Innovaties moeten circulair bouwen op de kaart zetten

Ben van Berkel van UNStudio is een bekende architect én groot voorstander van circulair bouwen. Maar circulariteit is moeilijk, stelt hij. “De overheid heeft het weliswaar omarmd, maar om het echt in de keten te bewerkstelligen is lastig. Er moet echt het een en ander veranderen.”

Op het symposium Circulair en Conceptueel Bouwen op 10 februari gaat hij dieper op in circulaire innovaties die de bouwsector mee kunnen nemen in nieuwe manieren van bouwen.

Iconen

Die innovaties kunnen ervoor zorgen dat circulair bouwen echt op de agenda komt. Circulair bouwen leidt tot interessante architectuur, stelt Van Berkel. Belangrijk is het dat we dat beter gaan presenteren. In de City Deal wordt dan ook gesproken over het creëren van iconen van circulair bouwen, gebouwen die inspireren en laten zien wat circulair kan brengen. “Maar dat is lastig”, aldus Van Berkel. “Wat zijn iconen precies, en hoe maak je ze? Toen ik de Erasmusbrug ontwierp deed ik dat niet met het idee dat de brug een symbool voor de stad Rotterdam zou worden en zelfs internationaal gezien van Nederland. Iconen groeien door de tijd heen, die kan je niet ontwerpen. Mensen moeten ze omarmen, en opnemen in de stad.”

‘In de walkman-fase’

Innovaties kunnen daarbij dus helpen. “Die innovaties moeten we wel integraler ontwikkelen, stelt hij. “Denk aan gebouwen die we flexiber ontwerpen, zodat je bijvoorbeeld een kantoor makkelijker na een paar jaar kan ombouwen tot appartementen. Daar moet je dus van tevoren in je constructie al rekening mee houden. Laten we zeggen dat de maatschappij nu in de iPhone-fase zit, terwijl onze sector nog in de walkman-fase rondloopt. Deze denkt vooral nog lineair en niet integraal. Mijn ambities is dat we echt op hele andere manieren gaan nadenken, met hele andere ontwerpstrategieën en bouwmethodologieën. Zodat we duidelijk inzicht kunnen krijgen in wat de voordelen van circulair bouwen zijn en snelheid kunnen creëren in woningbouw.”

Materiaalpaspoort

Ben van Berkel, foto: Els Zweerink

Maar wat voor innovaties zijn er dan? Van Berkel noemt als voorbeeld het zogeheten materiaalpaspoort voor een gebouw. Dat geeft weer waar welke materialen zitten. Mocht het in de toekomst ooit gesloopt worden, kun je de waarde van deze materialen behouden voor hergebruik. “Aan circulariteit moet immers wel een goede economische meerwaarde zitten”, stelt de architect. “Als er geen financiële modellen aan zitten, gaat niemand eraan beginnen. Dat zie je nu al bij marktpartijen. In energieneutraal zien ze wel brood, dat bespaart immers geld. Circulaire economie maakt ze vooralsnog niet zo enthousiast, er zijn nog geen krachtige financiële modellen voor.

Modulair bouwen

Een ander voorbeeld van innovatie die goed te gebruiken is voor circulair is modulair bouwen, waarbij een grootschalig project wordt ontworpen in bouwmodules om zo de bouw te standaardiseren, te versnellen en de life-cycle te vereenvoudigen. Van Berkel heeft dit toegepast in een project in Qatar, waar hij 37 stations aan vier metrolijnen realiseerde in minder dan 5 jaar.  Van bewegwijzering, roltrappen tot de tapijten in de gebedsruimtes. Alles neemt hij mee. “We hebben hier modulaire elementen ontworpen die op meerdere stations kunnen worden toegepast. Dat maakt het voor de twaalf aannemers met wie wij werken makkelijker en sneller te realiseren. Ze kiezen elementen voor de samenstelling, allerlei variaties zijn mogelijk.”

Modulair bouwen biedt volgens de architect een snelheid die ook in Nederland kansen biedt, gezien de enorme woningbehoefte in ons land. “Ik denk dat we met modulair bouwen echt stappen kunnen maken, zeker ook met circulariteit en biobased materialen. Dat wil ik op 10 februari laten zien.”

Slimme stad lanceert boek: ‘Zo bestuur je een slimme stad’

Dit gaat over de City Deal Een Slimme Stad, zo doe je dat
boekcover zo bestuur je een slimme stad

Op 5 februari 2021 wordt het nieuwe boek ‘Zo bestuur je een slimme stad’ gelanceerd. City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ werkte hier aan mee.

Het boek is geschreven op initiatief van de Future City Foundation samen met 16 partners uit het bedrijfsleven en (semi)overheid. In het boek laten de makers zien wat er door de digitaliseren en technologisering verandert voor bestuurders bij de overheid, maar beschrijven ook hoe bestuurders daarmee aan de slag kunnen en welke voorbeelden daarvan al bestaan in Nederland. Het boek bekijkt dit op vier niveaus.

In het deel Bestuur komen dertien politici (acht wethouders, twee gedeputeerden, een heemraad, een burgemeester en een Tweede Kamerlid) aan het woord die inzien dat digitalisering en technologisering niet alleen de inhoud van hun werk, maar ook de manier van werken verandert. Het deel Beleid focust op de vraag hoe dat kan. De auteurs van de artikelen delen hun kennis en ervaringen. Het is het procesdeel van dit boek. In het laatste deel wordt dat concreet gemaakt en worden instrumenten aangereikt waarmee de lezer zelf aan de slag kan. Bij dit deel hoort ook het deel Praktijk met voorbeelden van gemeenten, provincies en waterschappen die al aan de slag zijn met digitalisering. En er loopt een fijn groen draadje door het boek over hoe in de gemeente Sittard-Geleen de nieuwe manier van besturen doorwerkt in het ontwerp, inrichting en beheer van het openbaar groen.

