continu allerlei partijen samen aan tafel, van verschillende overheidslagen, die ook blijven samenwerken nu de City Deal klaar is.”

Ook concrete resultaten zijn er genoeg. De gezonde voedselomgeving is meer ingeburgerd dan ooit, stelt Frank Reniers, programmamanager van Agenda Stad, en vanaf het eerste moment betrokken bij de City Deal. “Toen we begonnen was het nog een taboe onderwerp. Nu is het openlijk in het PvdA verkiezingsprogramma te vinden, en ook van andere partijen. Er wordt breder gekeken naar voedsel, bijvoorbeeld in kansarme wijken. We hebben echt pionierswerk verricht.”

Op de afsluitende bijeenkomst laten alle partners van de City Deal nog even kort zien wat hoe het thema voedsel op de agenda is gekomen. Zo zijn er in Groningen maar liefst drie wethouders nu met dit thema bezig, in Almere twee. Er zijn concrete korte ketens ontstaan tussen boeren en ondernemers, of tussen boeren en stadsbewoners. Steden hebben eigen voedselagenda’s of -strategieën opgesteld en er zijn tal van campagnes richting samenleving om gezonder te eten. Ook internationaal is er veel bereikt, via het Milan Pact.

City Deal Voedsel 2.0

Omdat voedsel nu niet meer weg te denken is, is een deel van de partners al verder aan het kijken naar een vervolg, een City Deal Voedsel 2.0. Eind november hebben vertegenwoordigers van de G4 en de gemeente Ede in een eerste bijeenkomst een inhoudelijke verkenning gedaan. Er wordt een kerngroep opgericht die daarna steden zal gaan uitnodigen mee te doen. De nieuwe City Deal zal veel meer focussen op de wetgeving die nodig voor de plichten van gemeenten om te zorgen voor een gezonde voedselomgeving en voorziening. “Gezonde voedselomgeving is echt een prioriteit voor veel steden. We moeten nu toe naar een meer actiegerichte City Deal met de focus op urgentie en waarbij we bestuurlijke betrokkenheid hebben. Ook willen we voedsel op de agenda van politieke partijen houden, vertelt Ellen van Herk, die vooronderzoek deed voor de City Deal 2.0.

Jacqueline Probst, gemeente Leeuwarden, is blij met het vervolg. Ze mocht de decharge verlenen aan haar programmateam van de eerste City Deal. “We zijn begonnen vanuit een stukje verontwaardiging waarom voedselbeleid niet op gemeentelijk niveau bestaat, maar alleen op rijksniveau. Als je nu hoort dat het in zoveel gemeenten heel gewoon is geworden en dat het in meerdere beleidsthema’s terug te vinden is, kunnen we zeggen dat dit een verdienste is van ons allemaal. Door onze bestuurders te inspireren hebben we dit doel bereikt: voedsel op de stedelijke agenda krijgen. Het is goed te zien dat onze City Deal nu een vervolg krijgt met meer focus, een duidelijke koers en meer verdieping. Daar was het in de City Deal 1.0 nog te vroeg voor. Nu is de tijd wel rijp daarvoor.”

Lees meer over de resultaten van drie jaar City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda op de website van de City Deal en in het magazine dat ter gelegenheid van de afronding van de City Deal verscheen:

Klik op de Magazine-cover om het magazine (.pdf) te lezen

Smart city moet democratisch zijn én bijdragen aan oplossen grote opgaven

Dit gaat over de City Deal Een Slimme Stad, zo doe je dat

51 partijen ondertekenden City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ op 3 december

Digitalisering en technologisering veranderen de komende jaren regio’s, steden en dorpen in de hele wereld en dus ook in Nederland. Om antwoord te geven op deze transitie, hebben staatssecretaris Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) samen met minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid (JenV) de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ ondertekend op donderdag 3 december 2020. Dit deden zij samen met bestuurders van 16 gemeenten en 2 provincies, een waterschap, 15 bedrijven en 14 maatschappelijke organisaties. De komende twee jaar pakken de partners twaalf complexe smartcityvraagstukken op om de smart city verder te brengen.

Waarom de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’

Door internet en technologische toepassingen worden objecten en gebruikers daarvan in de fysieke ruimte met elkaar verbonden tot een intelligent netwerk. Alles en iedereen kan met elkaar communiceren. Afstand wordt daardoor minder relevant en de samenleving veel flexibeler. Hierdoor ontstaan nieuwe kansen om steden duurzamer te maken. Maar het brengt ook risico’s op het gebied van privacy en democratie met zich mee. Om kansen te benutten en risico’s te vermijden, worden in deze City Deal goede afspraken gemaakt en nieuwe werkwijzen ontwikkeld. De deal richt zich op het veranderen van de processen die regio’s, steden en dorpen gebruiken bij het ontwerpen, inrichten, beheren en besturen. De City Deal wordt daarom ook genoemd in de Nationale Omgevingsvisie.

Instrumenten voor de slimme stad

De City Deal ontwikkelt ten minste twaalf nieuwe instrumenten met als doel om processen te veranderen waarmee regio’s, steden en dorpen worden ontworpen, ingericht, beheerd en bestuurd. De instrumenten zijn haalbaar, schaalbaar en deelbaar, zodat ook andere steden ze kunnen benutten. En voldoen aan de Europese democratische waarden en bijdragen aan een leefbare stad zoals bedoeld in Sustainable Development Goal 11, vastgesteld door de Verenigde Naties en waarin staat dat steden inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam moeten worden. De instrumenten worden verzameld in een toolbox. Volgens Wim Willems, voorzitter van de bestuurlijke themagroep Smart City van de G40 en wethouder in Apeldoorn is dit een van de redenen waarom hij zo enthousiast is over de City Deal: “Als gemeenten optimaal willen profiteren van de kansen die digitalisering biedt, moeten ze samenwerken en niet allemaal zelf het wiel uitvinden. De City Deal biedt daartoe alle gelegenheid.”

