‘Dutch Urban Envoy’ Van Dantzig wil breder Europees draagvlak voor stedelijke uitdagingen

Karen van Dantzig

Op 1 januari is Karen van Dantzig begonnen als (de nieuwe) Dutch Urban Envoy, nadat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties besloot het mandaat van de speciale gezant voor stedelijke vraagstukken in Europa te verlengen tot 1 januari 2022.

Haar opdracht: bijdragen aan het versterken van de positie van steden en stedelijke gebieden in EU-beleid en -regelgeving.

De rol van speciale stedelijke gezant werd in 2015 ingesteld, voorafgaand aan het Nederlandse voorzitterschap van de EU in de eerste helft van 2016. Tijdens dat voorzitterschap kwamen de Europese ministers voor stedelijke ontwikkeling het ‘Pact van Amsterdam’ overeen. Het was het startschot voor de Urban Agenda for the EU (UAEU), een uniek EU-breed experiment waarin steden en regio’s op gelijke voet samenwerken met Europese instituten, experts en stakeholders. Dat gebeurt in thematische Partnerschappen die concrete aanbevelingen doen voor betere regelgeving, betere financiering en betere kennisdeling. De Dutch Urban Envoy (DUE) is het gezicht van deze Europese Agenda Stad.

Nieuwe stedelijke gezant dankzij Nederlandse steden

Het bevorderen van het voortzetten van die Urban Agenda, is een belangrijke taak van Van Dantzig. Nederland zet zich in voor de UAEU en wil dat deze ook in de nieuwe EU-programmaperiode (2021-2017) steden een platform in Brussel blijft bieden.

Het vertegenwoordigen van Nederlandse belangen, in nauw overleg met Nederlandse medeoverheden, is een andere prioriteit. Van Dantzig: “Nederlandse steden zijn de belangrijkste reden dat er een nieuwe DUE is. Een hele eervolle en uitdagende opdracht om te zorgen dat Urban Agenda een vervolg krijgt en daarbij steden te vertegenwoordigen in Europa”.

Van Dantzig heeft sinds begin januari een vliegende start gemaakt. “Ik heb de Taskforce Europese Agenda Stad voorgezeten. Daarin stemmen alle Nederlandse partijen die betrokken zijn bij de Europese Agenda Stad, waaronder de stedenkoepels en de Partnerschappen, periodiek hun inbreng en de Nederlandse positie af. Ook heb ik in Brussel met veel partners gesproken, zoals het Europees Parlement, Eurocities en CEMR, de permanente vertegenwoordiger van aanstaand EU-voorzitter Duitsland, het Huis van de Nederlandse Provincies, het Comité van de Regio’s en de Europese Commissie.

Cities Forum Porto ‘debuut’ Van Dantzig

Een belangrijk moment was het Cities Forum dat op 30 en 31 januari in Porto werd gehouden. Ruim 500 deelnemers, waaronder een stevige Nederlandse delegatie, kwamen daar bijeen rond het thema Together we shape a sustainable urban future. Tijdens de conferentie werd ook de evaluatie van de Urban Agenda gepresenteerd. Daarnaast werd onder andere de Join, Boost, Sustain-verklaring ondertekend, die digitale transformatie in steden moet bevorderen. Zo’n 65 partijen ondertekenden de verklaring, waaronder de VNG, de provincie Brabant en de steden Eindhoven, Amersfoort en Enschede.

Van Dantzig ontmoette in Porto onder andere de Duitse staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Bouwen Anne Katrin Bohle, de UAEU-rapporteur van het Comité van de Regio’s, en een groot aantal burgemeesters en bestuurders.

Een paar dagen na het Forum sprak ze in Parijs op DG-niveau met Frankrijk, Duitsland en Luxemburg over voortgang van New Leipzig Charter en UEAU met aantal andere ‘gelijkgestemde’ Europese lidstaten. En dit was nog maar een overzicht van de eerste zes weken. Voor de komende maanden staan nog vele bezoeken aan partnerschappen, Nederlandse steden en ministeries en uiteraard aan Brussel en andere Europese (hoofd-)steden op de agenda.

Van Dantzig: “Nu er een nieuwe Dutch Urban Envoy is, merk je dat er opnieuw sterk naar Nederland gekeken wordt voor leiderschap en ‘eigenaarschap’ van de Urban Agenda. Dat merk ik in alle gesprekken die ik gevoerd heb. Dat is enerzijds een heel positief signaal en onderstreept de waardering die ook voelbaar is voor de inzet en betrokkenheid van Nederland bij de UAEU. Die inzet leidt ertoe dat er vaak aan mij gevraagd wordt om als woordvoerder namens de steden op te treden richting Europese instellingen.

Gedeeld eigenaarschap cruciaal voor sterke stedelijke agenda

“Dat is vleiend, maar wat cruciaal is voor een sterke stedelijke agenda in Europa, is juist gedeeld eigenaarschap. Uiteraard adviseert en ondersteunt Nederland waar het kan, maar we kunnen dit niet alleen. De respectievelijke voorzitterschappen hebben het voortouw en vanuit alle betrokken partijen moet er draagvlak zijn. De Urban Agenda dient immers een gemeenschappelijk belang. Dat sprak EU-commissaris Ferreira tijdens het Cities Forum in Porto ook uit; niemand twijfelt aan het belang van steden in de EU en aan de voortzetting van de multilevel werkwijze van de Partnerschappen.”