Wim Willems, voorzitter bestuurlijke themagroep Smart Cities G40 pleit voor meer bewustwording op dit onderwerp: ‘We leven in een spannende en inspirerende tijd. Als overheid zitten we in een transitiefase. We leggen nu de basis voor onze toekomstige samenleving waarbij steeds meer beschikbare data inwoners en overheid op verantwoorde wijze helpen onze welzijn te verbeteren en onze steden leefbaar te houden. Als lokale overheid nemen we daar graag het voortouw in.’

Partners

Dit boek is tot stand gekomen met de volgende partners: Civity, DHM Infra, Economic Board Utrecht, ELBA\REC, FIWARE Foundation, Gemeente Amersfoort, Gemeente Apeldoorn, Gemeente Sittard-Geleen, Kadaster, Kennedy Van der Laan, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Agenda Stad), Platform31, Provincie Utrecht, Provincie Zuid-Holland, VodafoneZiggo en Waterschap Vallei en Veluwe.

Lezen?

Bestel het boek via https://future-city.nl/slimbesturenboek/. Digitaal lezen is gratis, de gedrukte versie kost €29,-.

Toolbox Slimme Stad online

Dit gaat over de City Deal Een Slimme Stad, zo doe je dat

Digitalisering en technologisering veranderen onze steden, regio’s en dorpen de komende jaren ingrijpend. Maar welke instrumenten hebben we nodig om dat op een zo goed mogelijke manier te laten verlopen? Waarmee we de leefbaarheid in onze steden kunnen vergroten en onze democratische waarden kunnen borgen. In de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’ ontwikkelen, toetsen en implementeren we die instrumenten. Maar er is ook al veel op de markt. Daarom werken we aan een toolbox waarin praktische instrumenten staan die u direct kunt gebruiken bij het smart maken van regio, stad of dorp.

De toolbox wordt momenteel gevuld. Heeft ook een instrument die u graag wilt delen, meld dan uw instrument dan aan via de website.

Klik hier om de toolbox te bekijken.

Wethouders City Deal Voedsel bepleiten meer wettelijke ruimte voor gezonde voedselomgeving

Dit gaat over de City Deal City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda

Dinsdag is het onderzoeksrapport ‘Gemeentelijk instrumentarium voor een gezonde voedselomgeving’ uitgebracht. Het rapport is opgesteld door een werkgroep die is voortgekomen uit de City Deal Voedsel op de Stedelijke Agenda. In het rapport verkent de werkgroep, vertegenwoordigd door de wethouders Eerenberg (Utrecht), Meijer (Ede), Kukenheim (Amsterdam) en De Langen (Rotterdam), de mogelijkheden die gemeenten hebben om te sturen op een gezondere voedselomgeving. Hiervoor werden onder andere verschillende gezondheids- en gedragswetenschappers en juristen geraadpleegd. Aandacht voor een gezonde voedselomgeving is nodig, want als er niets gebeurt, heeft 62 procent van de Nederlandse volwassenen over 20 jaar overgewicht en daarmee een grotere kans op bijvoorbeeld diabetes en hart- en vaatziekten. En, zoals we inmiddels weten, op een ernstiger verloop bij virusinfecties als COVID-19.

Conclusie van het onderzoek is dat gemeenten wel een verantwoordelijkheid hebben om te zorgen voor een gezonde voedselomgeving, maar niet de bijbehorende bevoegdheden. De wethouders uit de werkgroep kondigen aan daarom in gesprek te gaan met het kabinet en het Rijk over verruiming van de bevoegdheden om de voedselomgeving te reguleren. Dit voornemen werd op dinsdag 26 januari al kracht bijgezet met een brandbrief aan staatssecretaris Blokhuis van Volksgezondheid en een oproep van de wethouders in actualiteitenrubriek Nieuwsuur. Bekijk het item hier terug.

In de brief geven de wethouders aan dat ruimtelijke instrumenten een grote rol kunnen spelen in het creëren van een gezonde voedselomgeving. Zo zou een gezonde voedselomgeving als grondslag kunnen worden toegevoegd aan bestemmingsplannen of aan de definitie van een ‘veilige en gezonde fysieke leefomgeving’ in de Omgevingswet. Ook kan de voedselomgeving als ‘beschermd belang’ worden toegevoegd in de Warenwet, waardoor een overaanbod van bepaald voedsel gereguleerd wordt. De wethouders baseren zich hierbij ook op het deze week verschenen rapport ‘Juridisch instrumentarium voor een gezonde voedselomgeving in de stad’ van de Universiteit van Amsterdam.

De partijen uit deze City Deal hebben met elkaar en met andere steden in de afgelopen jaren met name het kennisnetwerk opgebouwd en op diverse wijze invulling gegeven aan stedelijk voedselbeleid. De vier steden die aan het vervolg op deze City Deal deelnemen, hebben de ambitie dat iedereen in Nederland een gelijke kans heeft om gezond op te groeien en gezond oud te worden. Het werk van de City Deal, die officieel in december 2020 werd afgerond, zit er daarom nog lang niet op. Gemeenten, Rijk en andere partijen uit de City Deal Voedsel treffen daarom nu voorbereidingen voor een nieuwe deal om verder te werken aan hun belangrijke ambities.

In de nieuwe City Deal worden interventies en instrumenten ontwikkeld om effectief in te kunnen grijpen op een overmatig aanbod van niet-duurzame en ongezonde voeding rondom scholen en winkelstraten. Parallel wordt ingezet op het verbeteren van voedselvaardigheden/cultuur en korte voedselketens in kwetsbare gebieden. Hiermee streven de steden naar een voedselomgeving in balans, waar de gezonde keuze voor iedereen toegankelijk, betaalbaar én vanzelfsprekend is en naar een voedselomgeving die duurzaam is.