Voorbeeld: burgermeetinitiatieven

Een voorbeeld hiervan zijn de tools die worden ontwikkeld rondom burgermeetinitiatieven. In tal van steden en dorpen doen burgers zelf luchtkwaliteitsmetingen, meten ze het geluid of houden ze het grondwater in de gaten. In de City Deal zoeken we uit hoe dit betrouwbare metingen oplevert. Hoe je omgaat met de data. En hoe je hier inwoners op een actieve wijze bij betrekt. Volgens Staatssecretaris Knops (BZK) is het een mooi voorbeeld van waar deze City Deal voor staat: “Met de ondertekening willen we nieuwe techniek zo inzetten dat we én kansen benutten én een betere leefomgeving krijgen, én dat we dat op een democratische manier doen.”

Partners City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’

De volgende overheden, bedrijven en maatschappelijke organisaties hebben de City Deal ondertekend: gemeente Almere, AM, gemeente Amersfoort, Amsterdam Smart City, gemeente Apeldoorn, Arcadis, Argaleo, ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, BNA, BNSP, BPD Ontwikkeling, gemeente Breda, BTG, gemeente Capelle aan den IJssel, Civity, gemeente Den Haag, gemeente Deventer, DHM, Economic Board Utrecht, ELBA\REC, gemeente Enschede, FIWARE Foundation, FME, Future City Foundation, gemeente Heerlen, Heijmans, gemeente Helmond, gemeente ‘s-Hertogenbosch, ICTU, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het ministerie van Justitie en Veiligheid, Kadaster, Kennedy Van der Laan, gemeente Maastricht, NVTL, Provincie Overijssel, Over Morgen, Phbm, Platform31, Nationale Politie, Rijksvastgoedbedrijf, Stad Roeselare (België), gemeente Rotterdam, gemeente Sittard-Geleen, VodafoneZiggo, Waterschap Vallei en Veluwe, We-Consultants, WeCity, provincie Zuid-Holland, gemeente Zwolle. Deze City Deal wordt daarnaast gesteund door VNG en de Data- en Kennishub Gezond Stedelijk Leven.

Kijk de Dag van de Stad Online terug

Wauw, wat zijn we overweldigd door de inspirerende dag afgelopen maandag 16 november, door de 800 deelnemers en de positieve reacties die we hebben ontvangen! Het maakt ons ontzettend trots om te constateren dat de inhoud maar ook de sfeer die de afgelopen jaren het handelsmerk van de Dag van de Stad zijn geworden, ook ‘online’ zijn overgekomen. Wij hebben genoten en we hopen, als je er bij was, jij ook.

Mocht je het hebben gemist dan hebben we alsnog goed nieuws! Een belangrijk voordeel van het online programma, is dat we dit jaar vrijwel alle onderdelen hebben kunnen filmen en nu met jullie kunnen delen. We realiseren ons ook dat je tijdens de Dag van de Stad Online, net als in andere jaren, niet álles hebt kunnen zien. Ben je nieuwsgierig naar een onderdeel dat je hebt gemist, of wil je een sessie nog eens op je gemak terugkijken? De video’s staan op het Youtube-kanaal van Agenda Stad, waar je interessante video’s uiteraard ook kunt delen met collega’s en andere geïnteresseerden.

Ook wijzen we je graag nog op de speciale podcastreeks, het Dag van de Stad e-zine en het sfeerverslag van deze bijzondere online editie!

Dag van de Stad 2021

We kijken er naar uit om jou en alle andere stadmakers op 1 november 2021 te begroeten op de Dag van de Stad 2021 in Heerlen.

Dag van de Stad weet ook online te raken

Talkshow Dag van de Stad Online 2020. Foto: Martijn Beekman

16 workshops, twee talkshows, vijf ontwerpateliers, vier last lectures en tal van andere online sessies. Als de vierde editie van de Dag van de Stad één ding duidelijk maakte is dat dat corona ons er niet onder krijgt. In een wervelende digitale show, compleet met gastheren en -vrouwen, chefkoks en livemuziek deelden 900 stadmakers online kennis, visies en ideeën over stedelijke veerkracht.

Het leverde vooral positieve reacties op in de chats en op social media. “Jullie hebben van een beperking een kracht gemaakt, complimenten” is een van de reacties op social media. “Normaal zou ik een dag heen naar de Dag van de Stad gaan en oude en nieuwe bekenden ontmoeten, en dan vol inspiratie in de trein naar huis. Nu is het af en toe online ‘in tunen’. Met het interessante programma doe ik hopelijk ook in mijn thuisbubbel, nieuwe ideeën, inzichten en inspiratie op”, reageert iemand anders. Een reactie op LinkedIn: “Alléén maar interessante onderwerpen, boeiende gesprekken, krachtige bijdragen. En een klotsende hoeveelheid energie. En nog een paar van die dingen. Maar vooral: een enorme puntzak optimisme. Extra waardevol in deze tijden van gedeelde onrust en onzekerheid.”