De vorm waarin de belangen van steden de komende jaren in Europa behartigd worden, is nog onderwerp van gesprek. Eind dit jaar zal worden vastgelegd hoe de Urban Agenda na 2020 wordt voortgezet. Het nieuwe Leipzig Charter zal daar ook van groot belang bij zijn. “ legt Van Dantzig uit.

Dutch Urban Envoy Karen van Dantzig en coördinerend beleidsadviseur Urban Agenda Robert-Jan van Lotringen in Brussel

Dutch Urban Envoy Karen van Dantzig en coördinerend beleidsadviseur Urban Agenda Robert-Jan van Lotringen in Brussel

Evaluatie Urban Agenda

Het nieuwe Leipzig Charter zal ook de conclusies van de in Porto gepresenteerde evaluatie van de Urban Agenda ter harte nemen, verwacht Van Dantzig. “Alle betrokken partijen hebben zich, onder meer in de Verklaring van Boekarest, ondubbelzinnig uitgesproken voor de voortgang van de Urban Agenda. Verbeteringen, conform signalen uit de evaluatie, zijn impact partnerships vergroten door acties uit de actieplannen steviger door de partners te laten implementeren, stakeholders beter betrekken en de governance versterken. Dit vraagt een breed draagvlak vanuit de lidstaten en de commissie. Het bestendigen en uitbouwen van dat draagvlak, zie ik als één van mijn belangrijkste doelen dit jaar.”

“Het is belangrijk de Urban Agenda te verbinden aan andere initiatieven die verband houden met vraagstukken van steden, zoals de Green Deal en de Digital Agenda. Ook is het zaak de Urban Agenda goed in te bedden in het European Urban Initiative”, aldus Van Dantzig. Deze samenwerkingsagenda van de Europese Commissie maakt deel uit van een conceptverordening over het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Het EUI wil integrale benaderingen voor stedelijke ontwikkelingen stimuleren. Daarnaast moet de samenwerking tussen steden en regio’s bevorderd worden om tot een sterker bewustzijn te komen van relevant Europees beleid en bijbehorende fondsen. De conceptverordening is onderdeel van de lopende onderhandelingen over de meerjarige begroting van de EU.

Verbinding in eigen land

Van Dantzig hecht veel waarde aan het versterken van de verbinding in eigen land, en zelfs in eigen huis. “Veel Nederlandse steden zijn gedreven en leveren een belangrijke bijdrage aan de (Europese) Partnerschappen en daarmee innovatieve oplossingen voor uitdagingen van deze tijd. Ik help die steden graag door bij te dragen aan het vasthouden van het momentum, hun boodschappen breder uit te dragen, hen podia te bieden en ze met elkaar te verbinden. Daarbij zet ik me ook in voor een sterkere verbinding met bijvoorbeeld het Smart Cities-programma en onze (Nederlandse) City Deals.”

Van Dantzig ziet zich dus, net als haar voorgangers, voor een complexe en veelzijdige opgave geplaatst. Een opgave, waarvoor ze zich graag inzet. “Ik voel een grote gedeelde verantwoordelijkheid en gedrevenheid. De energie van de steden geeft mij de energie om belangrijke vraagstukken voor het Europees voetlicht te blijven brengen en partijen te verbinden die hetzelfde doel nastreven. Ten slotte zijn steden de kortste verbinding tussen Europa en haar burgers.”

 

 

Heerlen gaststad Dag van de Stad 2020!

Foto van de feestelijke opening van NS Station Heerlen. We zien een drukke vrolijke optocht voor het station met grote poppen van draken en dinosaurussen

Welke Nederlandse stad kent zijn oorsprong als Romeinse nederzetting en heeft ongekende veerkracht getoond toen de lucratieve mijnbouw in de jaren zestig verdween en veel werkgelegenheid met zich meenam? En welke stad zette die heropleving kracht bij, met een bloeiende Big Data Campus en het baanbrekende multifunctionele stationsgebied het Maankwartier dat met recht als één groot kunstwerk gezien kan worden?

Het is de stad die het kloppend hart vormt van Parkstad Limburg en dit jaar ook de stad van de vermaarde Internationale Bau Ausstellung, een doorlopende expositie van tientallen projecten op het gebied van innovatie in bouwen, wonen en leven in de stad. Het is de stad waar grensoverschrijdende samenwerking de economie een belangrijke impuls geeft en waar hedendaagse uitdagingen als bevolkingsdaling dankzij bestuurlijk lef en innovatiekracht ook kansen brengen. Het is kortom, de gaststad van de Dag van de Stad 2020: Heerlen!

De jury, bestaande uit secretaris-generaal Maarten Schurink van het ministerie van BZK en wethouder Mobiliteit Robert van Asten van gaststad 2019 Den Haag, was onder de indruk van het sterke bidbook, het enthousiasme en de stevige propositie van Heerlen. Bovendien scoort Heerlen hoog op vraagstukken die in veel andere Nederlandse steden op de agenda staan en tijdens eerdere edities van de Dag van de Stad minder prominent zijn uitgelicht. Hierbij valt te denken aan o.a. grensoverschrijdende samenwerking, bevolkingsdaling, fysieke transformatie, circulair bouwen en leefbaarheid.