Lees het artikel op Nieuwsuur.

City Deal Klimaatadaptatie deelt lessen in documentaire The Climate Resilient City Explained

De City Deal Klimaatadaptatie heeft ter afronding van vier jaar kennis opdoen en delen een documentaire gemaakt, The Climate Resilient City Explained. In de documentaire worden met topbestuurders als minister van IenW Cora van Nieuwenhuizen en burgemeester Aboutaleb van Rotterdam inzichten gewisseld over de manier waarop Nederlandse steden zich de komende jaren kunnen en moeten wapenen tegen hittegolven, zware regen, stijgende zeespiegel en andere gevolgen van het veranderende klimaat.

Bekijk de video of lees meer op citydealklimaatadaptatie.nl:

De documentaire ging ‘in première’ op de internationale klimaattop Climate Adaptation Summit (CAS 2021), waaraan wereldleiders als bondskanselier Merkel, premier Boris Johnson, president Macron en de Amerikaanse klimaatgezant John Kerry deelnemen.

Eindhoven treedt als 20e stad toe aan de City Deal Kennis Maken

Dit gaat over de City Deal City Deal Kennis Maken
Eindhoven centrum. Foto: Martijn Aukema/Flickr Creative Commons.
Eindhoven centrum. Foto: Martijn Aukema/Flickr Creative Commons.

Eindhoven is de twintigste stad in Nederland die meedoet met het netwerk van de City Deal Kennis Maken. Wethouder Stijn Steenbakkers van economie, Brainport, innovatie en onderwijs heeft ‘zijn’ stad namens  de gemeente, Fontys Hogescholen, de TU Eindhoven (TU/e) en het Summa College aangemeld.

In Eindhoven werken de drie kennisinstellingen al langer samen met de gemeente. Gezamenlijk hebben ze onder meer een strategische agenda opgezet op het thema ‘Leven Lang Ontwikkelen (LLO)’. Dit thema is cruciaal voor de regio Eindhoven waar de hoogwaardige kennisindustrie kansen, maar ook uitdagingen biedt, schrijft Steenbakkers in zijn brief waarmee hij Eindhoven aanmeldt.

Leven Lang Ontwikkelen

Ook al staat het thema ‘Leven Lang Ontwikkelen (LLO)’ al hoog op de agenda van de vier partners, toch constateren ze het te gefragmenteerd wordt aangepakt. De City Deal is dan ook een mooie kans om alle initiatieven in beeld te brengen en kansen te benoemen, aldus wethouder Steenbakkers . “We willen hiermee een waardevolle impuls geven aan onze samenwerking.”

Het doel van de City Deal is om na een inventarisatie van lopende samenwerkingsprojecten op het thema LLO concrete kansen te benoemen in lijn met de regionale visie op leven lang ontwikkelen en inclusie. Uiteindelijk moet LLO voor elke Eindhovenaar bereikbaar zijn.

Brainport

Dat is nu nog niet het geval. In de kennisintensieve Brainport-regio, waar innovatie hoog in het vaandel staat, heeft digitalisering veel kansen te bieden voor LLO. Maar het kan ook  leiden tot uitsluiting. Daarnaast heeft de corona crisis grote impact op de arbeidsmarkt en is het belang groot om LLO opnieuw te agenderen en mensen duurzaam inzetbaar te houden op de arbeidsmarkt. Voor Eindhoven geldt dat het tekort aan (ict-technisch en zorg) talent, de demografische ontwikkelingen, de samenstelling van de stad en het tempo van innovatie een andere aanpak en aanbod van kennisontwikkeling vragen.

Sustainable Development Goals

Een tweede ambitie van de City Deal is om samen met alle partners bij te dragen aan de SDG’s, de duurzaamheidsdoelen van de VN. Daarvoor bundelen TU/e, Fontys en de gemeente hun kennis en expertise voor lokale maatschappelijke vraagstukken. Die bijdrage wordt tot stand gebracht door studenten, onderzoekers en docenten te betrekken in het oplossen van maatschappelijke en stedelijke opgaven. Er is vooral aandacht voor de doelen 4 (kwaliteitsonderwijs), 10 (ongelijkheid verminderen) en 11 (inclusieve, veilige en veerkrachtige samenleving).

Aanspreekpunt

Het aanspreekpunt van de City Deal in Eindhoven wordt Fontys. Voorlopig wil het netwerk in Eindhoven geen gebruik maken van de startsubsidie vanuit het ministerie van OCW voor een het aanstellen van een kwartiermaker in de stad. Naast de vier partners zijn ook het St. Lucas, de Design Academy en Brainport Development aangesloten bij de City Deal.

Lees meer over de plannen en aanpak van de City Deal Kennis Maken in Eindhoven.

Deal maken wordt het ‘nieuwe normaal’, als we er systematisch van leren

Seminar Samen Leren

Eind vorig jaar verscheen het essay Leren Institutionaliseren: reflecties bij het leren door de Rijksoverheid in de deal-aanpak. Voor deze gezamenlijke productie interviewden onderzoekers van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) managers van verschillende ‘dealvormen’, opgavegerichte samenwerkingen tussen rijksoverheid, andere overheden en private partijen.

In het essay wordt deze ‘multilevel’, opgavegerichte aanpak benoemd als een innovatieve en noodzakelijke manier om de complexe maatschappelijke vraagstukken van vandaag en morgen het hoofd te bieden. Dealvormen zijn naar hun aard experimentele vormen van besturen. En daarmee dus altijd leerzaam. Maar vindt dat leren al voldoende systematisch plaats? Worden de opgedane lessen ook opgeschaald naar de gangbare bestuurlijke instituties?