‘Iedereen is nodig’

Op 16 november is het Honig-complex in Nijmegen omgebouwd tot een ware tv-studio. Stedelijke professionals, ambtenaren en andere stadmakers zijn ineens presentatoren of gasten in een echte talkshow. Het decor van oud-industrieel complex geeft deze vierde Dag van de Stad, ook al zijn de deelnemers er niet fysiek aanwezig. . Secretaris-Generaal Maarten Schurink van BZK heet iedereen welkom in een online boodschap. “We hebben iedereen nodig om na te denken over de toekomst van de stad. Ook voor de COVID19-crisis waren er al grote opgaven in de stad, zoals de woningbouwcrisis, duurzaamheid, het verwerken van duurzame energie-oplossingen in de ruimtelijke ontwikkelingen. Maar ook: hoe zorg je ervoor dat iedereen kan meedoen? Er is maar één oplossing om al deze opgaven op te pakken: in gesprek gaan met elkaar. En dat is wat we doen op de Dag van de Stad, van elkaar leren. Hoe komen we sterker uit deze COVID-19-crisis, een crisis die ons terugwerpt op onszelf, ons laat nadenken over de waarde van menselijk contact, verbinding tussen mensen meer centraal stelt. Ik hoop dat jullie de scherpte opzoeken, dat vraagt deze tijd. Scherp discussiëren met elkaar. Dat geeft glans.”

SG Maarten Schurink heet de deelnemers aan de Dag van de Stad welkom (schermopname)

Veerkracht

Marceline Schopman trapt de Dag van de Stad af met een welkomstwoord vanuit de lobby en programmamanager Frank Reniers van Agenda Stad en opdrachtgever van het event vertelt over het proces van veerkracht. “Hoe blijf je wendbaar? Stedelijke vraagstukken los je niet alleen op, daar heb je als stad ook het Rijk, bedrijfsleven en burgers voor nodig. Ik geloof dat steden en innovatie goed samengaan als we elkaar opzoeken en kansen benutten, bijvoorbeeld door partnerships op te zetten. Dat doen we al in City Deals, Woondeals en Regiodeals. Door verbindingen te maken, kom je tot nieuwe oplossingen. Door COVID-19 vinden mensen elkaar juist sneller en zijn ze meer geneigd naar elkaar te luisteren. Mijn grootste wens is dat mensen met nieuwe ideeën ook bij ons aankloppen. Als Agenda Stad zijn wij bereid mee te zoeken naar antwoorden.”

De 900 stadmakers zijn over het algemeen vrij positief over de veerkracht van hun steden. Een online poll onder de bezoekers laat zien dat 62 procent denkt dat we beter uit de crisis komen. Slechts 14 procent denkt het tegenovergestelde.

Het nieuwe presentatieduo van Op1? Marceline Schopman en Koen Haer hadden alles onder controle in de Lobby. Foto: Martijn Beekman.

Talkshows

Ruben Maes is net als bij eerdere edities  de dagvoorzitter en leidt twee talkshows, waarin hij in een speelse setting met muzikale omlijsting gesprekken voert met experts, waaronder onderzoeker Maurice Hermans en Floor Milikowski, crisisdeskundige Kenny Meesters, WRR-onderzoeker Marthe Hesselmans en chief resilience officer van de gemeente Den Haag Anne-Marie Hitipeuw. Deelnemers konden via de chat vragen inbrengen. Maurice Hermans praat over zijn stad Heerlen en hoe die stad is teruggekomen uit een diep dal “Is het jammer dat we ons industrieel erfgoed niet meer hebben? Ik heb er zelf geen nostalgie bij. Ik geloof in mensen boven vorm. Het begint allemaal bij mensen hoe we aan Heerlen werken. Ik zie een hele diverse stad ontstaan.” Oud-journalist Rob Jaspers uit Nijmegen, is het daarmee eens. “Anders durven te kijken, dat hoort bij crisis-aanpak. Ga écht het gesprek aan met bewoners. Blijf optimistisch, geloof in kansen, let op stapjes vooruit. Blijf niet steken in oude oplossingen.”

In de tweede talkshow, waarmee het programma wordt afgerond, doet Hubert Bruls, burgemeester van Nijmegen de oproep om toch vooral heel erg op elkaar te letten in deze moeilijke tijd. “Wat kun je nu wel doen? Dat is voor sommige mensen een lastige vraag en daar moeten we elkaar bij helpen. Zorg voor elkaar.” Floor Milikowski vertelt over de triomf van de stad, die volgens haar voorbij is. Er is onvoldoende ruimte, de woonlasten zijn te hoog en er is te weinig groen. De piek van het trekken naar de grote steden lijkt voorbij. In de grote steden is bovendien geen ruimte meer voor pioniers die zorgen voor innovatie. Die zoeken nu juist meer hun plek buiten die grote stad. “We moeten zorgen dat we de steden niet economisch uithollen en dat we ze leefbaar houden.” “De beweging de stad uit is een feit. Voor wie bouwen we? Waarom mogen jongeren niet meer bij elkaar wonen?”, wordt gevraagd via social media.

Ruben Maes, opnieuw de gastheer van de Dag van de Stad, in gesprek met Eva Rovers en burgemeester Bruls tijdens de afsluitende talkshow. Foto: Martijn Beekman

Frank Reniers vertelt dat er tot 2040 1 miljoen huizen bijkomen in de steden. Waar leidt corona toe met al het thuiswerken? Komen er meer kantoren vrij in de stad die we kunnen omzetten in woningen? Volgens hem kunnen City Deals zoals Een Slimme Stad en Ruimte voor Lopen een rol spelen. Wat is veerkracht precies? Volgens Milikowski is het dat “er vanuit een donkere periode iets moois komt. Je moet blijven geloven in een mooie toekomst.” Reniers noemt de Dag van de Stad zelf als goed voorbeeld. “Kijk buiten je koker, dan vind je antwoorden.”