Daarnaast overtuigde Heerlen de jury van de Dag van de Stad met een stevig bestuurlijk commitment en een inhoudelijk sterk programmavoorstel – niet alleen voor de Dag van de Stad, maar ook voor de Nacht van de Stad. Dit leerzame en informele evenement, dat stadssafari’s aanbiedt aan de vooravond van de Dag van de Stad, keert terug na het succes in Den Haag afgelopen jaar. Ook de trots en bevlogenheid waarmee waarnemend Burgemeester Roemer het bidbook van zijn stand in januari kwam aanbieden, droegen bij aan de keuze van de jury. Burgemeester Roemer is dan ook blij dat hij op 26 oktober alle leergierige stedelijke professionals van Nederland in zijn stad mag ontvangen: “Ik ben trots dat Heerlen de Dag van de Stad mag organiseren. Ik heet iedereen van harte welkom. Het wordt een boeiend en leerzaam congres in onze stad en regio waar innovatieve stedelijke ontwikkeling inmiddels traditie is”.

Bidbookoverhandiging Tilburg

Waarnemend burgemeester Roemer (l), gedeputeerde Andy Dritty en directeur Mathea Severeijns van IBA Parkstad overhandigen het bidbook van Heerlen aan secretaris-generaal Maarten Schurink van BZK.

Burgemeester Roemer onthulde in een video dat zijn stad Heerlen dit jaar de bezoekers van de Dag van de Stad ontvangt. De bekendmaking werd ingeleid door jurylid Robert van Asten die kort terugblikte op de Dag van de Stad 2019:

 

Verder komen door samenwerking

Ook projectleider van de Dag van de Stad, Frank Reniers van het ministerie van BZK, is verguld met de keuze. “Heerlen heeft met IBA Parkstad 2020 en het nieuwe bruisende Maankwartier niet alleen veel momentum; als onderdeel van het samenwerkingsverband Parkstad Limburg en als belangrijke motor voor de regionale economie – ook over de grens – is Heerlen bovendien een stad die bij uitstek belichaamt wat de essentie van Agenda Stad en de Dag van de Stad is: namelijk dat je als stad verder komt door samenwerking en door de krachten te bundelen bij gelijke opgaven. Voor heel veel stedelijke professionals zijn de opgaven waar Heerlen voor staat, ook de opgaven waar zij elke dag keihard aan werken. Daarom ben ik ervan overtuigd dat de Dag van de Stad 2020 opnieuw het drukstbezochte en meest inspirerende evenement wordt voor stedelijke professionals.”

Tilburg

Heerlen was een overtuigende kandidaat, maar had een geduchte concurrent. Want ook van Tilburg ontving de organisatie een sterk bidbook. Omdat de jury vond dat ook de visie en vraagstukken van Tilburg erkenning verdienden, is besloten om de Dag van de Stad 2021 toe te kennen aan Tilburg. Lees hier meer over in het nieuwsbericht over de Dag van de Stad 2021.

De Dag van de Stad vindt plaats op 26 oktober 2020 in Heerlen. Houd de website www.dedagvandestad.nl de komende tijd in de gaten voor nieuws over de uitvraag van ideeën, bevestigde sprekers en het openen van de inschrijvingen.

Tilburg verzekert zich met sterk bidbook van organisatie Dag van de Stad 2021

Detailbeeld van het interieur van de LocHal in Tilburg, we zien de trap die tevens als tribune dient en kijken uit op studieplekken in carré-vorm in het midden van de hal
LocHal, Tilburg

Tilburg is ‘hot’. De gemeente werd verkozen tot Overheidsorganisatie van het Jaar. De nieuwe Spoorzone ontpopt zich tot succesvolle broedplaats voor creativiteit en het middelpunt ervan, de LocHal, werd uitgeroepen tot World Building of the Year. En nu kan Tilburg nog een wapenfeit aan de recente roem toevoegen: Tilburg is uitgeroepen tot gaststad van de Dag van de Stad 2021!

Burgemeester Theo Weterings van Tilburg is trots dat de Dag van de Stad volgend jaar naar zijn stad komt: “Tilburg, de ultieme combinatie van verleden, heden en toekomst. Een stad waar we er samen de schouders onder zetten en waar we keer op keer onszelf opnieuw uitvinden. Samen met onze inwoners en partners lukt het ons steeds beter om dat pure Tilburgse DNA te laten zien; daadkrachtig, verbindend en vernieuwend. En dat wil men ervaren. Zo ook de organisatie van Dag van de Stad! Ik ben enorm trots op deze selectie: ook in 2021 laat Tilburg van zich horen!”

Het is voor het eerst dat de gaststad voor de Dag van de Stad al een jaar van tevoren is geselecteerd. Dat komt doordat de jury van de Dag van de Stad dit jaar geconfronteerd werd met twee bidbooks voor 2020 die allebei ijzersterk waren, legt Frank Reniers, projectleider Dag van de Stad bij het ministerie van BZK, uit: “Voor de organisatie van de Dag van de Stad is het geweldig om meerdere bidbooks te ontvangen. Het toont aan dat de Dag van de Stad leeft! We stonden dan ook te juichen toen we de kwaliteit van beide bidbooks zagen, maar realiseerden ons al gauw dat dit ons ook voor een groot dilemma stelde.”