Deze en andere vragen stonden centraal tijdens het online seminar Leren samen werken aan opgaven, dat PBL en NSOB op 15 januari organiseerden. Onder leiding van moderator Ruben Maes gingen drie programmamanagers die aan het onderzoek meewerkten, Olga van Kalles (IBP Vitaal Platteland), Marc Hameleers (Regio Portefeuille LNV) en Frank Reniers (Agenda Stad) met elkaar en met adjunct-directeur van het NSOB, hoogleraar Martijn van der Steen, in debat.

Leren hoeft niet altijd leuk te zijn

Het seminar begon echter met een gesprek met twee auteurs van het essay, Eva Kunseler (PBL) en Martin Schulz (NSOB), over de conclusies van hun onderzoek. Kunseler schetste dat het ‘leren door te doen’ centraal stond. “Daarbij kom je beren op de weg tegen en ook leuke dingen. Dat is het leren.” Schulz: “Dat is belangrijk: dat leren niet altijd leuk hoeft te zijn. Je kunt juist ook veel leren als het schuurt.” Kunseler geeft aan dat ‘deal maken’, of het nu een Woon, City, Health, Green of Regio Deal is, een vak is. En dat dit vraagt om organisatie en een bestuurlijke en politieke context die randvoorwaarden schept voor deze manier van werken. Daarom is het belangrijk dat instituties structureler experimenteerruimte bieden. Met andere woorden: ‘ruimte voor fouten’. Daarnaast is volgens Schulz tijd nodig: in een tijd waarin alles snel klaar moet zijn moet je, zeker met zo’n multilevel aanpak van complexe vraagstukken, durven om de tijd te geven.

Ruben Maes opent het panelgesprek met de vraag aan Van der Steen waarom we leren in deze context zo lastig vinden. Van der Steen geeft aan dat we als lerende wezens altijd leren, maar dat het institutionaliseren ervan het lastig maakt. “Als je van leren iets systematisch maakt, roept dat allerlei vragen op.” Wat ‘leren van deal maken’ onderscheidt van leren in reguliere beleidsprocessen is dat daar verantwoording leidend is en dat het leren daar vaak de vorm heeft van evalueren achteraf. Bij deal maken leer je terwijl je het aan het doen bent, waardoor je kunt bijsturen.

Leuk, lekker en inhoudelijk fucking goed

Maes schetst dat de focus in bijvoorbeeld City Deals vaak ligt op samenwerking tussen Rijk, gemeenten, kennisinstellingen en marktpartijen, maar dat er ook niet één Rijksoverheid is. Frank Reniers van Agenda Stad beaamt dit en geeft aan dat het feit dat departementen elk hun eigen cultuur en leermechanieken hebben, ook voor complexiteit zorgt. Op de vraag of er dan wel tijd is om te leren in dit proces, antwoordt Reniers dat dit een ontwerpvraag is en dat hij zijn mensen altijd meegeeft: “Zorg dat het leuk, lekker en inhoudelijk fucking goed is, zodat mensen de tijd willen vinden om een leertraject in te gaan.”

Frank Reniers

Frank Reniers

Martijn van der Steen vult aan dat we ook af moeten van het idee dat leren tijd kost. “Door te leren versnel je door in het begin te vertragen.” Marc Hameleers meent dat dealmakers van nature nieuwsgierige mensen zijn. Je verzamelt dus ook mensen die stimuleren dat je een ‘Pippi Langkous-methodiek’ toepast van ‘we hebben het nog nooit gedaan, dus we denken dat we het wel kunnen’. Vanuit de Regio-aanpak vroeg LNV het PBL om hen tijdens dit proces te voeden. Daarnaast noemt Hameleers het goed ‘organiseren van je umfeld‘ belangrijk bij het borgen van leren binnen deal maken. “Er moet dus ook interactie zijn.”

Van der Steen benadrukt dat er een verschil is tussen leren van een taak en leren van de samenwerking. Maes is benieuwd hoe Van Kalles dit binnen haar IBP-programma heeft gestimuleerd. Ze vertelt hoe 25 gebieden tijdens een bijeenkomst werden uitgenodigd om hun eerste plannen samen met planbureaus uit te werken en te presenteren. Andere gebieden zaten daar als in een arena omheen terwijl de gebieden feedback kregen. Zo ontstond al een open vorm waarin fouten gedeeld werden. Daarnaast werd een ‘roddelrondje’ ingelast waarin gevraagd werd wat mensen nou écht van een plan vonden. Dat leverde heel waardevolle, soms scherpe maar altijd opbouwende feedback op.

Meta-leren

Maes benoemt dat er altijd spanning is tussen verschillende domeinen: als je toegeeft dat je iets niet goed gedaan hebt, zet je je organisatie te kijk. Dat remt af. Reniers beaamt dat iedereen zijn eigen resultaten moet boeken en dat dat kan conflicteren, maar dat je in deals altijd probeert om mensen daar overheen te tillen. “’Als jij dít niet oppakt, kunnen wij allemaal niet verder met ons gemeenschappelijke doel’. Dat werkt mits je de setting voldoende veilig maakt voor mensen. En vooraf voldoende duidelijk bent. Inherent aan ons werk is dat we aangeven dat we niet zeker weten of we alle doelstellingen halen. Maar dat we ons wel inspannen om gezamenlijk condities te creëren waarin de kans zo groot mogelijk is. Dat maakt ons vak zo spannend.” Om het ‘meta-leren’ tussen City Deals te bevorderen, richtte Agenda Stad een Community of Practice op. Volgens Reniers kan het succes daarvan deels verklaard worden door een embedded aanpak waarbij ook instituties als de Urban Futures Studio, Platform31 én creatieve ondernemers meedoen en -denken met de dealmakers.