Kenny Meesters denkt meer in termen van voorbereid zijn op een volgende crisis. Verder waarschuwt Marthe Hesselmans van WRR om goed te kijken naar de mensen. Het verschil in steden en wijken is groot. Bij wie het nu al overstroomt zal er geen tijd zijn voor herscholing om veerkrachtig te zijn.”

Last lectures

Een ander belangrijk vast onderdeel van de Dag van de Stad zijn de last lectures. Wat zou je de wereld meegeven als dit je laatste lezing was? Vandaag reflecteren vier experts op crises en veerkracht. Lotte Jensen deed in haar last lecture een oproep om in crisistijd vooral ook te blijven investeren in cultuur. Dat zorgt voor saamhorigheid. “Ons eerste instinct bij rampen is om anderen te helpen. Taal en cultuur doen ertoe, die bepalen hoe we een ramp verankeren in ons collectieve geheugen.” Als voorbeeld noemt ze het Huis van Verhalen in Enschede, dat de feniks koos als ontwerp voor een gedenkteken dat symbool staat voor de veerkracht van de wijk Roombeek na de vuurwerkramp. “Die wijk is letterlijk uit de as verrezen. Cultuur is geen randverschijnsel, maar het kloppend hart van de stad. Het biedt symbolen van hoop en veerkracht, een uitlaatklep voor emoties, helpt empathie te creëren en een herinneringscultuur.  Het geeft hoop en moed. Het geeft veerkracht, een plek voor gevoelens.” Niet toevallig is Fenix, ook de naam van de podcastreeks die rond deze Dag van de Stad gemaakt is.

Floor Milikowski doet in haar last lecture de oproep om te faciliteren in gezonde krimp om de leefbaarheid ook in kwetsbare regio’s op peil te houden, en Eva Rovers praat over de kracht van huiskameractivisten. “De leefomgeving is belangrijk. Verandering is soms lastig maar het begint bij je stem laten horen. En bij steden die de waarde van het geluid van burgers erkennen.”

Eva Rovers, auteur van het boek ‘Practivisme’, roept politici in haar last lecture op naar burgers te luisteren. Foto: Martijn Beekman.

Hoogleraar Ira Helsloot benadrukt hoe belangrijk het is dat overheden durven los te laten. Er is nu te weinig vertrouwen bij professionals om het over te laten aan burgers, stelt hij. “De overheid moet bereid zijn meer dilemma’s te delen. Burgers zijn verstandige mensen die heel veel begrijpen. Het is fijn als je uitlegt waarover je wikt en weegt.”

Volgens het net uitgebrachte SCP-rapport is de participatiesamenleving niet geslaagd, en moeten we meer richting centralisatie toe. Volgens Helsloot kan dat helemaal niet:  “Daar is geen geld voor. De komende jaren moeten we door onze coronamaatregelen 80 miljard euro bezuinigen, ook in het sociaal domein.” De komende jaren moeten professionals daarom wel meer loslaten. “Professionals willen nog te graag helpen door het vooral zelf te doen.” Een goed voorbeeld is in Gemert-Bakel, waar 1 fte is ingeruild voor 10 parttime fte’s voor burgers die samen een frontoffice vormen richting samenleving. Dat werkt goed, aldus Helsloot. Hij pleit voor meer van zulke initiatieven.

Nu in de tweede coronagolf is het goed te zien hoe de overheid lastig kan accepteren dat er een grens is aan wat ze kan doen. “Kijk naar rücksichtslose sluiting van de horeca en wat een werkloosheid dat oplevert in de keten. Daar is geen ratio bij. Rationeel beleid is een plicht voor kwetsbare mensen die de komende jaren kampen met tekorten. Kinderen in probleemgezinnen kampen nu al met achterstanden, hoe moet dat straks? Bij een crisis als deze is een bepaalde vorm van lenigheid vereist. Met alle bezuinigingen in zicht moeten we scherpe keuzes maken, ook voor deze kwetsbare mensen. We leven in een van de meest veilige samenlevingen ooit, toch zijn er kwetsbare mensen die niet meekomen. Waarom zouden we kleine risico’s opblazen? We hebben 3 miljard uitgegeven om asbest terug te dringen. Daar is eigenlijk maar heel weinig risico bij.”

Ontwerpateliers

Crisisdeskundige Kenny Meesters heeft gedurende de dag vier ontwerpateliers begeleid met vijf van zijn studenten. In deze ateliers werd elke keer belicht hoe een bepaalde stad in het verleden met een ramp is omgegaan.  Van de sluiting van de mijnen in Heerlen tot watersnood in Nijmegen. “Doel van de sessies is een startpunt om verder ideeën uit te blijven wisselen”, licht Meesters toe. Alle brainstorms en ideeën worden gebundeld in een rapportage. “Hopelijk leidt dat tot een handvest van inspiratie.”

Achter de schermen bij het Ontwerpatelier van crisisdeskundige Kenny Meesters. Foto: Martijn Beekman

Meesters geeft een mini-college over rampen. Die bevatten drie kernelementen. Ze zijn onvoorspelbaar, er is weinig tijd om na te denken of een plan te maken en er bestaat geen standaardaanpak. “Naarmate de tijd verstrijkt is er meer informatie en begrijpen we de omvang ervan beter. Uiteindelijk zijn we in control als de informatiestroom constant is. Dan kunnen we betere keuzes maken.” De coronapandemie is anders. We leven steeds van persconferentie naar persconferentie. Deze cyclus komt steeds terug en het is moeilijk om naar de lange termijn te gaan. We gaan niet vooruit en dat maakt mensen onrustig. Toch moeten we verder kijken, stelt Meesters. Een voorbeeld is de bouw. Studenten van ROC’s kunnen nu geen stages lopen, en dat kan leiden tot nog meer personeelstekorten in deze sector, terwijl die sector heel hard nodig is. Omarmen we het nieuwe normaal of willen we terug naar het oude?”