Zowel Tilburg als de andere kandidaat, Heerlen, zijn immers veerkrachtige steden met een sterke regiofunctie, die een culturele opleving kennen, gemarkeerd door vernieuwde spoorzones. De jury besloot dat er maar één juiste uitkomst was: beide steden mogen zich gaststad van de Dag van de Stad noemen, Heerlen in 2020, Tilburg in 2021.

De jury was uiteraard onder de indruk van de locatie die Tilburg voorstelde. Deelnemers aan de Dag van de Stad 2021 worden ontvangen in de levendige nieuwe Spoorzone waar heden en verleden samenkomen doordat creatieve ondernemers en flexibele werkruimte zich vestigen in historische panden waarvan de oorspronkelijke industriële functie nog zichtbaar is. De LocHal, het kloppend hart van de Spoorzone, is de culturele huiskamer van de stad en herbergt onder andere de openbare bibliotheek.

Tilburg is met 220.000 inwoners de zevende gemeente van Nederland, en dus heeft de stad ervaring met vrijwel alle vraagstukken die andere steden spelen. En dat ze op een goede manier omgaan met die vraagstukken, met oog voor alle doelgroepen en betrokkenen, blijkt wel uit hun uitverkiezing tot Overheidsorganisatie van het jaar 2019!

In 2021 is er dus geen bidbookprocedure voor de gaststad van de Dag van de Stad. Jammer voor wie er al van droomde volgend jaar 2000 stedelijke professionals in zijn stad te ontvangen. Maar Reniers is vooral blij dat de bidbookprocedure dit jaar zulke sterke voorstellen opleverde dat de organisatie zich voor twee jaar verzekerd weet van organiserende steden met uitstraling: “We streven altijd naar de best mogelijke gaststad, passend bij actuele stedelijke opgaven. Het bidbook van Tilburg was zo sterk dat het deze vroege toewijzing zeker rechtvaardigt.” Bovendien kan Tilburg al dit jaar aanhaken bij de organisatie in Heerlen en daar waardevolle ervaring opdoen met de Dag van de Stad. Ook biedt het meer ruimte om vermaarde internationale sprekers tijdig vast te leggen.

 

Community of Practice City Deals leert anders denken op de Zuidas

Toehoorders luisteren naar Daan Roovers tijdens de CoP-dag
De Community in gesprek met Daan Roovers en Suzanne Potjer over publiek denken. Foto: Paul Tolenaar

De gemeenschap van City Deal-betrokkenen verzamelde zich donderdag 30 januari in De Nieuwe Poort op de Amsterdamse Zuidas voor de derde Community of Practice-bijeenkomst. Centraal stond de toekomst van City Deals. En wie beter om ons denken over de toekomst aan te scherpen dan Denkers des Vaderlands, Daan Roovers. Voordat Suzanne Potjer van de Urban Futures Studio haar vraaggesprek met Roovers begon, heette ze de circa 30 aanwezigen welkom in de prachtige zaal, omgeven door van vloer tot plafond gevulde boekenkasten. Suzanne legde uit dat De Nieuwe Poort ontsproten was aan het brein van ‘Zuidas-predikant’ Ruben van Zwieten die een ‘rustpunt en ruimte voor reflectie en gesprek wilde creëren in een omgeving waar het veelal draait om het snelle geld’.

Blik op 2025

Een mooi bruggetje naar het vraaggesprek met Roovers over publiek denken, maar niet voordat Suzanne aan programmamanager Frank Reniers van Agenda Stad had gevraagd hoe zijn ideale toekomst voor City Deals er uitzag. Frank schetste dat Agenda Stad nu vijf jaar bestaat en dat het programmateam zelf ook gaandeweg geleerd heeft wat nou eigenlijk een City Deal is en wat wel of niet werkt. Soms bleken gemeenschappelijke opgaven niet voldoende om concurrerende belangen te overstijgen, maar vaak waren er ook successen.

Frank Reniers en Suzanne Potjer. Foto: Paul Tolenaar

Frank schetst hoe hij net terugkomt van een leerzame studiereis met de City Deal Kennis Maken in Finland. Om de geleerde lessen toe te passen en continuïteit van het krachtige instrument City Deals te waarborgen, zijn er voor dit jaar nu al zes nieuwe Deals in voorbereiding. “We gaan een tweede ‘coming out’ doen met een reeks nieuwe deals om te laten zien ‘we weten nu hoe het wél moet’”. Om ruimte te scheppen voor meer deals en lessen, zet Agenda Stad de blik op 2025. Frank wil ook stappen maken met de Community of Practice en vandaag beluisteren of deze de deelnemers brengt wat ze ervan verwacht hadden.

Ruimte creëren in je hoofd

Dan is het de beurt aan Roovers, die eerst vertelt wat filosofie voor haar betekent. En dat ze blij is als Denker des Vaderlands te merken hoe filosofie helpt in actuele vraagstukken. “Filosofie is ruimte creëren in je hoofd om hetzelfde op een andere manier te zien.” Dan is het een kleine stap naar de vraag van Potjer wat nu ‘publiek denken’ eigenlijk is. Bij het private gebruik van het verstand staat de vraag ‘wat is het probleem’ centraal. Bij het publieke gebruik gaat het over de mensheid als zodanig en over de vraag wat ons allen bindt. En als Denker des Vaderlands voelt Roovers zich verantwoordelijk om dat publieke denken te stimuleren.