Martijn van der Steen

Martijn van der Steen

Van der Steen benadrukt dat de systeemkant belangrijk is. “Je moet bij deals leertijd en leerdoelen definiëren. Je moet systeemprikkels inbrengen die voorbij de welwillendheid gaan.” Leren is nu nog vaak vrijwillig en volgens Van der Steen moet het belangrijk gaan worden in de afrekening. Dat betekent dat leidinggevenden er om moeten vragen en dat ministers tolereren dat het resultaat vooraf niet altijd goed te voorspellen is. Van Kalles denkt dat veel mensen met hun hakken in het zand gaan staan als je van tevoren zegt dat er afrekenbare leerdoelen moeten zijn. “Terwijl je vaak merkt dat het gaandeweg steeds interessanter wordt om elkaar op een lerende manier aan te spreken wanneer je samen aan het werk bent, waardoor het leren steeds professioneler wordt. Dit heb ik althans achteraf bekijkend in mijn programma zien gebeuren.”

Deal maken als ‘het nieuwe normaal’

Hameleers benadrukt dat het essay niet over leren ‘op zich’ ging, maar over een nieuwe aanpak – de dealaanpak, een opgavegerichte manier van samenwerken tussen – in zijn geval – Rijk en regio. Wie werkt aan zo’n deal pioniert en leert, voor zichzelf en de samenleving. Het essay onderzoekt: hoe kunnen we die vorm van leren nu naar een ‘next level’ brengen – institutionaliseren dus – zodat die werkvorm ‘normaal’ wordt. Daarvoor is ook draagvlak binnen organisaties nodig. Frank Reniers geeft aan dat je met een City Deal eigenlijk al institutionaliseert. “Wij maken een hekje om transitievraagstukken heen. Partijen zetten hun handtekening onder een City Deal en trekken daarmee een vraagstuk uit de kelder. Met zo’n dealtekst waarmee je je voor vier jaar committeert – een tekst die óók in de Staatscourant gepubliceerd wordt – institutionaliseer je al.” Daarnaast, zo geeft Reniers aan, worden ervaringen en inzichten niet alleen in een Community of Practice gedeeld, maar ook geborgd in een Handboek City Deals waardoor nieuwe dealmakers niet opnieuw het wiel hoeven uit te vinden.

Marc Hameleers en Olga van Kalles

Marc Hameleers en Olga van Kalles

Ter afronding geven alle sprekers nog een inzicht mee. Van Kalles bepleit om de leervraag in een samenwerkingsverband meteen expliciet te maken: ‘Wat willen wij met elkaar leren?” Hameleers bepleit het inbouwen van een ‘lerende evaluatie. “Kijk constant of inhoud en samenwerkingsvorm nog werken. Maak continu loopjes.” Van der Steen geeft aan dat we ‘leren opnieuw moeten aanleren’ omdat het er een beetje ‘uitgeramd’ is. Het lezen van het essay helpt volgens hem omdat je dan denkt: ‘Nu weet ik wat ik al dacht’. Reniers wil meer gehoor geven van de oproep in het essay om het leren van dealvormen interdepartementaal te stimuleren. Betrokkenen bij verschillende dealvormen zijn inmiddels binnen BZK al in één afdeling bij elkaar gebracht. Zelf was hij ook bij andere dealvormen betrokken. Hij hoopt dat in het volgende kabinet ook de dealmakers van verschillende departementen elkaar beter vinden.

Benieuwd naar het volledige seminar? Bekijk dan de videoregistratie op Vimeo.

CoP: City Deal-makers beheersen de balans tussen formeel en informeel

‘Een City Deal bestieren is een ware kunst, en tijdens deze sessie gaan we onderzoeken wat die kunst precies inhoudt.’ Dit stond in de uitnodiging voor de bijeenkomst op 8 december van de Community of Practice van City Deals, het leernetwerk waarin de verschillende dealmakers van de City Deals elkaar tegenkomen. De vijfde bijeenkomst met als onderwerp De Makers van City Deals vond via Zoom plaats en bestond uit een inhoudelijk en een informeel gedeelte. De bijeenkomst werd door Henk-Jan Bierling van Agenda Stad gepresenteerd.

Enthousiaste mensen krijgen City Deals van de grond

Het eerste woord was echter aan Frank Reniers, programmamanager bij Agenda Stad. Volgens Henk-Jan loopt Frank al weken achtereen met een brede lach op zijn gezicht. ‘Klopt’, aldus Frank, ‘Ik ben enorm blij en trots. In één jaar tijd hebben we vijf nieuwe City Deals afgesloten en een aantal aflopende City Deals verlengd. We zetten volgende week een enorme mijlpaal met het afsluiten van de 25e deal. En vorige maand hebben we een prachtig online programma neergezet tijdens de Dag van de Stad. Zo krijg je vanzelf het gevoel dat alles wat wij aanraken in goud verandert’. Over de vraag van Henk-Jan welke factoren een rol spelen bij het succes van City Deals is Frank duidelijk. ‘De huidige complexiteit bij het maken van beleid vraagt om een nieuwe manier van handelen, van inniger samenwerken. City Deals zijn daarbij een goed instrument, omdat de bestuurlijke opgaven waar we voor staan te complex zijn geworden. Het ‘product’ City Deal verkoopt zich inmiddels zelf. Daarnaast is het zo dat we op de een of andere manier hele enthousiaste en leuke mensen aan ons hebben weten te binden. Mensen die iets nieuws voor elkaar willen krijgen. Juist zij zorgen ervoor dat een deal ook daadwerkelijk van de grond komt.’