Verder kregen diverse City Deals en Partnerschappen van de Europese Agenda Stad aandacht in verschillende presentaties. Ook rond andere initiatieven zoals de Buddy-App of het programma Stedelijke Transformatie en rond wetenschappelijk onderzoek rond veerkracht werden presentaties georganiseerd.

Dutch Urban Envoy Karen van Dantzig tijdens haar presentatie over de Urban Agenda for the EU. Foto: Martijn Beekman

Online, maar energiek als altijd

De Dag van de Stad vond dit jaar noodgedwongen online plaats. Hoewel interactie tussen deelnemers daardoor helaas wat minder ruimte kreeg, is het vooral opvallend hoe dicht deze online variant de sfeer van de eerdere fysieke edities benaderde. Deelnemers roemden de energie, de professionaliteit, de sfeer en de inhoud van de bijeenkomst. De organisatie beloofde vooraf spektakel en gaf aan dat het ‘geen Zoom-meeting’ zou worden. Dat is ruimschoots gelukt. Kon je er niet bij zijn op 16 november en ben je nieuwsgierig naar de sfeer én de inhoud: vanaf volgende week vind je via dedagvandestad.nl videoregistraties van vrijwel alle programma-onderdelen!

Sfeer in beeld: de dames van Clean Peter sluiten met hun prachtige samenzang een gedenkwaardige editie van de Dag van de Stad af. Foto: Martijn Beekman.

Reminder: Dag van de Stad Online op maandag 16 november!

Honig-complex Nijmegen. Foto Roger Veringmeijer (CC4.0)
Honig-complex Nijmegen. Foto Roger Veringmeijer (CC4.0)

Op maandag 16 november is het zover. Vanuit het Honig Complex in Nijmegen vindt de Dag van de Stad Online plaats! Ruim 800 deelnemers hebben zich al aangemeld voor een dag vol inspiratie en kennis delen over dat wat waar steden juist nu zo naar op zoek zijn: veerkracht! Veerkracht om uit de COVID-19 crisis te komen en veerkracht die uiteraard ook nodig is om de vele andere complexe uitdagingen het hoofd te bieden. Ons boordevolle programma met topsprekers als Floor Milikowski, Ira Helsloot en Eva Rovers vindt u terug op dedagvandestad.nl. Daar kunt u zich ook nog altijd aanmelden zodat u er alsnog bij kunt zijn maandag.

Twijfelt u nog (we kunnen het ons bijna niet voorstellen): kom dan alvast in de stemming met het Dag van de Stad-magazine dat nu online staat, boordevol interviews met Dag van de Stad-sprekers die hun licht laten schijnen over het thema Veerkracht. Bijzonder trots zijn we ook op de Fenix, de podcast over veerkracht in steden. Podcastmakers Inge Janse en Dore van Duivenbode brengen het thema veerkracht nog meer tot leven door reportages en interviews met experts en ervaringsdeskundigen, over crises uit heden en verleden waar Leeuwarden, Rotterdam, Enschede, Heerlen en Nijmegen de schouders onder hebben gezet.

Veel lees- en luisterplezier en tot ziens bij de Dag van de Stad Online, maandag vanaf 10:00!

Een selectie van de sprekers van de Dag van de Stad 2020

Een kleine greep uit de vele topsprekers die hun opwachting maken op de Dag van de Stad Online. Gratis te volgen vanachter uw pc!

 

 

 

Lerend vermogen deal-aanpak onderzocht

In dealprogramma’s geven nationale en decentrale overheden en regionale partijen samen invulling aan opgavegericht werken. Deals zijn inmiddels gangbare onderlinge afspraken om gemeenschappelijk vraagstukken op te pakken. Denk aan de City Deals, maar ook Green, Woon, Health en Regio Deals. De gemeenschappelijke deler is dat deals netwerkend werken. Dit werken in netwerken is inmiddels een normale manier van werken geworden. Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) hebben het leren in netwerken onder de loep genomen. Gekeken is naar netwerken waarin de rijksoverheid in een deal-aanpak participeert als partner met lokale partijen. In deze programma’s geven overheden en regionale partijen samen invulling aan opgavegericht werken. De uitkomsten van dit onderzoek zijn te lezen in het essay “Leren institutionaliseren”.

Deal-aanpak voorbeeld voor werken aan transitieopgaven

Dealprogramma’s zijn een voorbeeld van opgavegericht, interbestuurlijk en gebiedsgericht werken. Het leren in dealprogramma’s is illustratief voor het leren over deze manier van werken die de rijksoverheid steeds vaker inzet om samen met andere partijen te werken aan transitieopgaven. Door binnen de rijksoverheid te leren van de ervaringen van deal-aanpakken, voorkom je dat het wiel elke keer opnieuw uitgevonden moet worden. En kan deze manier van werken onderdeel gaan uitmaken van de sturingsmogelijkheden van de rijksoverheid.

Leren in een politiek-bestuurlijke context

In het essay wordt onderstreept dat de praktijk van netwerkend werken vraagt om aandacht voor leren. Leren is belangrijk. Dat zal niemand ontkennen, maar aangezien vaak onduidelijk blijft wat leren oplevert, wat er dan wordt geleerd en hoe leren het politiek geformuleerde doel dichterbij brengt, wordt aan verantwoorden in de politiek-bestuurlijke context vaak meer betekenis gegeven dan aan leren. Hoe kan de overheid omgaan met leren dat wel degelijk relevantie heeft, terwijl de waarde ervan ter discussie staat in een politiek-bestuurlijke context? Een context waarin verantwoorden dominanter is en meer nadruk krijgt dan leren. Het essay schetst hiervoor twee richtingen.