Denker des Vaderlands Daan Roovers in gesprek met Suzanne Potjer. Foto: Paul Tolenaar

Het gesprek, met veel interactie met de aanwezigen in de zaal, komt daarmee ook als snel op de spanning tussen het particuliere en het algemene belang. En tussen de korte en de lange termijn. Want handelen politici ook niet vaak vanuit het bewustzijn dat hun handelen kiezers kan aantrekken of afstoten? En is de politieke levenscyclus van vier jaar, in het licht van dat particuliere belang van ‘gekozen worden’, niet een hinderpaal bij het denken over grote maatschappelijke vraagstukken en langetermijnoplossingen? Ja, luidt het antwoord. Vaak wel.

Politiek bedrijven als publieke vaardigheid

Daarom haalt Roovers de Griekse wijsgeer Socrates aan die leefde in Athene toen daar een directe democratie gold, waarbij mannen bij toerbeurt werden aangewezen om de staat te besturen. Dit maakte van ‘politiek bedrijven’ een publieke vaardigheid en Socrates nam het op zich om deze vaardigheid gemeengoed te maken. Socrates stelt dat je politiek en moraal niet op school kunt leren. Het antwoord op vragen als ‘hoe willen we samenleven’ is aan ons allemaal in gelijke mate. Roovers schetst hoe sinds de Franse Revolutie de politiek meer ‘geprofessionaliseerd’ is en daarmee ook: van de burger is afgedreven, met verlies van politieke denkkracht tot gevolg.

Potjer vraagt zich af hoe het zit met de burgerbetrokkenheid in City Deals en Roovers geeft aan dat burgerparticipatie helaas te vaak door bestuurders als excuus gebruikt wordt om die betrokkenheid niet zelf te hoeven aangaan. “De angst om andersom te denken is de grootste drempel op de discussie aan te gaan.”

Anders denken

Volop discussie over publiek denken. Foto: Paul Tolenaar

Vanuit de zaal worden veel voorbeelden en vragen uit de praktijk van City Deals ingebracht en het gesprek ontwikkelt zich als vanzelf naar de vraag aan welke toekomst we nu werken in die City Deals. Roovers bepleit om anders te denken. Als voorbeeld wordt de City Deal Elektrische deelmobiliteit besproken. “Door versnelling van mobiliteit is er haast ontstaan”, duidt Roovers. In plaats van ons concentreren op trajecten en afstanden, kunnen we misschien – in navolging van China – kijken naar: wat kunnen we in welke tijd bereiken?

“Ik heb veel respect voor mensen die oplossingen voor complexe opgaven bedenken. Maar soms is gewoon het vraagstuk verkeerd.” Daarbij moet de rol van gedrag volgens Roovers niet onderschat worden. “We hoeven dankzij techniek en digitalisering allang niet meer naar kantoor, maar we doen het nog steeds.” Neem in het denken dus minder vaak de status quo als vertrekpunt.

De Community of Practice in 2021

In de koffiepauze die volgt op het interview wordt nog geanimeerd verder gediscussieerd waarna Jurian Strik met de deelnemers in gesprek gaat over de ambities van de CoP voor het komende jaar. In tweetallen denken de aanwezigen na over de invulling van volgende bijeenkomsten en themasessies. In de nabespreking passeren veel ideeën de revue. Zo klinkt er veelvuldig dat er behoefte is aan meer concrete casuïstiek. En het hoeft zeker niet altijd ‘mooi weer’ te zijn: waarom geen Faal-sessie over wat er niet goed ging en gaat? Ook zouden we als een soort intervisie heel concreet met een opdracht aan de slag kunnen gaan die speelt in een stad of City Deal.

Jurian Strik stimuleert de aanwezigen om na te denken over de ambities van de CoP in 2020. Foto: Paul Tolenaar

Andere inhoudelijke suggesties zijn het zoeken van meer verbinding met instrumenten als de woon- en regiodeals. Of hoe kunnen we de interessante ontwikkelingen in Europa en de Europese Agenda Stad beter verbinden? Dan wordt opgemerkt dat we onze blik, voordat we die over de grens werpen, wellicht eerst eens búiten de Randstad moeten richten. Het Haagse Randstad-centrische denken vernauwt de blik en kansen voor de variëteit aan stedelijke opgaven in Nederland. Frank erkent dit belang en vraagt welke stad buiten de Randstad de volgende keer de CoP wil ontvangen. Ede meldt zich aan.

De CoP bespreekt de opgehaalde ideeën voor de CoP in 2020. Foto: Paul Tolenaar

Maak de gewenste toekomst zichtbaar

Tot slot presenteert Christiaan Fruneaux van Studio Monnik het project ‘Alles komt goed – indrukken uit de gewortelde tijd’. Een boek dat in mei verschijnt en waarin futurologen, strategen en designers letterlijk een beeld schetsen van Amsterdam in 2089. Een beeld, opgetekend door illustrator Jan Cleijne, met carbonzuigers in de lucht, met kweekvlees-kassen en zónder lichtvervuiling. Doel, zo schetst Christiaan, is om mensen meer gericht te maken op de lange termijn. Het boek wordt dan ook wel een ‘toekomstencylopedie’ genoemd. Het schetst een beeld van hoop, maar met de boodschap: we moeten er wel wat voor doen. En met die geïnspireerde opgave verlaat de Community of Practice de Zuidas. Tot de volgende keer in Ede.