In het inhoudelijke deel stond de vraag centraal over welke set aan tools, kennis en vaardigheden de dealmakers beschikken. Wat doen zij in hun dagelijkse werk van dealmaker om een deal tot een succes te maken? Suzanne Potjer van Twynstra Gudde heeft onlangs een kwalitatief onderzoek gedaan naar de onbewuste kennis van de makers van City Deals. Ze is een oude bekende van Agenda Stad en is in het verleden betrokken geweest bij meerdere City Deals. Ze heeft als onderzoeker gesprekken gevoerd met negen dealmakers en hen gevraagd naar de ervaringen die zij hebben met het opzetten en beheren van City Deals. Ook heeft ze gevraagd naar de persoonlijke kwaliteiten die men daarbij heeft ingezet.

Volgens Suzanne was het doel van haar onderzoek om onbewuste kennis beter te ontginnen en deelbaar te maken. Intuïtie, ervaring, gewoonten en kennis die je opdoet in de praktijk zijn voorbeelden van die onbewuste kennis. Omdat de dealmakers in feite ‘on the job’ kennis opdoen met het opzetten, het runnen en afsluiten van City Deals, is er veel van hen te leren.

In haar interactieve presentatie heeft ze geprobeerd een antwoord te geven op de volgende vragen:
Wie zijn de makers, wat typeert hen? Ze noemen zichzelf projectleiders, dealmakers, maar ook: matchmakers, aanjagers, makelaars en ‘linking pins’.
Wat doen makers? Vooral: veel tegelijk. Maar veel van de dingen die zij doen zijn ogenschijnlijk
tegengesteld. Denk aan bijvoorbeeld formeel VS informeel en ontwerpen VS inspelen.
Wat is de kunst van het maken van een City Deal? Suzanne legt een verband met het boek van Robert Maynard Pirsig, ‘Zen and the art of mortorcycle maintenance’. Uiteenliggende motieven kunnen er gecombineerd voor zorgen dat het werk geklaard wordt. Een voorbeeld van zo’n ogenschijnlijke tegenstelling, het bij de les houden VS enthousiasmeren, wordt door de meeste deelnemers herkend. Eén van de geïnterviewde respondenten zei het als volgt: ‘geen van ons kan het alleen, maar samen kunnen we het wel’. Het is volgens Suzanne de kunst van ‘én-én’. Dus niet alleen formeel, maar ook informeel. Zowel complex als concreet, en zowel bij de les houden als enthousiasmeren. De kunst is om de twee kanten met elkaar in balans te brengen, en soms te switchen van de ene naar de andere kant als de situatie daarom vraagt. Soms moet je je echt bewust verplaatsen van de ene naar de andere aanpak.

Afb: De kunst van én-én

Vervolgens werd er in kleine groepjes verder gepraat over de vraag hoe je de kunst van het én–én beoefend. Deelnemers spraken na afloop van een inspirerend en herkenbaar verhaal van Suzanne.

In haar presentatie sprak Suzanne ook nog kort over het handboek voor dealmakers dat Koen Haer en Steven Kroesbergen hebben geschreven en waarin zij de kennis die is opgedaan door de huidige dealmakers hebben vastgelegd zodat toekomstige dealmakers er de vruchten van kunnen plukken.

CoP-Café: wie kent de City Deals en de CoP het best?

Na de pauze veranderde de CoP-bijeenkomst in een heus CoP-café met ruimte om wat informeler met elkaar om te gaan. Hoofdingrediënt vormde de CoP-quiz. Quizmasters Jurian Strik en Celestine Trienes peilden hoeveel de deelnemers eigenlijk wisten van Agenda Stad, de City Deals en de CoP zelf. Tussen de breinkrakende vragen door werd ook gepolst hoe de deelnemers de rol van de CoP zien en wat hun ambities met de CoP zijn voor 2021.

De Kahoot-quiz verliep probleemloos – dat is op zichzelf al een compliment aan de quizmasters waard – en was spannend. Doordat deelnemers een eigen ‘nickname’ konden kiezen, was het tot op het laatst een mysterie wie er om de prijzen streden. De medewerkers van Agenda Stad deden natuurlijk hard hun best om hen kennis tentoon te spreiden. Maar omdat ze met hun voorkennis wel erg in het voordeel zijn, deden zij buiten mededinging mee. Onder andere Suzanne Potjer en Rogier van der Wal (Platform31) maakten er een spannende strijd van. Uiteindelijk ging Rogier van der Wal er met de prijs vandoor. Maar welke prijs? Quizmaster Jurian: “De prijs is een verrassing, maar geloof ons: die wil je hebben! Je treft hem aan in het CoP-kerstpakket!” Agenda Stad heeft namelijk voor het CoP-netwerk een mooi kerstpakket samengesteld, met onder andere het felbegeerde Agenda Stad-mondkapje. Wie naar aanleiding van de eerdere oproep zijn adres heeft doorgegeven, zal het pakket zo snel mogelijk ontvangen.

Nadat de winnaar in het zonnetje gezet was en de quiz was nabesproken, was het tijd voor een drankje. Maar niet voordat moderator Henk-Jan nog even een blik vooruitwerpt en wat komende highlights met de CoP deelt: zo is op 15 december het Symposium Circulair en Conceptueel Bouwen waar tevens de gelijknamige City Deal gesloten wordt. En dat is – jawel – City Deal nummer 25! Daarnaast vindt op 15 januari het NSOB-PBL webinar Leren samen werken aan opgaven plaats over het rapport Leren Institutionaliseren, waar ook de City Deals en de Community of Practice aan bod zullen komen. Frank Reniers zal een van de sprekers zijn tijdens het webinar. Henk-Jan schetst dat Agenda Stad in januari de jaarplanning voor 2021 zal opstellen en verspreiden en tot slot doet Steven Kroesbergen nog een oproep voor de Top 200 a-go-go waar de CoP’ers nog tot 11 december hun top-3 van nummers waar zijn energie van krijgen terwijl ze werken aan de stad, voor kunnen aanleveren via de postbus van Agenda Stad.