Ten eerste wordt geconcludeerd dat leren in de vorm van een leerstrategie professioneler kan worden vormgegeven. Een leerstrategie zorgt ervoor dat leren een bewust proces is in opgavegericht netwerken. In zo’n strategie is aandacht nodig voor hoe het leren vorm krijgt, waarover geleerd kan worden en over de wijze waarop een lerende werkwijze onderdeel wordt van opgavegericht werken en de organisatievoering in de thuisorganisaties.

Ten tweede kan een prominentere rol gegeven worden aan leren in het beleidsproces, door na te gaan op welke manier leren naast verantwoording kan staan. Bijvoorbeeld door leren uitgangspunt te maken van evalueren en verantwoorden. Als leren het doel van verantwoording is, dan zijn ook prikkels en instrumenten nodig om lerend te kunnen werken.

Leren van interbestuurlijke en gebiedsgerichte aanpakken

Het vormgeven aan leren over een opgavegericht, interbestuurlijk en gebiedsgericht werken, professionaliseert de samenwerking tussen Rijk, regio’s en gebieden. Verschillende deal-vormen kunnen door kennis uit te wisselen – ook over departementen heen – van elkaar leren. Volgens de onderzoekers betekent het ook dat er meer aandacht moet zijn voor het leren van verschillende soorten van opgavegerichte netwerken, zoals deals, interbestuurlijke programma’s en regio-aanpakken. Het is een feit dat het sturen in netwerken de afgelopen jaren aan terrein wint binnen de rijksoverheid. Het uitwisselen van ervaringen en het leren van elkaar helpt daarbij.

 

INNOvember (19 nov): Rijksbreed beleid op smart city

Dit gaat over de City Deal Een Slimme Stad, zo doe je dat

Op donderdag 19 november (11:30 – 12:30 uur) geeft Jan-Willem Wesselink, programmamanager van de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ een workshop over de slimme stad tijdens het programma van INNOvember – een maand lang werken, leren en beleven van innovatie voor en door de overheid.

Voor wie: alleen rijksambtenaren
Aanmelden via
www.innovember.nl

Rijksbreed beleid op smart city?
De komende jaren zullen onze regio’s, steden en dorpen onherkenbaar veranderen door digitalisering en technologisering. Dat biedt grote kansen om duurzaamheidsdoelstellingen te halen. Het vergt tegelijkertijd dat we scherp letten op de bedreigingen. Het is een cross-sectorale en multidisciplinaire verantwoordelijkheid die binnen het openbaar bestuur op lokaal (gemeentelijk) niveau is ingebed. Er is echter nog geen Rijksbreed beleid op het onderwerp, tegelijkertijd raken beleidsterreinen van verschillende ministeries aan het onderwerp.

Onlangs is met behulp van diverse co-creatiesessies inzicht verkregen in kwesties die steden niet kunnen ‘regelen’ zonder de nationale overheid en op welke thema’s inzet op nationaal niveau gewenst is. Op 3 december wordt daarnaast de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ getekend waarin meer dan 50 partners (gemeenten, provincies, bedrijven, maar ook de Ministeries van BZK, IenW en JenV) met elkaar onderzoeken hoe ze smart city kunnen borgen in hun organisatie.

Tijdens de sessie staan 4 kernvragen centraal:

  • Waar gaat het over bij smart city. Wat is er aan de hand en waarom is dat urgent?
  • Wat zijn de knelpunten? Aan de hand van praktijkvoorbeelden lichten wij toe welke onderwerpen op (inter)nationaal niveau tussen wal en schip zijn beland. Daarnaast delen wij opgehaalde behoeften, inzichten, successen, lessen, (markt)ontwikkelingen en (gemist) potentieel uit de co-creatiesessies.
  • Wat zijn onze aspiraties? Wat kunnen wij in gezamenlijkheid oplossen? Wij onderzoeken welke analogieën er met ons vraagstuk te maken zijn.
  • Hoe kunnen we dit beter borgen bij het Rijk? Hoe kunnen we de City Deal benutten om dat doel te bereiken? En we bespreken hoe u daaraan kunt meedoen

Kijk de ondertekening City Deal terug

Dit gaat over de City Deal Een Slimme Stad, zo doe je dat

Digitalisering en technologisering veranderen de komende jaren regio’s, steden en dorpen in de hele wereld en dus ook in Nederland. Om antwoord te geven op deze transitie, ondertekenden op donderdag 3 december 2020 staatssecretaris Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) samen met minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid (JenV) de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’. Dit deden zij samen met bestuurders van 16 gemeenten en 2 provincies, een waterschap, 15 bedrijven en 14 maatschappelijke organisaties. De komende twee jaar pakken de partners twaalf complexe smartcityvraagstukken op om de smart city verder te brengen.

Bekijk de opname terug.

Crisis kan leiden tot mooiere samenleving

Hadassa Meijer

Nog steeds zijn de sporen van de vuurwerkramp in de wijk Roombeek twintig jaar geleden te zien in de Enschedese samenleving. In het Huis van Verhalen in de wijk kunnen mensen terecht die de ramp hebben meegemaakt. Trekker en ChristenUnie-raadslid Hadassa Meijer ziet de veerkracht van de stad dan ook vooral in de mensen. “We zijn mooiere mensen geworden. We zijn meer bewust geworden dat we elkaar nodig hebben.”