 

Christiaan Fruneaux van Studio Monnik verbeeldt de toekomst. Foto: Paul Tolenaar

 

Binnenkort verschijnt het nieuwe CoP-blad met veel aandacht voor de toekomst van City Deals en een uitgebreide samenvatting van het interview met Daan Roovers.

Zes nieuwe partners tekenen City Deal Health Hub Utrecht

Groepsfoto waarop betrokkenen bij de Health Hub Utrecht poseren ter gelegenheid van het bijtekenmoment

Zorgorganisaties Careyn, Incluzio, Reinaerde, De Rijnhoven en kennisinstelling MBO Utrecht zijn de meest recente partners in Health Hub Utrecht. Tijdens een feestelijke bijeenkomst in de innovatiehub JIM ondertekenden bestuurders van de betrokken organisaties op dinsdag 28 januari de City Deal, die ten grondslag ligt aan de Health Hub Utrecht ‘netmerk-organisatie’. Zorgorganisatie Lokalis ontbrak door omstandigheden, maar tekent op een later moment.

Health Hub Utrecht-boegbeeld Margriet Schneider, bestuursvoorzitter van het UMCU, benadrukte dat met het tekenen door de zorgorganisaties ook de sociale dimensie van gezondheid en geluk beter geborgd is en kijkt uit naar concrete samenwerking: ‘De tijd nemen om samen te starten is goed, maar laten we daarna ook echt wat met elkaar gaan doen’.

Voor de ondertekening stelde ook de nieuwe wethouder voor Gezondheid in Utrecht Eelco Eerenberg zich voor aan de Health Hub partners. Eerenberg gaf aan dat hij zich nog niet eerder had gerealiseerd dat er in de regio Utrecht zoveel kennis en kunde rondom ‘Healthy Urban Living’ aanwezig was en dat hij zich ten doelde stelde om dat op alle niveaus uit te dragen. Daarnaast gaf hij aan met name, gezien zijn ICT-achtergrond, de coalitie rondom ‘digitale transformatie’ intensief te zullen volgen.

 

 

Dit bericht is overgenomen van de website van de City Deal Health Hub Utrecht.

 

Buurauto draagt bij met ‘buurtbatterijen op wielen’

Stockbeeld van een buurauto, een witte elektrische Nissan Pulsar geparkeerd voor een treinstation

Verse City Deal-deelnemer Buurauto wil met zijn elektrische deelauto’s op vier vlakken een maatschappelijke bijdrage leveren. Naast mobiliteitsoplossingen biedt de deelautoaanbieder ook kansen op het gebied van ruimtebesparing in de buurt.

Daarnaast wil Buurauto bijdragen aan de energietransitie via V2G-laden (Vehicle to Grid). Daarmee kan het energie opslaan en terugleveren, wanneer een van de auto’s stilstaat en er piekvraag naar stroom is. Tot slot zet Buurauto zijn wagens in voor sociale projecten, zoals ritjes voor ouderen door vrijwilligers.

Dubbelgebruik

Bij Buurauto zijn dezelfde auto’s gedurende de dag door verschillende doelgroepen te gebruiken, bijvoorbeeld afwisselend door bedrijven en door particulieren. “In principe is het wie het eerst komt, wie het eerst maalt”, vertelt directeur Alex van der Woerd. “Maar als een bedrijf overdag exclusiviteit wil, kan het de auto bijvoorbeeld tussen 7.00 en 19.00 uur reserveren. Dan vragen we aan het bedrijf de leasekosten van de auto te dekken. Particulieren kunnen de auto dan buiten kantooruren en in het weekend gebruiken. De standplaats van de auto is dan vaak bij het bedrijf. Daarnaast krijgen we steeds vaker vragen van bedrijventerreinen waar bedrijven samen een auto willen delen.”

Buurtbatterij

Buurauto is in bijna alle City Deal-gemeenten wel in gesprek met, of zelfs al partner in, een nieuwbouwproject. “Zo participeren we in een project op de Zuidas, waar we 125 Buurauto’s gaan plaatsen bij een project met 4000 werkplekken, 150 woningen en een bioscoop”, aldus Van der Woerd.

“In nieuwbouwsituaties onderzoeken wij altijd of de elektrische deelauto’s gelijk kunnen fungeren als ‘buurtbatterij’, waarbij de niet-gereserveerde auto’s door V2G-laden stroom leveren aan het gebouw op het moment dat er veel stroomvraag is. Bij een lage stroomvraag, en dus lage stroomtarieven, worden de auto’s dan weer opgeladen. Op die manier kunnen elektrische auto’s de energietransitie versnellen en eenvoudiger maken.”

Foruminvest bespaart parkeerplekken dankzij deelmobiliteit

Artist impression van een groen flatgebouw van Foruminvest

Foruminvest is een van de drie nieuwkomers in de City Deal Elektrische Deelmobiliteit. In zijn project aan De Biesbosch in Amstelveen past de projectontwikkelaar voor het eerst op grote schaal deelmobiliteit toe. Foruminvest nam daar het initiatief om een onaantrekkelijk verouderd kantoorgebouw te herontwikkelen.

In eerste instantie was de ontwikkelaar bezig met een mix van goedkopere en duurdere huur- en koopappartementen. “Toen we dat plan bij de gemeente presenteerden, werd er enthousiast gereageerd” vertelt managing director Aerjen Koeneman van Foruminvest. “Maar de gemeente gaf aan dat er een enorme behoefte was aan middeldure huurwoningen. Toen hebben we uiteindelijk de verhouding tussen middeldure en dure huur aangepast naar 80-20.