Tot slot vraagt Henk-Jan aan Frank hoeveel City Deals hij graag volgend jaar gesloten zou zien worden. Frank geeft aan dat het vooral om de juiste onderwerpen gaat en niet alleen om het aantal deals. Daarnaast benadrukt hij dat we ook ‘het juiste moeten blijven doen’ in de lopende City Deals zodat die van meerwaarde blijven. Weer een mooi jaar met vijf nieuwe deals zou fijn zijn, maar: ‘we gaan voor kwaliteit’, aldus Frank.

En dan worden de flessen ontkurkt en ontdopt en wenst iedereen elkaar fijne en gezonde feestdagen, voordat er in klein gezelschap nog virtueel wordt nageborreld op een bijzonder jaar.

 

 

 

 

Steden en maatschappelijke partners maken werk van ‘ideale voetgangersstad’

We zien twee mensen wandelend en pratend op een voetpad door een bos. Het beeld is ingekaderd door een grote boom die over het pad en de wandelaars buigt

Lopen is gezond voor lichaam en geest. Gelukkig komt hier de laatste jaren meer aandacht voor, onder andere dankzij pleitbezorgers als hoogleraar neuropsychologie Erik Scherder. Maar om lopen te stimuleren, moeten er wel wat drempels worden weggenomen. Letterlijk en figuurlijk.

Daar wil de City Deal Ruimte voor Lopen een belangrijke bijdrage aan leveren. Met dit samenwerkingsverband committeren steden, rijksoverheid, maatschappelijke en private partijen zich om steden de komende jaren meer ‘loopvriendelijk’ te maken. De deelnemende partners zetten zich in om de voorwaarden voor de ‘ideale voetgangersstad’ te creëren. Daarnaast wordt de samenhang onderzocht tussen een loopvriendelijke omgeving en vraagstukken als mobiliteit, gezondheid, groen in de stad, openbare ruimte en veiligheid. Uiteraard maken ook experimenten en campagnes om het lopen te bevorderen, deel uit van deze City Deal. De City Deal gaat op maandag 14 december officieel van start.

Dat lopen gezond is, weten de meeste mensen inmiddels wel. Doordat veel mensen vanwege de COVID19-crisis thuiswerken is het ‘blokje om’ een belangrijk dagelijks uitstapje geworden. Met die toegenomen behoefte aan ‘de frisse neus’, zijn ook knelpunten zichtbaarder geworden: het is niet overal even prettig en veilig om te wandelen. En in de gedeelde openbare ruimte lijkt de voetganger vaak het onderspit te delven ten opzichte van andere vormen van verkeer.

Kwartiermaker van de City Deal Martine de Vaan: “Lopen is niet alleen gezond, het heeft vaak ook een sociale component. En niemand loopt graag in verkeerslawaai, waardoor we ons ook bewust worden van het belang van groen en rust in de stad. Door ruimte voor lopen te creëren dragen we bij aan veel vraagstukken die juist in deze tijd spelen.”

De Rotterdamse wethouder Judith Bokhove van Mobiliteit, jeugd en taal is een van de ondertekenaars: “Lopen heeft lange tijd weinig aandacht gekregen. In Rotterdam was er vooral rondom projecten wel aandacht voor lopen, zoals bij de herinrichting van de Coolsingel. Onlangs hebben we een bredere visie vastgesteld met Rotterdam Loopt 2025. Voetgangers nemen een belangrijke plek in de stad in. Zij weten of een stad toegankelijk, gastvrij, veilig en schoon is. En ze helpen ons aan te wijzen wat er beter kan. Die kennis hoop ik te kunnen delen met de partners in de City Deal.”

Bekijk de introductievideo van de City Deal Ruimte voor Lopen: 

Aan deze City Deal nemen de volgende partijen deel: Gemeente Zwolle, Gemeente Amsterdam, Gemeente Leeuwarden, Gemeente Rotterdam, Gemeente Nijmegen, Gemeente Tilburg, Gemeente Groningen, Staatsbosbeheer, Provincie Fryslân, Stichting Gezond Natuur Wandelen, Koninklijke Wandelbond Nederland, Wandelnet, Alles is Gezondheid, Fietsersbond, Alliantie Werken in Beweging, Arcadis, I’M BINCK, NatureDesks, Platform31, Kenniscentrum Sport en Bewegen, CROW, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, en het Rijksvastgoedbedrijf.

Met de start van deze City Deal wordt de onderteken-estafette afgerond die op 8 oktober begon op het Nationaal Voetgangercongres in Leeuwarden. Daar is tevens de Agenda Ruimte voor Lopen; Flinke Stappen Vooruit gelanceerd door het Platform Ruimte voor Lopen, mede-initiatiefnemer van de City Deal. Tientallen overheden, maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen bundelen hierin met het platform hun krachten om meer ruimte voor lopen te creëren. Meer ruimte in het hoofd, in beleid en buiten. De agenda Ruimte voor Lopen verheldert de ambities en geeft richting aan de gezamenlijke inspanning die de komende jaren nodig is.

Met de start van de City Deal en de lancering van de Agenda Ruimte voor Lopen, krijgt lopen een belangrijke impuls. Lees meer over deze City Deal.