Op 13 mei 2000 ontplofte midden in de woonwijk Roombeek in Enschede een vuurwerkfabriek. Gevolg: 23 doden, bijna duizend gewonden en tweehonderd woningen verwoest. Een daarvan was een studentenhuis waar Hadassa Meijer woonde. Op het moment dat het gebeurde was ze net aan het kamperen buiten de stad met haar studentenvereniging. “We waren ongeveer 40 kilometer ver van Enschede maar konden rookpluimen in de verte zien. Toen andere mensen uit de groep in een auto naar de radio hadden geluisterd, kwamen ze naar me toen om te zeggen dat het foute boel was. En dat ik naar huis moest bellen om mijn ouders te laten weten dat ik veilig was. Op het acht uur journaal zagen we pas de beelden. Je blijft hopen dat het meevalt, maar ik zag al snel dat er allerlei straten volledig verwoest waren, waaronder die van mij. Al mijn spullen was ik kwijt, zoals foto’s en dagboeken. Mijn geschiedenis was weg, zo voelde het.”

Impact van de ramp

Net als bij alle andere getroffenen was de impact van de ramp enorm op het leven van Meijer. “Je bent je basis veiligheidsgevoel kwijt en je thuis. Dat hakte er harder in dan je van te voren kan bedenken. Ik schrok van elk geluid en kon niet ontspannen. Ik voelde me nergens thuis. Ik had het gevoel alsof ik overal te gast was. De nieuwe kleren, de nieuwe bank. Het voelde allemaal alsof het niet van mij was. Pas een half jaar na de ramp kreeg ik een eigen nieuwe plek. Ik ben in de tussentijd wel zes keer verhuisd van logeeradres. Ik had destijds een stageplek in de Tweede Kamer, maar dat liep niet goed. Ik was mijn concentratie kwijt.”

Na de ramp woonde Meijer in een andere stad. Haar wens was echter altijd om terug te keren naar Roombeek. “Teruggaan naar Enschede was, op het trouwen met mijn man na, de beste keuze uit mijn leven. We vonden in 2007 een mooi project in een Hofje, waar we nu nog wonen. Ons huis grenst aan de achtertuin van mijn oude studentenhuis. Het voelde dan ook als een enorme overwinning toen we er kwamen wonen. Het is een beetje als het verhaal van Job uit de Bijbel, hoe ik teruggekeerd ben in Roombeek.”

Huis van Verhalen

Hadassa Meijer

In 2011 werd Meijer benaderd door het Huis van Verhalen in de wijk om in het bestuur te komen. Dit  ontmoetingscentrum zet de verhalen centraal van wijkbewoners die de vuurwerkramp hebben meegemaakt. Ook is er aandacht voor verhalen over wederopbouw en verhalen van mensen die nu in de wijk wonen. De stichting verkeerde in financieel zwaar weer en dreigde opgeheven te worden. Dankzij twee financiële meevallers en de inzet van Meijer kon de stichting toch verder. Het Huis van Verhalen is een plek waar mensen hun verhaal kwijt kunnen. “Dat is zo belangrijk”, stelt ze. “Als mensen hun verhaal kunnen vertellen kunnen ze opnieuw hun huis bouwen en thuiskomen. Daar begint het. Wij zijn een luisterend oor voor ze, we hebben oprechte belangstelling. We laten de mensen weer mens zijn. We zijn als je moeder vroeger die je opwachtte uit school met een kopje thee, om je verhalen te horen.”

Nog steeds komen mensen er om te praten over de ramp. De verhalen zijn best schrijnend af en toe, vertelt Meijer. “Denk aan verhalen van mensen die al die jaren niet terug durfden naar de wijk, uit angst voor herinneringen. Of een militair met PTSS die hier een hele middag heeft zitten praten over hoe hij destijds had geholpen in de wijk.” Inmiddels is het Huis van Verhalen veel breder georiënteerd, en is iedereen welkom die behoefte heeft aan een luisterend oor. “We maken allemaal wel eens rotte dingen mee in de samenleving. Ook rondom corona hebben mensen behoefte om te praten. We zijn nu een Buurthuis 2.0, met bijzondere aandacht voor de vuurwerkramp. Het is een veilige plek waar je niet raar wordt aangekeken omdat je er nog steeds mee worstelt.”

Corona

Nu heeft Enschede, net als de rest van Nederland, te maken met een nieuwe crisis: de coronacrisis. Kan Enschede lessen daarvoor meenemen uit de vuurwerkramp? Meijer: “Er is echt een groot verschil. Na de vuurwerkramp waren de kaders heel duidelijk: wat er moest gebeuren. We moesten meteen in actie komen, want mensen hadden geen dak meer boven hun hoofd. We waren heel proactief. Nu overkomt corona ons allemaal, we worstelen er allemaal mee, we zitten met zijn allen thuis. We missen de actiestand zoals na de vuurwerkramp. Wat we destijds hadden geleerd uit de Bijlmer-ramp was om aandacht te hebben voor nazorg. Daarom hadden we dat beter geregeld dan toen. Dat hielp om proactief te zijn.”

Maar wat zeker een les is uit de vorige ramp is de veerkracht van de stad, stelt Meijer. “Die veerkracht zie ik terug in hoe mensen hun levens zijn gaan leiden na de ramp. We zijn mooiere mensen geworden. We zijn meer bewust geworden dat we elkaar nodig hebben. Ik zou het fijn vinden om de lessen van toen te vertalen naar nu. Daarom hebben we met de gemeenteraad de motie Duurzame Wederopbloei unaniem aangenomen. We willen laten zien wat voor veerkracht er is in de stad. Al die initiatieven die er zijn ontstaan na corona, een voorbeeld is de lichtpuntjesactie van de stichting Present, die mensen helpt die eenzaam zijn. Kijk eens wat een goede dingen er zijn. Als we elkaar vasthouden komen we er beter uit. Beter dan wanneer je alleen maar voor jezelf bezig bent.”