Tijdens die eerste presentatie kwamen we zelf met het idee om iets te doen met elektrische deelmobiliteit. Het interessante was dat de gemeente in die tijd al bezig was met de City Deal. Door ons enthousiasme over elektrische deelmobiliteit stelde de gemeente voor dat wij meededen met een pilotproject in de City Deal. En zo geschiedde.”

Fall-backscenario

Zoals op zo veel locaties, bleek de hoge parkeernorm de bottleneck te zijn om voldoende huurwoningen te kunnen bouwen. Maar door de City Deal kon Foruminvest daar creatiever mee omgaan. Koeneman: “Vanuit ons perspectief leek een parkeernorm van 0,3 al voldoende voor middeldure huurwoningen, direct naast een tramhalte en op tien minuten van station Amsterdam Zuid. Maar 0,3 vond de gemeente nog een brug te ver. Begrijpelijk, gezien de hoge parkeernormen die de gemeente hanteert. Puzzelend zijn we gezamenlijk op iets boven de 0,7 gekomen. Op voorwaarde van een fall-backscenario: als het in de praktijk te weinig parkeerplekken zijn, kunnen we eventueel op maaiveldniveau parkeerplekken bijbouwen. Maar wij denken aan onze drie ondergrondse parkeerlagen meer dan genoeg te hebben.”

De toekomst zal uitwijzen of de parkeernorm hoog genoeg was. De sloop zit er inmiddels op en de appartementen zijn in aanbouw. “Met fraaie architectuur en privé buitenruimten wordt het een aantrekkelijke plek voor jongwerkenden, die hechten aan hun voetafdruk, maar toch vrij luxe en comfortabel willen wonen. Er komt hier een divers aanbod aan deelauto’s, met zowel kleine auto’s, luxere auto`s als stationwagons.

Langer betrokken

“Na de oplevering zal Foruminvest een deel van het gebouw in eigendom houden. Bij een pilot zit altijd wat onderzoek- en ontdekwerk, daarom is het goed om er langer dan alleen de ontwikkelfase bij betrokken te blijven. We gaan op zoek naar algemeen geldende uitspraken over wat je met deelmobiliteit kunt bereiken qua verlaging van autobezit. Zodat we straks kunnen zeggen: in stedelijke gebieden kun je x parkeerplekken vervangen door y deelauto’s. Daarmee kunnen ook gemeenten en ontwikkelaars in toekomstige projecten hun voordeel doen. En dan zou zo’n pilot voor ons enorm geslaagd zijn”, besluit Koeneman. De oplevering van het appartementencomplex is halverwege 2022.

Succesvolle deelmobiliteit volgens ontwikkelaar AM

Groepsportret van vier mensen van projectontwikkelaar AM in Delft die poseren met een eletrische fiets en een bakfiets voor vrachtvervoer, waar één van de vier geportretteerden is gaan zitten

Een van de nieuwkomers in de City Deal Elektrische Deelmobiliteit is gebiedsontwikkelaar AM. We vroegen projectmanager duurzaamheid Maarten Markus kort wat te vertellen over hun project in de Delftse nieuwbouwwijk Schoemaker Plantage. Daar wist AM, ondanks de hoge parkeernorm in Delft (1.7), de inwoners enthousiast te krijgen over de deelauto.

Hoe is dat gelukt?

“Bij de start van de ontwikkeling was deelmobiliteit eigenlijk niet meegenomen. Maar omdat we de ambitie hebben de meest duurzame wijk van Delft te ontwikkelen, ontwikkelden we steeds meer duurzame oplossingen. Daar is de deelmobiliteitshub er één van. Wat hier helpt, is dat veel van de bewoners bewust kiezen voor deze wijk vanwege de duurzame kwaliteiten. Dit zijn ook mensen die open staan voor nieuwe oplossingen.

Uit een enquête bleek dat mensen bereid zijn om geen tweede auto te kopen, of deze zelfs weg te doen, als er een goed alternatief is met deelmobiliteit. De behoefte aan deelmobiliteit komt dus voort vanuit de doelgroep die weer aangetrokken wordt door de hoge duurzaamheidsambities van het project.

Voor de volgende fase nemen we deelmobiliteit veel integraler mee, ook in de marketing en communicatie. De boodschap wordt steeds meer dat je bij een gezinswoning één eigen parkeerplek krijgt en dat je de tweede auto deelt. In Delft blijkt dat dat een ambitieuze maar haalbare ambitie is.”

Welke lessen nemen jullie uit Delft mee naar andere projecten?

“Bewoners noemen drie belangrijke punten die we nu meenemen in het verder ontwikkelen van deelmobiliteit in gebiedsontwikkeling. Deze gebruiken we ook in onze selectiecriteria voor mobiliteitspartners op nieuwe projecten:

  1. Zekerheid: Er moet een bepaalde mate van garantie zijn dat de deelauto’s beschikbaar zijn. Dat kan met een reserveringsmodel in de app, door het gebruik goed te monitoren en door tijdig op te schalen wanneer de behoefte toeneemt.
  2. Diversiteit: Elke mobiliteitsbehoefte kent een ander doel en dus een ander vervoersmiddel of type auto. Het is belangrijk dat er ook een betaalbare kleine auto wordt aangeboden, een elektrische bakfiets en een zogenaamd ‘Multi Purpose Vehicle’ waar veel spullen of mensen in passen.
  3. Zichtbaarheid: Deelmobiliteit moet je zichtbaar maken, dan wordt het veel laagdrempeliger. Onze mobiliteitspartner Hely heeft activiteiten georganiseerd om mensen kennis te laten maken met de elektrische fietsen, bakfietsen en auto’s. Dat hebben ze echt goed gedaan. Er zijn zelfs bewoners van elders in Delft die naar de projectlocatie komen om een auto of bakfiets te gebruiken, dat hadden we niet voorzien.