Over City Deals

City Deals zijn samenwerkingsverbanden waarin steden, ministeries en andere maatschappelijke partners en/of marktpartijen op basis van gelijkwaardigheid samenwerken. Gedurende de looptijd van vier jaar wordt experimenteerruimte gezocht en benut om waardevolle inzichten op te doen die belangrijke input vormen voor nieuw landelijk of stedelijk beleid. Experimenteren, gelijkwaardigheid en innoveren zijn kernbegrippen in City Deals. City Deals zijn een initiatief van het programma Agenda Stad dat in 2015 door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ontwikkeld is.

Gemeenten, Rijk en marktpartijen geven circulair en conceptueel bouwen impuls met City Deal (Update 14-12)

Update 14 december 2020:

Vanwege de nieuwe lockdownmaatregelen die naar verwachting ingaan in de nacht van 14 op 15 december 2020, heeft de organisatie helaas moeten besluiten het symposium en de ondertekening van de City Deal tot nader orde uit te stellen. De bijeenkomst op 15 december gaat dus niet door.

Nederland streeft naar een volledig circulaire economie in 2050, waarbij in 2030 ons primaire grondstofgebruik al met de helft is afgenomen. Bovendien dient de CO2-uitstoot in 2030 met 49 procent te zijn gedaald ten opzichte van 1990. Tegelijkertijd kent ons land een enorme bouwopgave: de komende jaren moet een miljoen woningen gerealiseerd worden om aan de vraag naar woonruimte te kunnen voldoen. 

Deze twee opgaven kunnen elkaar versterken als ze in samenhang worden opgepakt. Doordat de bouwsector 40% van alle grondstoffen verbruikt en 40% van de nationale CO2-uitstoot veroorzaakt, is door slim circulair en conceptueel bouwen duurzaamheidswinst te behalen, zonder dat dit ten koste hoeft te gaan van het bouwtempo of de betaalbaarheid van woningen. Sterker nog, het bouwtempo kan omhooggaan terwijl de klimaatambities versneld gehaald worden. Een aantal steden, provincies, private partijen en kennisinstellingen slaat daarom samen met het Rijk de handen ineen om de gezamenlijke ambities kracht bij te zetten in de City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen.

De start van deze City Deal wordt op dinsdag 15 december van 14.00 tot 16.00 uur opgeluisterd met een online symposium over Circulair en Conceptueel Bouwen. Verschillende topsprekers maken hun opwachting en bestuurders gaan met elkaar in discussie in een rondetafelgesprek. Ook de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Kajsa Ollongren, neemt deel aan het gesprek. Het symposium wordt afgesloten met de feestelijke bekrachtiging van de City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen.

Symposium

Hoogleraar Maarten Hajer (Universiteit Utrecht) schetst in zijn betoog de noodzaak van meer biobased bouwen om de klimaatambities te behalen. Architect Ben van Berkel leert ons dat icoon-projecten mainstream kunnen worden als we circulaire innovaties ook aanjager laten zijn voor opschaling. En ASN Bank-directeur Arie Koornneef betoogt hoe we tot een meer circulaire bouweconomie kunnen komen door een betere aansluiting op lineaire systemen. Na een korte pauze gaan o.a. bestuurders Jan Hoek (wethouder Almere), Menso Oosting (Fijn Wonen) en Rutger Büch (Cirkelstad) in gesprek over circulair en conceptueel bouwen én over wat dat betekent voor de City Deal. Minister Kajsa Ollongren schuift vervolgens virtueel aan voor een panelgesprek. Het symposium wordt afgerond met het startschot voor de City Deal. 

Het symposium is live te volgen via deze link. Vooraf aanmelden is niet nodig.

De City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen

We gaan van de bouwsector een drijvende kracht maken voor de circulaire economie. Dat is de ambitie van de partners in de City Deal. De komende jaren zal veel moeten veranderen in de manier waarop en de materialen waarméé we bouwen. De City Deal wil laten zien dat circulair en conceptueel bouwen kunnen bijdragen aan de betaalbaarheid en de voortgang van de bouwagenda, mede door de grote hoeveelheid aan innovaties in bouwproducten en processen die dit met zich mee brengt. Gezamenlijk gaan de partners aan de slag met verschillende bouwsystemen, waarbij demontabel en biobased bouwen centraal staan. En we gaan ook op zoek naar nieuwe waarderingsmethoden om circulair en demontabel bouwen betaalbaar en financierbaar te maken. Door de brede vertegenwoordiging van partijen in de deal, kunnen ambities beter worden uitgelijnd. Zo draagt de bouwsector bij aan de circulaire economie en dragen innovatie en duurzame bouwtechnieken bij aan een waardevolle gebouwvoorraad.

De partners in de City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen zijn: 

Steden: Leiden, Den Haag, Almere, Utrecht, Leeuwarden, Nijmegen, Amersfoort, Dordrecht
Provincies: Zuid-Holland, Noord-Holland, Flevoland
Rijksoverheid: LNV, BZK (BFR, B&E, WM), I&W
Private Partijen: Dura Vermeer, Van Wijnen, Bouwfonds Property Development (BPD), ASN Bank, Madaster Services Netherlands, Sustainer Homes, Sweco Nederland, ITMOOS, New Horizon Urban Mining, Urban Climate Architects, Finch Buildings, Cepezed projects, Rc Panels
Kennisinstellingen: Universiteit Utrecht (Urban Futures Studio), Hogeschool van Amsterdam, TU Delft (The Green Village)
Netwerkorganisaties: Platform31, Cirkelstad, De Bouwcampus, Stichting C-creators, iCircl, Netwerk Conceptueel Bouwen, Holland Houtland
Vereniging van Woningcorporaties: Aedes