Meijer hoopt dat er wel echt vaart kan worden gemaakt met de motie. Het gevaar ligt om zaken eerst te goed te willen regelen. Zoals dat gebeurde bij de regelingen na de vuurwerkramp. In het begin was er een ruimhartige regeling voor de gedupeerden. Helaas was er ook een klein groepje mensen die er misbruik van maakte. Daarom werd een tweede regeling heel anders opgezet om dat te voorkomen. Dat leidde ertoe dat de uitvoeringskosten hoger uitvielen dan wat de mensen kregen. “Dat is wel een leerpunt. We moeten zoeken naar de goede balans daarin.”

Wat Meijer graag terugziet op het stadhuis is de energie en passie die ze ziet bij de vrijwilligers van het Huis van Verhalen. “Mensen willen meer bijdragen dan we denken. Mijn wens is dan ook dat we na corona komen we in een prettigere samenleving, waar we meer oog hebben voor elkaar, meer relatie met elkaar. Je ziet nu al in Twente dat er een babyboom is aan het ontstaan door corona. De focus is meer komen te liggen op het gezin. Door het meer thuiszitten krijg je meer van elkaars leven mee.”

 

 

City Deal brengt complexe stedelijke opgaven in één aanpak

Van een nieuwe energie infrastructuur, meer ruimte voor water en groen tot nieuwe vormen van mobiliteit. De komende jaren gaat de openbare ruimte in de steden in ons land op de schop. Hoe zorg je er nu voor dat de verschillende opgaven goed op elkaar aansluiten? De steden hebben dan ook baat bij een meer efficiënte aanpak. Daarom bundelen Amsterdam, Rotterdam, Leiden en Den Haag de krachten met de ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) in de City Deal Openbare Ruimte. Samen werken ze aan één aanpak voor al die stedelijke opgaven. Op donderdag 29 oktober trappen de partners het samenwerkingsverband af met de ondertekening van de City Deal Openbare Ruimte tijdens het online symposium: Integrale aanpak openbare ruimte.

In de City Deal willen de partijen in kaart brengen welke opgaven er liggen, welke planningen de verschillende projecten hebben en welke investeringen nodig zijn. Uit die inventarisatie willen de partners dan een aanpak ontwikkelen, inclusief instrumenten, voor zowel opgaven als klimaatadaptatie, energietransitie, deelmobiliteit, een nieuwe circulaire economie, en een gezonde en meer natuurinclusieve stad. De City Deal is opgezet naar aanleiding van het signaal dat verschillende steden, infrabeheerders, aannemers en adviseurs hebben afgegeven over de noodzaak van nieuwe methoden, zowel in het beheer als bij ontwikkeling. Het wordt immers steeds drukker in de openbare ruimte, zowel boven als onder de grond.

Op wijkniveau

Nergens anders wordt pas echt duidelijk hoe complex al die verschillende opgaven zijn voor de openbare ruimte dan op straat en wijkniveau. Hier worden specifieke knelpunten en oplossingen concreet zichtbaar. De optelsom van voorzieningen en infrastructuur die zowel in de ondergrond ruimte claimen (denk aan: kabels en leidingen, wateropvang, boomwortels en afvalcontainers) als in de bovengrond, zorgen voor een flinke puzzel. Alleen in samenhang kunnen deze opgaven worden aangepakt. Dat vraagt dus om een nieuwe onderzoekende en ontwerpende aanpak die geïntegreerde oplossingen brengt waarbij ontwerp en beheer samen optrekken. Als bijvoorbeeld riolering in een wijk moet worden vervangen, kan meteen het vraagstuk worden opgepakt om die wijk ook van het gas te halen. Dan hoeft de straat maar één keer open, kunnen slimme toepassingen worden toegepast en ontstaat hogere kwaliteit van de leefomgeving.

Integrale aanpak

Met de ondertekening spreken de zes partners daarom de ambitie uit om in de City Deal de krachten te bundelen om deze integrale aanpak van transitieopgaven in de openbare ruimte vorm te geven. De City Deal loopt voor een periode van drie jaar. In deze samenwerking zorgen zij voor experimenteerruimte in de vorm van casusgebieden, de uitwisseling van kennis en ervaring uit de eigen praktijk, het ontwikkelen van praktisch toepasbare methoden, het signaleren en wegnemen van nationale knelpunten en het opschalen van succesfactoren. De focus ligt vooral op het ontwikkelen van instrumentarium voor meerjarenplanning, financiering, gebruik van data, ruimtelijke ordening en sturen op maatschappelijke waarde. Dit instrumentarium moet het mogelijk maken om nu nog incidentele projectsuccessen tot een structurele werkwijze te bevorderen.

Aanstaande donderdag van 16:35 tot 17:05 kun je live het panelgesprek met de partners en de ondertekening volgen. In december vindt de tweede ondertekening plaats, waar meer geïnteresseerde partijen zullen aanhaken aan de City Deal Openbare Ruimte. Meer informatie, het gehele programma en de livestream vind je hier.

City Deals

De City Deals zijn onderdeel van Agenda Stad, het interbestuurlijke programma waarin steden, maatschappelijke partners en Rijksoverheid samenwerken aan het versterken van de innovatie van Nederlandse steden. City Deals hebben als doel innovatie aan te jagen. In City Deals leggen de betrokken partijen concrete afspraken met elkaar vast. In deze aanpak staat de inhoud centraal en werken de verschillende partijen samen op basis van gelijkwaardigheid.

Meer informatie over de City Deal Openbare Ruimte vind je op de City Deal-pagina.