 

Verkenning succesfactoren Elektrische Deelmobiliteit

Stockfoto van een vloot van voertuigen die bijdragen aan deelmobiliteit. We zien drie verschillende modellen elektrische auto's. Daartussen prijkt een geelblauwe OV-fiets

Adviesbureau Over Morgen schreef een rapport voor de deelnemende partijen van de City Deal Elektrische Deelmobiliteit. Daarin beschrijven zij wie er wat kan doen om deze City Deal rendabel te maken.

Ze onderscheiden drie hoofdrolspelers binnen de projecten: de gemeenten, de projectontwikkelaars en de deelautoaanbieders. Alleen via goede samenwerking kunnen zij resultaat boeken. Alle drie hebben ze hun eigen ‘sturingselementen’ om het gebruik van deelauto’s te stimuleren. Zo kan de gemeente vooral sturen via het parkeerbeleid, maar ook met bijvoorbeeld meer aandacht voor bewaakte fietsenstalling.

Deelvloot

De deelautoaanbieder kan met name sturen door de gemixte deelvloot zo goed mogelijk op de gebruikers af te stemmen. Per sturingselementen beschrijft het rapport de toegepaste aanpakken, aangevuld met inspirerende praktijkvoorbeelden.

De meeste van de veertien elektrische deelautoprojecten zijn nog niet in uitvoering. Als ze straks eenmaal lopen, is het nodig om het succes daarvan periodiek te meten. Hiervoor stelt Over Morgen een aantal KPI’s voor, op basis van de doelstellingen van de City Deal-deelnemers.

Uitwisselen van kennis

De belangrijkste factor in de City Deal is het uitwisselen van kennis tussen alle ondertekenaars. Over Morgen adviseert om in werkgroepen van twee à drie personen periodiek de leereffecten van de verschillende sturingselementen uit te wisselen. Zo kan een klein clubje de rest adviseren over bijvoorbeeld het effect van bakfietsen en deel-e-bikes. Of over welke gedragscampagnes de meeste mensen overstag laat gaan. De werkgroepen zijn de vraagbaak voor de andere deelnemers van de City Deal.

Het adviesrapport is te downloaden op de website van Over Morgen.

 

Dag van de Stad 2020 in Heerlen of Tilburg

Collagefoto met een linkerdeel dat het interieur van de Tilburgse Lochal toont en een rechterdeel dat de feestelijke opening van NS-station Heerlen toont.

Op 13 januari is de inzendtermijn voor bidbooks voor de Dag van de Stad gesloten. De organisatie ontving twee inzendingen, beide van hoog niveau en beide uit veerkrachtige steden die zichzelf meermaals opnieuw hebben moeten uitvinden. Het zijn Tilburg en Heerlen, steden die uitdagingen hebben gekend door economische veranderingen, maar nu toonaangevend zijn in stedelijke ontwikkelingen.

Beide steden kennen een sterke culturele bloei en hebben als één van hun pronkstukken een herontwikkelde en inspirerende stationszone. Beide kandidaatsteden geven aan andere stedelijke professionals graag deelgenoot te maken van de lessen die ze hebben geleerd in hun ontwikkeling en tegelijkertijd graag open te staan voor de ervaringen die in andere steden zijn opgedaan met vergelijkbare vraagstukken.

De jury, bestaande uit wethouder Robert van Asten van Den Haag (gaststad in 2019) en secretaris-generaal Maarten Schurink van BZK, buigt zich over de inzendingen. Begin februari is bekend wie zich gaststad van de Dag van de Stad 2020 mag noemen. Projectleider Frank Reniers: “Ik ben ontzettend trots op de inzendingen die we uit deze twee steden ontvangen hebben. We hadden bij de start van de Dag van de Stad in Utrecht in 2017 niet kunnen vermoeden dat we zo snel zouden uitgroeien tot hét jaarlijkse event over stedelijke innovatie. De ontwikkeling die we daarin hebben doorgemaakt zien we ook weerspiegeld in de kwaliteit van deze bidbooks. De Dag van de Stad is echt een evenement dat je als ambitieuze stad wilt binnenhalen en dus hebben we nu twee fantastische bidbooks. Onze jury zal er nog een flinke kluif aan hebben een keuze te maken.”

Bekijk hieronder de video’s waarin Heerlen en Tilburg zichzelf voorstellen als kandidaat-gaststad. De video’s maken onderdeel uit van de bidbooks.

Let op:
mogelijk spelen de video’s niet af – je browser moet hiervoor namelijk ‘marketing cookies’ toestaan.
Alleen op ‘cookies accepteren’ klikken is niet voldoende. Zet eerst het vinkje bij  ‘marketing cookies’ aan!

 

Tilburg

 

Heerlen